Journalistieke verantwoording bij ‘Over de man die kwam om Tim te doden’ | S10E01
- Artikel
- 19 okt 2023
- 10 minuten leestijd
Deze uitzending over het incident van 6 september 2023 bij het BNNVARA-pand laat zien wat er die dag is gebeurd en wat de vermeende motieven zijn van de verdachte. Ook wilde de redactie van BOOS onderzoeken of dit iets is dat breder maatschappelijk te duiden is.
Inhoudsopgave
- Tijdlijn onderzoek / feitencheck
- Gebruikte (informatie)bronnen
- Het plegen van hoor/wederhoor
- Privacy
- Verhouding tot strafrechtelijk onderzoek
- Gemaakte journalistieke keuzes
Tijdlijn onderzoek/feitencheck
Op 6 september 2023 vertrekt een gewapende 41-jarige man uit Breda naar het pand van BNNVARA om, naar eigen zeggen, Tim Hofman om het leven te brengen. Hij meldt zich die dag twee keer bij de receptie. De eerste keer met een smoes om Tim Hofman naar de receptie te krijgen; de tweede keer legt hij de aanwezige beveiliger voor wat zijn reden van zijn komst naar het pand is, waarna de politie wordt ingeschakeld en de man wordt ingerekend. Op 7 september wordt het nieuws gedeeld met Tim en de redactie van BOOS. In de dagen die volgen, wordt de verdachte gehoord door de politie en wordt er meer duidelijk over zijn identiteit en vermeende motieven, die door de recherche en het Openbaar Ministerie met Tim (als slachtoffer in de zaak) worden gedeeld. Na wat zoeken stuit de redactie enkele dagen na het incident op de Facebook-pagina van de verdachte, waar hij met grote regelmaat berichten deelt. Omdat veel van de door hem gedeelde berichten lijken aan te sluiten bij de verklaringen die hij tot dan toe in verhoren heeft gegeven, besluit de redactie zijn Facebook-posts en reacties vanaf januari 2020 te archiveren.
De redactie heeft vervolgens contact opgenomen met zes experts op het gebied van (rechts-)extremisme, radicalisering en complotdenken.Twee van deze experts geven al in een vroeg stadium aan dat zij zich vanwege (ernstige) bedreigingen niet publiekelijk kunnen en willen uitlaten over de casus, maar op de achtergrond wel duiding willen geven. Deze experts worden samen met een derde expert telefonisch op de hoogte gebracht van het voorval, de voorlopige verklaringen van de verdachte en de inhoud van zijn Facebook-posts. Een vierde expert geeft per tekstbericht aan niet te kunnen ingaan op casuïstiek.
Vanwege de gevoeligheid van de casus (op dat moment is slechts bij een aantal mensen bekend wat er op 6 september is voorgevallen), wordt door de redactie verzamelde data uiteindelijk alleen opgestuurd naar een vijfde en een zesde expert, die beiden bereid zijn op camera duiding te geven.
Op maandag 2 oktober worden er door een journalist aan BNNVARA vragen gesteld over het incident op 6 september. Enkele dagen later, op 6 oktober, brengt Panorama een artikel naar buiten waarin over een incident met mogelijke explosieven wordt gesproken. Enkele nieuwsbronnen nemen dit over. Omdat dit vragen kan oproepen bij collega’s in het pand, worden alle werknemers van het pand op 9 oktober ingelicht over de gebeurtenissen van 6 september. Ook wordt er die dag een persbericht naar buiten gebracht door BNNVARA.
Omdat op dat moment de research nog niet volledig is en de montage nog niet is afgerond, wordt er dan nog niets gedeeld over een mogelijke uitzending van BOOS. De redactie heeft nog afspraken om het onderzoek te verifiëren en de stappen tot wederhoor zijn nog niet gezet.
