De ins en outs van sidecarcrossen!
- 5 minuten leestijd
...sidecarwat?! Sidecarcross is een tak van motorsport waarbij de motor bestuurd wordt door twee personen: de rijder en de 'bakkenist'.
Bakkenist? Ja: de bijrijder, in het bakje naast de bestuurder. En als je denkt dat de bakkenist er voor de sier naast zit, heb je het behoorlijk mis. Beiden besturen de motor namelijk voor 50% procent.
De rijder zit
op de motor achter het stuur, terwijl de bakkenist ernaast ‘staat’ in de
zijspan. Hij beweegt mee in de bochten én in de lucht, en levert zo een
belangrijke bijdrage aan de snelheid en de ligging van de motor op de baan. De
rol van de bakkenist moet dus niet onderschat worden, zijspancross is een échte
teamsport.
Team Bax
Etienne Bax (29) is al sinds zijn zesde bezig met de sport. Hij heeft het oude Jules-item over zijspancross uit 1996 ooit opgenomen op videoband en grijsgedraaid. Op jonge leeftijd zette hij samen met zijn broertje een zijspanmotor in elkaar, waarmee ze zijn gaan oefenen.
Nu, 20 jaar later, is hij fulltime zijspancrosser. Iedere ochtend als hij de deuren opent van zijn eigen werkplaats beseft hij – naar eigen zeggen – hoe gelukkig hij is. Vanaf ‘s ochtends vroeg tot laat in de avond klus hij aan zijn motor en bereidt hij zich voor op het nieuwe seizoen.
In 2015 werd Etienne wereldkampioen samen met zijn toenmalige bakkenist uit Letland.
Afgelopen seizoen heeft Etienne gereden met zijn broertje Robbie (25) in de zijspan. Robbie is sinds zijn vijftiende bakkenist bij verschillende rijders, maar bleek voor de zijspan van zijn broer met 67 kilo iets te licht te zijn. Naast houding, spierkracht en lengte is het gewicht heel belangrijk voor de stabiliteit van de crosscombinatie.
De resultaten van team Bax vielen in 2016 een beetje tegen. Etienne heeft daarom voor seizoen 2017 een contract afgesloten met bakkenist Nicolas Musset, uit Frankrijk. Broertje Robbie wordt volgend jaar bakkenist van meervoudig wereldkampioen Daniël Willemsen.
Robbie en Etienne vertellen over hun carrière:
Conditie
Een bakkenist moet beschikken over een goede conditie en sterke spieren. Tijdens een trainingsweek van Etienne bereidt de bijrijder zich voor door iedere ochtend te beginnen met 20 minuten hardlopen op een lage hartslag. Het hart moet in goede conditie zijn, omdat je als je aan de start vaak al een hartslag van 160/170 hebt. Daarna volgt 40 minuten rekken, strekken en krachttraining. De rest van de training wordt op de baan gedaan: die bestaat uit vooral veel rondes rijden en langzaamaan toewerken naar snellere bochten en hogere sprongen.
Fysiek ongetrainde bakkenisten houden het volgens Etienne niet langer dan twee ronden vol, omdat het erg vermoeiend is om iedere schok op te vangen.
Voor de wedstrijd moeten de bestuurder en bakkenist goed op elkaar zijn ingespeeld, want communiceren tijdens de rit is bijna niet mogelijk. Er wordt hier en daar een aanwijzing geschreeuwd over het geluid van de motor. Praten via microfoons in de helmen is tijdens officiële wedstrijden niet toegestaan.
Gevaar
Zijspancrossen doe je niet zonder gevaar. Etienne heeft een groot litteken op zijn buik. Het loopt van onder zijn borst richting zijn navel. In 2013 ging het mis op het circuit van Geldermalsen. Het team verloor balans in de lucht en kwam scheef op de grond terecht. Etienne kreeg het stuur van de motor in zijn buik, en werd 30 meter meegesleurd over de baan. De bakkenist bleef ongedeerd.
Etienne vertelt dat hij op dat moment dacht dat hij dood zou gaan!
Hij voelde hoe zijn buik zich vulde met bloed. Hij scheurde zijn milt, een long, een darm en een nier. In het ziekenhuis kreeg hij ook een longontsteking, die hem bijna fataal was. Hij verloor 2,5 liter bloed en viel tien kilo af. Maar: vijf weken later won hij weer de Grand Prix van Oekraïne. (Al verliest hij ook ieder jaar wel een voortand door rondvliegende stenen op de baan door voorliggers...).
Het circuit
De circuits zijn dezelfde circuits als bij het regulier motorcrossen. Zijspanwedstrijden in Nederland worden voornamelijk op zandcircuits gereden. Bij regenachtig weer kan het een modderig tafereel worden. Op de banen in Nederland zijn er kleine heuvels waardoor er gesprongen wordt tijdens de race. Om die sprongen te kunnen nemen moeten bestuurder en bakkenist goed op elkaar zijn ingespeeld.
De zandbanen in Nederland regenen nogal eens nat. Dat is bepaald niet ideaal voor de rijders.
Het liefst wordt er gereden op een droge zandbaan. Het crossen gaat dan langzamer, maar vraagt wel meer fysieke inspanning dan op circuits met hardere ondergrond. De hardere banen vind je vooral in Zuid-Europese landen. De gemiddelde snelheid van team Bax is 55 tot 57 km/u. Dat lijkt niet snel, maar dat is inclusief lastige bochten. De topsnelheid ligt rond de 100 km/u (hoewel ze ook weleens uitschieters van 140km/u hebben).
Wedstrijden
De sport is in Nederland niet zo bekend, maar in Oost-Europese landen erg populair. Het wedstrijdseizoen begin in maart en loopt tot oktober. Het team reist dan ieder weekend naar een andere Grand Prix, in verschillende plaatsen in Europa. Een zijspancrosswedstrijd bestaat meestal uit een uitgebreide training, een kwalificatie en een wedstrijddag met twee heats die ongeveer 30 minuten duren.
Het team rijdt met een grote vrachtwagen met trailer langs de wedstrijden in Europa. Meestal reizen er twee techneuten mee, die op locatie zorgen dat de motor in topconditie is. Na iedere wedstrijd wordt de motor volledig gestript, het motorblok uit elkaar gehaald, gecheckt en weer in elkaar gezet. De motor wordt voor iedere wedstrijd zelfs opnieuw in de juiste kleuren gespoten en beplakt met stickers.
Bekijk hier nog een keer het hele item: