Deze hondenrassen hebben de grootste kans op afwijkingen
- Artikel
- 19 maa 2021
- 4 minuten leestijd
In de aflevering van afgelopen donderdag werd duidelijk wat het doorfokken met een hond kan doen. Erfelijke ziektes en aandoeningen zijn hierin geen zeldzaamheid. Maar gelukkig worden er ook verbeteringen doorgevoerd. Met welke hondenrassen heb je eigenlijk kans op pijntjes en klachten? Wat wordt er nu al in gang gezet om het te verbeteren? En hoe weet je wanneer je een gezonde hond koopt? We spraken een dierenarts over verschillende rashonden en hun kwalen.
Wij willen duidelijk maken dat wij de uitgelichte rassen absoluut niet als ‘slecht’ willen bestempelen of als een ras dat onverstandig is om te kopen. Het onderstaande is tot stand gekomen in samenwerking met een dierenarts die anoniem wenst te blijven. Het is goed om te weten dat gelukkig veel rasverenigingen in Nederland er alles aan proberen te doen om eventuele misstanden recht te zetten.
Franse Bulldog
We beginnen bij de Franse Bulldog. Qua uiterlijk valt goed te zien dat de Franse Bulldog geen ‘normale’ hond is en dat ermee is doorgefokt tot een bepaalde rasstandaard. Dit uiterlijk maakt de hond ook gelijk mateloos populair, alleen bestaan er ook veel look a likes (88%), dit zijn honden zonder stamboom. De platte snuit van de Franse Bulldog valt direct op en kan ademtekort en oogaandoeningen tot gevolg hebben. Het kan dus zo zijn dat als de Franse Bulldog niet juist wordt doorgefokt dat dit benauwdheid veroorzaakt. Nieuw beleid van de overheid verbiedt om honden met te korte snuiten te blijven kruisen. De dierenarts die wij spraken gaf aan dat er al verbeterde fokstandaarden via fokverenigingen doorgevoerd worden waaronder de langere neus bij Franse Bulldogs.
Cavalier King Charles Spaniel
De Cavelier King Charles Spaniel is bij veel mensen erg geliefd. Maar er vormt zich ook een probleem rondom dit ras. Zo’n 80% van de cavaliers hebben op 8-jarige leeftijd een hartafwijking. Dit is de voornaamste reden dat dierenartsen en fokkers kritisch aan het kijken zijn naar het voortbestaan van dit ras.
Boxer
Een ander bekend ras is de boxer. Dit ras lijdt aan een aantal erfelijke aandoeningen, waaronder heupdysplasie en een uitgerekte hartspier. Deze aandoeningen aan de rug, heup en het hart zorgt ervoor dat boxers moeite kunnen hebben met inspanning. De aandoeningen komen vaak bovendrijven als de boxers nog jong zijn en ze worden vaak niet ouder dan 10 jaar.
Mopshond
Sommige mopshonden kampen met het brachycefaal obstructief syndroom, dit is hetzelfde als met de Franse Bulldog en betekent dat de hondjes soms benauwd kunnen zijn. Met de nadruk op ‘kunnen’ want gelukkig komt dit niet altijd voor. Ook voor de mopshond heeft de overheid andere eisen gesteld. Binnen enkele generaties hopen de fokkers dan ook aan deze eisen te kunnen voldoen. Mopshonden vereniging voorzitter Arjan Sterk zei hierover tegenover RTL Nieuws: "Samen met het Expertisecentrum Genetica Gezelschapsdieren gaan we nu een fokprogramma samenstellen om uit te vinden hoe we de mopshond binnen een aantal generaties kunnen laten voldoen aan de eisen die de wetgever stelt".
Waar kun je zelf opletten bij het kopen van een Ras?
Om deze vraag te beantwoorden kun je het beste contact opnemen met een dierenarts of je goed laten informeren door officiële rasverenigingen. Dit kan namelijk per ras verschillen.
Welke hondenrassen hebben wellicht een fijner bestaan?
De dierenarts die wij spraken vindt dit een erg subjectieve inschatting om te maken:
“Deze vraag is erg lastig te beantwoorden, elk ras heeft zijn eigen problemen die wat vaker kunnen voorkomen dan bij andere rassen. Sommige cavaliers met hartfalen hebben namelijk 8 jaar lang een prima leven gehad tot het hart het begeeft. Ook kunnen mopshonden en Franse Bulldogs prima van het leven genieten en hebben niet alle dieren van dit ras last van brachycefaal obstructief syndroom. Daarnaast betekent dit niet dat er niks hoeft te gebeuren, maar gelukkig wordt er ook al veel gedaan. Ook is een fijn bestaan trouwens afhankelijk van de zorg, aandacht en tijd die de eigenaar kan geven aan het dier.” Aldus de dierenarts.
Bronnen: Universiteit Utrecht, RTL Nieuws, Houden van honden