Op donderdag 12 oktober verschijnen er enkele berichten vanuit de advocaat van de verdachte in de media. Zo geeft zij aan dat de verdachte niemand bedreigd zou hebben, het wapen aan niemand getoond zou hebben en het vuurwapen zelf aan de beveiliger zou hebben overhandigd. De reden dat de verdachte het op Tim gemunt had, is volgens haar ‘volstrekt onduidelijk’: er is geen link met BOOS-uitzendingen en de man heeft verder geen persoonlijke relatie met Tim.
Op de dag van uitzending, 19 oktober, wordt eerst met collega’s in het pand en daarna publiekelijk gedeeld dat de uitzending van BOOS die middag over het incident van 6 september zal gaan. Dit omdat de redactie het belangrijk vindt transparant te zijn naar collega’s, aangezien de informatie ook het pand betreft waar zij werken.
Het is nog mogelijk dat er na de uitzending nieuwe informatie over het incident en/of de verdachte naar buiten komt. Dat wordt ook duidelijk gemaakt in de uitzending.
Gebruikte (informatie)bronnen
Voor het onderzoek had de redactie tot haar beschikking: de informatie die door het OM en de recherche met Tim gedeeld is in zijn positie als slachtoffer, en informatie over de man die op het internet te vinden was – met name de uitingen op zijn Facebookpagina. De redactie heeft, zoals eerder aangegeven, alle Facebook-posts vanaf januari 2020 gearchiveerd. Dit ging om 469 posts in verschillende vormen: gedeelde afbeeldingen, teksten of video’s, links naar externe bronnen, eigen tekst of foto’s. Ook zijn er gesprekken gevoerd met betrokken getuigen van het incident op 6 september en hadden we beschikking tot de camerabeelden.
De conclusie van de vijf experts die geïnformeerd worden over het incident op 6 september is helder: de verdachte lijkt in zijn daad gedreven door persoonlijke grieven, psychiatrische problematiek en extreemrechtse en/of extremistische overtuigingen, zo verklaren zij. Een combinatie die volgens de experts past in een bredere maatschappelijke trend, zoals ook beschreven in Dreigingsbeeld Terrorisme Nederland 58, het op dit moment meest recente dreigingsrapport van de Nationaal Coördinator Terrorismebestrijding en Veiligheid (NCTV). Dit wordt door de experts omschreven als zogeheten ‘salad bar ideology’.
Het plegen van hoor/wederhoor
De verdachte wordt in de uitzending onherkenbaar in beeld gebracht en de reconstructie van het incident is een feitelijk verslag van wat er op 6 september is gebeurd. Vanwege de omschrijving van het online profiel van de verdachte en vanwege de analyse die experts hebben gemaakt op basis van de bij ons bekende informatie, hebben we de advocaat van de verdachte benaderd voor wederhoor. Deze advocaat is daarvoor ook de aangewezen persoon omdat deze al eerder namens de verdachte, in de pers, een toelichting heeft gegeven op het incident. Enkele uren na het versturen van ons verzoek om wederhoor krijgen wij per e-mail een reactie van de advocaat. Zij geeft aan niet inhoudelijk op de zaak in te willen gaan ‘gelet op het vroege stadium waarin het onderzoek naar de gebeurtenis op 6 september jl. zich bevindt.’
Privacy
De verdachte wordt opzettelijk niet bij naam en/of voornaam genoemd. Ook is hij onherkenbaar in beeld gebracht. We willen om meerdere redenen voorkomen dat de verdachte eenvoudig kan worden getraceerd. Dit heeft o.a. te maken met de privacy van de verdachte en mensen in zijn directe omgeving. We willen van de verdachte ook geen martelaar maken. Ook willen we door middel van blootstelling van de identiteit, niet al een straf opleggen. Het strafrechtelijk onderzoek loopt immers nog en het schuldoordeel en het opleggen van een straf is uiteindelijk aan de rechter.
De mate van aandacht die wordt geschonken aan de verdachte is naar onze opvatting noodzakelijk en proportioneel. Het is immers onmogelijk om elementen van het mogelijke motief te bespreken zonder daarbij de politieke en religieuze opvattingen en privéomstandigheden van de verdachte te benoemen, omdat deze allemaal een rol lijken te spelen in de voornemens van de verdachte.
