Hoe voorspel je een lawine?
- 8 minuten leestijd
In skigebieden worden elke dag de pistes, off-piste gebieden en berghellingen gecontroleerd op mogelijk lawinegevaar. Ehh... hoe doe je dat?
Dit skiseizoen zal de boeken ingaan als een zwaar lawinejaar in de Franse alpen. Om te voorkomen dat deze sneeuwmassa's ook echt slachtoffers maken wordt geprobeerd om ze te voorspellen, en soms ook preventief op te blazen. Maar dat is gespecialiseerd werk!
Van kristal tot bergwand
Het inschatten van lawinegevaar wordt gedaan door speciaal getrainde berggidsen. Zij weten alles over sneeuw van micro- tot macroniveau. Van kristal tot bergwand, zeg maar. Zo kunnen ze op grote afstand (vanuit een helikopter) zien welke hellingen van welke bergen mogelijk lawinegevaarlijk zijn. Maar ook óp de berg zelf zien ze het aan de verschillende lagen sneeuw die ze daar vinden.
De gidsen graven op de berg een diep gat en nemen van alle sneeuwlagen een sneeuwmonster. Daarna testen ze ook nog de stabiliteit van het sneeuwdek zelf. Aan de hand van een vaste reeks testen weten ze of die helling veilig is om overheen te skiën of niet.
Voor het geval dat een groep skiërs onverhoopt toch in een lawine terecht komt, wordt iedereen ook getraind om dan volgens een strak stramien te handelen. Hoe is het om onder een lawine bedolven te raken en hoe speur je naar overlevenden? Wij zetten het even voor je op een rij.
Wat is een lawine eigenlijk?
Dat er bij een lawine enorm veel sneeuw naar beneden raast is duidelijk, maar waarom gebeurt dat precies?
Een besneeuwde bergwand is meestal opgebouwd uit twee lagen: een oude en een nieuwe laag. De oude laag ligt direct op de berg en is stevig opeengepakt. De nieuwe sneeuw die na een sneeuwbui daarbovenop ligt, blijft meestal gewoon liggen, tenzij de onderlaag dunner is dan normaal.
De zwaartekracht trekt de bovenste laag naar beneden, maar als die bovenste laag ineens te zwaar wordt in verhouding met de onderste laag is er geen wrijving meer en kan de bovenste laag vrij gaan schuiven. Dan kan de kleinste verstoring, bijvoorbeeld een skiër, snowboarder of sneeuwscooter een lawine veroorzaken.
Hoe spot je lawinegevaar vanuit de heli?
Door het terrein goed te lezen kunnen gevaarlijke hellingen worden herkend. Het grootste deel van de lawines vindt plaats op hellingen met een hoek van tussen de 27 graden en 40 graden. Dat is best stijl, een gemiddelde zwarte piste is bijvoorbeeld maar 25 graden. Boven de 30 graden is er al een aanzienlijk grotere kans op een lawine. Onder de 18 graden (de gemiddelde blauwe piste) is de helling te flauw om sneeuw te kunnen laten schuiven.
Daarnaast kijken de gidsen naar de ligging. Het overgrote deel van lawineongelukken vindt plaats op de noordelijke hellingen. Die vangen veel minder zon waardoor de sneeuw poederig en los blijft in plaats van stevig te worden. Aan de zuidzijde zal de sneeuw onder invloed van het zonlicht meer inklinken en dus stabieler worden.
Hier doet Eva een dansje met een blok sneeuw. Niet nuttig, wél leuk!
's Ochtends veiliger dan 's middags
Ook is het moment van de dag belangrijk om mee te nemen in de inschatting hoe lawinegevaarlijk een bepaalde plek is. Zeker in het najaar is de sneeuw ’s ochtends vaak stabieler omdat het in de nacht kouder is geweest. Later op de dag is er een toenemend risico op natte sneeuwlawines.
Tot slot speelt ook de wind een belangrijke rol. Wanneer sneeuw door de wind verplaatst wordt, worden de individuele sneeuwkristallen afgebroken tot kleinere delen. De plekken waar de sneeuw zich ophoopt – zogeheten windslabs – vormen dan een groter risico.
Op de grond: een pit graven – en de sneeuwlasagne onderzoeken
Als je een doorsnede maakt van een metershoog pak sneeuw, dan lijkt het op het eerste gezicht alsof het één dik consistent pak sneeuw is. Maar niets is minder waar! Een sneeuwpak bestaat uit veel verschillende lagen sneeuw, opgebouwd als een soort lasagne. De opbouw van al die lagen lagen en de soort sneeuw bepalen mede hoe lawinegevaarlijk het op een helling is.
