de 6 types versierders die je tijdens uitgaan tegenkomt
- Artikel
- 23 aug 2022
- 3 minuten leestijd
Hoe versier je iemand tijdens uitgaan? Daar bestaat geen gouden handboek voor. Maar als we goed rondkijken in de kroeg herken je toch wat standaard ‘technieken’. De volgende sjansende tortelaars kom je gegarandeerd een keertje tegen als je weleens de kroeg induikt!
1. Koekeloerder
De koekeloerder bekijkt al het lekkers vanaf een afstandje en kiest dan een prooi. Als het sappige potentiële hapje gekozen is, maakt de koekeloerder niet direct een move. Nee, eerst moet er oogcontact gemaakt worden. Niet één keertje, maar minimaal een paar keer. Als het hapje toehapt en een lief of ondeugend glimlachje terugwerpt is het tijd om een move te maken. Sommige koekeloerders doen dat snel en staan in no-time te huighappen. Maar veel koekeloerders wachten hier erg (te) lang mee. Grote kans dus dat het hapje ervandoor gaat met een ander. Of ook alleen naar huis gaat.
2. Dwangmatige sjansers
Alles en iedereen met een hartslag is een potentieeltje. Iedere avond moet er gescoord worden! En het liefst hengelen dwangmatige sjansers hun tongetjes in meerdere keeltjes. Hij of zij spreekt zoveel mogelijk mensen aan en iedereen die wil mag een kloddertje speeksel uit de keel van de dwangmatige sjanser likken. En als het even kan wordt de avond afgesloten met een flink potje naakt worstelen. Met wie maakt niet uit.
3. De danser
Dansende sjansers hebben weinig woorden nodig. Zij laten liever hun heupjes spreken. Soepeltjes dartelt de danser over de dansvloer op zoek naar een potentieeltje. Komt die er eentje tegen? Dan gaat de trukendoos open. De danser gooit er een zooitje moves uit waar zelfs Dan Karaty eng van wordt. En dan reikt de casanova een handje naar het hapje. Wordt de hand aangenomen? Dan volgen er een paar pikante moves voor twee. En als de danser het goed speelt dan cha cha slide die zó het broekje van het hapje in.
4. De babbelaar
De babbelaar is een kunstenaar met woorden en weet precies wat hij of zij moet zeggen. De babbelaar wacht niet op ‘het juiste moment’. Nee, hij of zij maakt van ieder moment het juiste moment. Je bent hooked voor je het door hebt. Deze praatjesmaker babbelt in een paar zinnen een tong in je keel.
5. De grabbelaar
De grabbelaar ziet de kroeg, club of discotheek als een grabbeldoos. Handjes horen volgens hem of haar te wapperen. En het liefst richting de billen of borsten van nietsvermoedende prooien. In het kader ‘pakken wat je pakken kan’ graait hij of zij in het rond. En daar is natuurlijk niet iedereen van gediend. Of de sjanstechniek van de grabbelaar ooit succesvol is, dat denken we niet. Misschien kicken grabbelaars wel gewoon op de sporadische klap (of drankje) in het gezicht die het af en toe oplevert. Niet de juiste manier, natuurlijk.
6. De ‘alles is te koop’ denker
De move van de alles is te koop-denker is direct. Maar hij of zij doet het op een manier die sociaal geaccepteerd is. Zonder voorstelronde openen deze sjansers met de vraag: “Wil je misschien wat drinken?”. Niet per se omdat de prooi er dorstig uit ziet. Maar in de hoop er een pikant avondje van te maken. Deze techniek werkt zo af en toe. Maar veel lekkere hapjes die geconfronteerd worden met deze techniek maken er misbruik van. Thanks voor het drankje en aju! Geef ze eens ongelijk.