Verhouding tot strafrechtelijk onderzoek
Ons journalistieke onderzoek staat volledig los van het strafrechtelijk onderzoek dat momenteel nog plaatsvindt naar de verdachte. Wij hebben, separaat en parallel aan het OM, informatie vergaard over de verdachte. We hebben informatie gebruikt die afkomstig is van het slachtoffer (Tim) en dat vervolgens gecombineerd met onze bevindingen. We hebben ook gekeken naar verbanden tussen verschillende bronnen. Die verschillende bronnen van informatie zijn gebruikt voor de eerste analyse van het incident en de verdachte. Daarvoor hebben we gebruik gemaakt van de kennis van experts die verder op geen enkele wijze betrokken zijn bij het strafrechtelijke onderzoek.
Gemaakte journalistieke keuzes
BOOS
De hele redactie heeft, in de dagen na het incident, uitgebreid gesproken over het maken van een eventuele uitzending over het incident. Hierbij is onder andere in acht genomen of iedereen binnen het team zich hier comfortabel bij voelt, en is nagegaan op welke vragen de redactie antwoord wil en kan geven. Allereerst acht de redactie het van belang om transparant te zijn over het kennelijke moordplan jegens een collega. Een poging om een journalist iets aan te doen op grond van vermoedelijk een mix van motieven (ook politieke) is een publieke zaak. Dat het nieuws de pers bereikt, gebeurt ook enkele weken later. Omdat de initiële berichtgeving foute informatie bevat (namelijk dat er wellicht gedreigd zou zijn met explosieven), versterkt het gevoel bij de redactie om het correcte verhaal te willen brengen.
Daarnaast vindt het BOOS-team het belangrijk om vanuit journalistiek oogpunt te onderzoeken of dit incident staat voor een breder maatschappelijk probleem. Om deze reden worden er meerdere deskundigen ingezet die de data, die de redactie tot hun beschikking heeft gesteld, hebben kunnen analyseren vanuit hun expertise.
Omdat het is gelukt om aan onze vragen in de uitzending met behulp van deskundigen en de beschikbare data vooralsnog duiding te kunnen geven, besluit de redactie op 19 oktober uit te zenden – de start van het tiende seizoen.
De redactie vindt het belangrijk het onderzoek van het OM niet in de weg te zitten. In de uitzending worden verder geen persoonlijke details over de verdachte gedeeld, om het uiteindelijke strafrechtelijk proces niet in de weg te zitten. Tegelijkertijd vindt het BOOS-team in het kader van de journalistieke vrijheid belangrijk om, net zoals bij andere kwesties, zonder aanziens des persoons, onafhankelijk van instanties, en los van een reeds lopend strafrechtelijk traject, onderzoek te kunnen doen en een verslag uit te kunnen brengen van een actuele en maatschappelijke kwestie.
BNNVARA
De directie van BNNVARA besluit, in overleg met de afdelingen juridische zaken en communicatie, de informatie over het incident in eerste instantie niet openbaar te maken en ook niet direct met alle werknemers van het pand te delen. Dit besluit is ingegeven door overleg met de betrokken instanties. Op deze manier wilde de directie enige ruimte bieden aan Tim, aan de betrokkenen bij de receptie, de beveiliging en aan het team van BOOS. Ook is er geen reden geweest tot acute maatregelen: tot dusver ontvangt de redactie en BNNVARA steeds bevestigingen dat de man alleen handelt en vastzit, wat betekent dat er geen sprake is van een specifiek verhoogde dreiging. De directies van de verschillende omroepen, die het pand delen met BNNVARA, worden wel op de hoogte gesteld.
Omdat er na de eerste nieuwsberichten vragen ontstaan bij collega’s in hetzelfde pand is besloten over te gaan op het delen van informatie met collega’s en de pers.