Tokyo van Boven | Interview met Wim Boven
- 6 minuten leestijd
Wim Boven maakte de vier-delige serie: Tokyo van Boven. Hij ontdekte het nachtleven in de alternatieve wijk Kabukicho en volgde de vrije Japanners die er wonen, studeren en werken.
Hoi Wim! Je hebt zelf in Tokyo gestudeerd en gewoond, maar waarom wilde je specifiek deze serie maken?
In reisprogramma’s komt heel specifiek het beeld naar voren van een vaak toch erg verlegen en overdreven beschaafde Japanner. Toen ik in 2012 voor het eerst in Japan was heb ik dat zelf ook ondervonden, het lukte het me niet om tussen de mensen te komen, en dat is nou juist wat ik zo graag wilde! Ik wilde ervaren hoe jongeren daar nu echt leven en hoe ze met elkaar omgaan. In de wijk Kabukicho, waar ik tijdens mijn studie in Japan woonde, waren de mensen vrijer van geest en makkelijker in de omgang dan de rest van de Japanners. Ik wilde het verhaal vertellen van die jonge mensen, die niet voldoen aan het stereotype plaatje verlegen Japanner. Naar mijns inziens was dat verhaal er namelijk nog niet.
Je kende Kabukicho al wel, maar wat choqueerde je nog echt?
Als ik het nu terug zie, vind ik het intenser dan toen ik daar was. Het gekke is dat iedereen alles daar allemaal vrij normaal vindt. Ik kende Zomi bijvoorbeeld al zo’n anderhalf jaar voordat ik de gesprekken voor de serie met haar voerde, maar ik wist niet dat ze zich ook één keer in de maand aan het plafond liet hangen. Daar ben ik wel degelijk erg van geschrokken.
Ook sprak ik een keer af met Maya in een restaurantje. Daar zaten we gezellig wat te drinken, toen er een paar meter bij ons vandaan een achttienjarig meisje van een flatgebouw viel, die we zo op de grond zagen landen. Ze had zelfmoord gepleegd en dan schrik je wel even flink. Je merkte aan de reacties op straat dat het voor de mensen daar wat “gewoner” is. Ze vinden het allemaal wel heftig, maar ik was echt in shock! Terwijl zij zoiets hadden van: ‘oh, gebeurt het weer’.
Ben je nog tegen limitaties of grenzen aangelopen, dingen die je echt niet kon filmen?
Die zelfmoord bijvoorbeeld heb ik niet gefilmd. In de serie zelf waren er niet echt grenzen waar ik tegen aanliep. Je kan natuurlijk altijd méér vertellen of ergens nog veel dieper op ingaan, maar dan zou de serie ook veel langer worden. We hebben wel dingen gefilmd die we bewust niet hebben gebruikt omdat ze te ver gingen. Dingen waarvan we achteraf dachten: als we dit gebruiken doen we dat alleen maar om mensen te laten denken “oh, wat heftig”, maar dat zou verder niet bijdragen aan het verhaal van de mensen die ik volgde. Het zou lijken alsof ze veel heftiger zijn dan in werkelijkheid en dat zou een verkeerd beeld schetsen.
Wat was jouw favoriete onderdeel van het maken van deze serie?
Het leven in de nacht. Ik ben echt een nachtdier en toen ik het plan voor de eerste keer besprak, heb ik ook gezegd dat het mij heel leuk leek om mensen te volgen die ’s nachts leven, en dan dus ook alleen maar ’s nachts te filmen. Dan begint de werkdag dus rond een uur of zes ’s avonds en houdt weer op rond zeven uur ‘s ochtends. Ik werd samen met mijn cameraman Martijn rond vier uur ’s middags pas wakker, dan gingen we ontbijten en begonnen we daarna met filmen. Ik vond dat heerlijk! Mijn cameraman is niet zo’n nachtdier als ik, die moest ik er soms nog wel even doorheen slepen.
Hoe werd er door de personages op de serie gereageerd?
Ik had van tevoren aangekondigd dat ik kwam filmen voor de serie, maar volgens mij dachten ze “dat is die gekke Hollander die zegt dat hij komt filmen, het zal allemaal wel”. Maar op een gegeven moment na een week of drie werden ze toch wel een beetje chagrijnig van het feit dat we de hele tijd met een camera in hun gezicht zaten. Uiteindelijk hebben we een compilatievideo gemaakt van de eerste vier weken die we hebben laten zien en daar waren ze wel heel enthousiast over. Ook hebben we een alternatieve montage gemaakt die we volgende maand in Tokyo met alle personages gaan kijken. Hier zijn een aantal dingen tussen uitgeknipt en weer opgevuld. Maya en Mishima weten bijvoorbeeld niet helemaal van elkaar dat ze vreemdgaan, dus dat kunnen we niet laten zien. Een soort saaie opgekuiste versie is het, zodat er geen ruzie ontstaat…
Reageert iedereen enthousiast op de serie of is er ook kritiek?
Ik heb ook al wel kritiek gekregen, hoor. Iemand die het bijvoorbeeld totaal niet met me eens was. Ze zei dat die mensen in Kabukicho helemaal niet zelf voor een leven daar kiezen. Dat het allemaal gedwongen prostitutie zou zijn. Dat is natuurlijk altijd wel een moeilijk en discutabel punt. Er zitten hier en daar ook wel tragische gevallen tussen die er niet thuishoren. Zomi bijvoorbeeld uit aflevering één. Als ik het nu zo terug zie, vraag ik me ook weleens af of het wel verstandig is dat zij hier zit, maar ze wil ook absoluut niet weg. Dan is het wel iemands eigen keus.
Aan het eind van de serie laat je weten dat Gang en Ayame inmiddels zijn gescheiden en Maya en Mishima toch weer bij elkaar zijn. Hebben er nog meer ontwikkelingen plaatsgevonden die je met ons kunt delen?
Er hebben zeker nog ontwikkelingen plaatsgevonden. Gang en Ayame zijn bijvoorbeeld nog steeds uit elkaar, maar dat gaat in principe wel goed. Ze hebben alleen nog ruzie over van wie de hondjes nu zijn. Hiro en Kyoka zijn nog steeds bij elkaar. Maar het personage uit de laatste aflevering, Kim, is inmiddels het land uitgezet. Zijn visum is niet verlengd, dus die woont inmiddels weer gedwongen in Seoul, Zuid-Korea. Hiro is nu dus eigenlijk de baas van de bar waar hij in de serie nog werknemer was en er werken ook weer nieuwe mensen. Dus ik ben ook heel benieuwd wat er nog meer veranderd is en wat ik aantref als ik terugga.
Wat kunnen we komende tijd nog meer verwachten van jou; nieuwe projecten, een vervolg etc.?
Ik zou heel graag een follow-up serie maken over Tokyo, ook met het oog op de olympische spelen. Niet alleen om terug te blikken op personages uit serie één, maar ook omdat we in serie één nog wat dingen buiten beschouwing hebben gelaten. Ik zou het jammer vinden om die verhalen nu los te laten. Vooral die van Maya en Mishima. Ook zijn er nog een aantal andere verhalen in Kabukicho en omliggende wijken waarvan ik denk dat die nog verteld moeten worden.