Hoe anti-genderbewegingen in Europa de oorlog verklaren tegen de LHBT-emancipatie
- Artikel
- 03 aug 2020
- 9 minuten leestijd
Denken we aan LHBTI-emancipatie, dan denken we aan een vanzelfsprekende positieve trend voorwaarts. Maar volgens socioloog David Paternotte is het tijd om dat beeld bij te stellen. "Emancipatie is een term die bijna alleen in Nederland wordt gebruikt. Maar het is misleidend."
Er waait een conservatieve wind door Europa. Nooit eerder zetelden er zoveel rechts-conservatieve en populistische leiders in het Europees Parlement. Onlangs nog werd in Polen de ultraconservatief Andrzej Duda herkozen tot president. Als socioloog aan de Université libre de Bruxelles (ULB) doet David Paternotte onderzoek naar de conservatieve opmars en de onderliggende opvattingen over seksuele minderheden en gendergelijkheid. Wat hem opvalt: veel conservatieve partijen zetten zich gezamenlijk af tegen een zogenaamde ‘genderideologie’. Dat is een denkbeeldige ideologie die zou worden verspreid door LHBTI’s en feministen om het traditionele heterogezin en daarmee de christelijke beschaving te ondermijnen.
Volgens Paternotte leidt het toegenomen conservatisme in verschillende Europese landen tot meer discriminatie en geweld tegen LHBTI’s. Survey-data van de internationale organisatie ILGA (The International Lesbian, Gay, Bisexual, Trans and Intersex Association) laten zien dat het aandeel Europese LHBTI’s dat zich de afgelopen vijf jaar meer geaccepteerd is gaan voelen, ongeveer gelijk staat aan het aandeel dat juist méér intolerantie en geweld is gaan ervaren.
[Figuur 1: geweld]
[Figuur 2: vooroordelen & intolerantie]
Hoog tijd dus voor een vraaggesprek.
Dag David. Waarom is er in delen van Europa sprake van een toename van geweld en intolerantie tegen LHBTI’s?
“Wat je ziet is dat LHBTI’s in verschillende landen een belangrijker onderwerp zijn geworden in het politieke debat. Er is een toename van politieke en publieke figuren die zich fel uitspreken tegen de vermeende invloed van LHBTI’s, wat vaak ook leidt tot een toename van discriminatie en geweld. Een duidelijk voorbeeld daarvan is Polen, waar de bescherming tegen een zogenaamde ‘homo-ideologie’ diende als één van de speerpunten in de campagne voor de recente presidentsverkiezingen. Tijdens die campagne zag je ook het aantal geweldsincidenten tegen homo’s en lesbiennes toenemen.”
Wat maakt dat juist seksuele minderheden worden gepolitiseerd?
“Om dat goed te begrijpen, moeten we even terug in de tijd. Midden jaren negentig vonden twee belangrijke VN-conferenties plaats, in Caïro en Beijing. De termen ‘gender’, ‘seksuele gezondheid’ en ‘reproductieve rechten’ werden toen toegevoegd aan bestaande mensenrechtenverdragen. Voor liberale regeringsleiders en mensenrechtenactivisten was dat een overwinning, maar het Vaticaan deed er alles aan om het tegen te houden. Toen bleek dat hem dat niet lukte, voelde de paus zich verslagen.”
“De katholieken zijn vervolgens jarenlang gaan werken aan een counter-offensief, door het organiseren van lezingen, het uitbrengen van nieuwe boeken en het samenbrengen van conservatieve gelijkgestemden. Daarbij lieten zij zich inspireren door Amerikaanse rechtse denkers zoals Christina Hoff Sommers. Zo ontwikkelde zich een nieuw narratief, waarin ‘gender’ of het bestaan van een ‘gender-ideologie’ werd voorgesteld als de oorzaak van zo’n beetje alles dat in hun ogen verwerpelijk is, zoals abortus, contraceptie, het homohuwelijk en transgenderrechten. Wat die zaken met elkaar gemeen hebben, zo redeneren zij, is dat ze het zogenaamde ‘traditionele’ heterogezin bedreigen en daarmee het voortbestaan van de westerse en christelijke beschaving.”
“Tegelijkertijd zag je in Europa een opkomst van rechts-populistische politici, vooral na 2010. Een deel van hen nam het anti-genderdiscours over omdat het goed past bij hun populistische en nationalistische standpunten: tegen een vermeende elite, tegen links-progressief beleid en tegen de macht van de EU en internationale organisaties. Ook in Rusland begon Poetin zich actiever tegen seksuele minderheden en zogenaamde westerse invloeden te keren met het invoeren van de anti-homopropagandawet. Door het Vaticaan, Poetin en sommige rechts-populistische leiders worden de gelijke rechten van LHBTI’s als gevaarlijke uitkomst van een revolutionaire gender-ideologie gepresenteerd, en dus vormen zij een doelwit in hun campagnes en beleid.”
Wie hebben zich inmiddels bij die anti-genderbeweging aangesloten?
“Het van oorsprong katholieke narratief over gender-ideologie is nu terug te zien in allerlei landen en bij uiteenlopende groeperingen: christelijke lobbygroepen, maatschappelijke organisaties, academici, politieke partijen en in sommige landen zelfs in het complete staatsapparaat [o.a. Hongarije, Polen, Rusland en Brazilië, LD]. Daarbij heeft ieder zijn eigen motivatie om zich tegen de gelijke rechten van LHBTI’s te keren: soms wordt er strategisch gezocht naar een zondebok voor politiek gewin, soms spelen diepgewortelde geloofsovertuigingen een rol. In Europa won de beweging in eerste instantie aan populariteit in Spanje, Italië en het Oostblok, maar tegenwoordig zie je het ook terug in geseculariseerde westerse landen – tot Scandinavië en Nederland aan toe.”
“En hoewel de achtergronden van al die groepen dus verschillen, zijn er veel overeenkomsten. Ze gebruiken niet alleen dezelfde argumenten voor hun standpunten, maar bijvoorbeeld ook dezelfde logo’s en campagneposters."
Overzicht van logo’s gebruikt door Europese groepen behorende tot de anti-genderbeweging. Vooral het beeld van ‘traditionele heterogezin’ is. Bron: Roman Kuhar and David Paternotte (eds.), Anti-gender campaigns in Europe, Mobilizing against Equality, Farnhman: Rowman and Littlefield International, 2017, p. 269.
Internationaal wordt er veel samengewerkt: er worden grote congressen georganiseerd en trainingen gegeven. Bijvoorbeeld door het World Congress of Families, ADF International, de European Christian Political Movement (ECPM), het Tradition, Family, Property-netwerk (TFP) en de organisatie CitizenGo. Van de laatste twee weet ik dat ze ook in Nederland actief zijn.”