Met het blote oog is niet altijd precies te zien om hoeveel lagen het gaat of om wat voor sneeuw en sneeuwkristallen. Uiteindelijk bepaalt de structuur van de sneeuw hoe lawinegevaarlijk het is. Om dit te onderzoeken moeten van de gehele sneeuwdoorsnede monsters genomen worden. Langs de wand schraap je een hoopje sneeuw(kristallen) op een zwarte plastic kaart met maataanduiding erop. Met een loep kan je ze vervolgens goed bekijken.
Tel je even mee?
Er bestaan zo’n 4000 verschillende soorten sneeuwkristallen. De vorm wordt heel erg bepaald door type sneeuwstorm, de temperatuur tijdens de storm, de temperatuur direct erna, of het heeft geregend, hoeveel sneeuw is er gevallen…
Maar er is vooral één type kristal dat voor grote problemen kan zorgen: bekerkristallen, ook wel suikersneeuw genoemd.
Die kristallen vormen door rijp en dus niet door een sneeuwbui. Dat gebeurt vaak op het grondoppervlak, maar het kan ook bovenop een eerdere sneeuwlaag ontstaan. Dat is dus geen stevige sneeuwlaag! Bekerkristallen vormen dan ook de ideale glijlaag voor sneeuw die daar weer bovenop valt. Ze plakken niet goed aan elkaar en rollen lekker. Ze werken als een soort kogellagertjes. Als je dit soort kristallen tegenkomt weet je dus dat het mis kan gaan.
Maar testen kan ook met fysieke kracht:
Kristallen, temperatuur, windsnelheid. Dat is allemaal lekker wetenschappelijk, maar het kan natuurlijk ook nog met brute kracht. De muur die je in de pit hebt blootgelegd graaf je aan alle andere kanten los. Er staat dus een blok sneeuw van ongeveer 2 bij 2 meter los op de helling.
En dan moet je even je spierballen laten rollen.
Eerst leg je de schep op de bovenkant van het sneeuwdek en sla je er op: 5 keer vanuit de pols, 5 keer vanuit de elleboog, 5 keer vanuit de schouder en uiteindelijk 5 keer keihard met je ski. Hoe meer kracht je moet zetten om de boel in te laten storten, hoe steviger het is.
De boel opblazen
Aan de hand van alle metingen kan je uiteindelijk aflezen of het een veilig sneeuwdek is of niet. Als dat nou niet zo is, kan je alsnog besluiten om een lawine kunstmatig te veroorzaken, spectaculair! In dat geval zijn er twee opties. Bij de eerste vlieg je met de heli over en gooi je een bom (TNT) bovenop de sneeuwhelling. Afhankelijk van hoe groot de helling is kunnen dat ook meerdere bommen zijn.
De tweede optie is om het vanaf een afstand te doen met gas. Op plekken waar elk jaar lawines verwacht worden zijn preventief pijpleidingen aangelegd. Door deze pijpleiding kan je gas sturen dat vanaf afstand tot ontploffing gebracht kan worden.
Maar wat als het nou mis gaat?
Ondanks alle voorzorgsmaatregelen kán het misgaan. Wat moet je doen als jij of een skimaat tóch in een lawine terecht komt? Dit is het stramien dat door de berggidsen wordt aangehouden.
- Iedereen die door de bergen in de sneeuw loopt, moet een pieper onder zijn kleding dragen. Deze zendt constant een signaal uit;
- Op het moment dat een groepsgenoot van je onder een lawine komt, kun je van je eigen pieper een ontvanger maken. Op het moment dat de ontvanger de zender ‘voelt’ begint deze te piepen en geeft met een pijltje een richting aan. Dit is geen rechte lijn naar het slachtoffer toe. De pieper volgt de golven die de zender uitzendt, en je loopt er dus altijd in een boogje naartoe.
- In een zigzag-patroon lopen de redders de lawine van boven naar beneden af totdat de pieper een constante toon geeft.
- Op het moment dat de pieper een constante piep geeft, begin je met je pijlstok in de sneeuw te prikken. Dat klinkt eng, maar: je voelt het heel goed als je in een mens prikt.
- Heb je een mens geprikt? Dan begin je met graven.
- Het graven is heel zwaar, want lawinesneeuw wordt net zo hard als beton. Een redder graaft dan ook maar twee minuten. Dan moet iemand het overnemen.
- Je hebt 15 minuten om iemand te vinden. Daarna is de kans groot dat iemand het niet heeft overleefd.
Niet vergeten: in het geval van een lawine, is er ook altijd nog het ABS. Het Avalanche Balloon System. Een airbag die uit de zijkanten van je rugzak komt. Deze zorgt ervoor dat je op de sneeuw blijft ‘drijven’ als je in een lawine terecht komt. Je moet wel zelf aan het touwtje trekken, dus snel schakelen is geboden!
Eva test de ABS even uit!
En check hier het hele item nog even!