Wist je dat bij de meeste abortussen anticonceptie is gebruikt? En meer feiten
- Artikel
- 09 nov 2022
- 4 minuten leestijd
In onze nieuwe docuserie over abortus onderzoekt Dzifa hoe het er nou voor staat met abortus in Nederland. En omdat wij merken dat er veel desinformatie verspreid en overgenomen wordt over dit onderwerp, hebben wij voor jullie wat feiten op een rijtje gezet.
Bekijk hier de docuserie 'Abortus is geen Misdaad'. In de eerste aflevering spreekt Dzifa strafrechtadvocaat Zahra Boufadiss over waarom abortus uit het strafrecht moet. Want ja, daar staat het dus nog in. Ook demonstreert ze voor de Tweede Kamer in Den Haag, en horen we van vrouwen die een abortus hebben gehad wat het taboe rondom het onderwerp met hen doet.
Bij twee derde van de ongewenste zwangerschappen was anticonceptie gebruikt
Anti-abortus demonstranten roepen vaak ‘dan had ze geen onbeschermde seks moeten hebben!’. Maar ook “beschermd” is niet 100% beschermd. Bij twee derde van de ongewenste zwangerschappen was namelijk wél een vorm van anticonceptie gebruikt. Van die twee derde zat ongeveer de helft hiervan aan de pil en de andere helft gebruikte een condoom. De resterende vrouwen gebruikten zij (en degene met de penis!) geen anticonceptie.
Spijt na een abortus komt zelden voor
Hoewel de keuze voor een abortus geen makkelijke is, staan de meeste vrouwen wel degelijk achter hun besluit. Natuurlijk kunnen gevoelens van spijt en/of verdriet opspelen, maar meestal verdwijnt dit ook weer na een aantal weken. Vaak heeft een gevoel van opluchting de overhand, omdat de periode van ongewenst zwanger zijn enorm veel stress met zich mee kan brengen (Kenniscentrum Rutgers).
De meeste abortussen vinden plaats bij vrouwen tussen de 30 en 35 jaar
Veel mensen denken dat vooral jonge meiden kiezen voor een abortus. Maar in de realiteit vinden de meeste abortussen plaats bij vrouwen tussen de 30 en 35 jaar. De helft van de abortuscliënten heeft zelfs al één of meerdere kinderen. En een derde heeft ervaring met één of meer abortussen (IGJ, 2021).
Meer dan de helft van de abortussen vindt plaats in de eerste 8 weken
In Nederland mag een abortus tot 22 à 24 weken. Die grens is gebaseerd op tot wanneer de vrucht buiten je lichaam zou kunnen overleven. Maar veel mensen nemen al een stuk eerder in de zwangerschap een besluit. 65% van de zwangerschapsafbrekingen vindt namelijk plaats in de eerste 8 weken. En zelfs 85% van de abortussen wordt uitgevoerd in de eerste 12 weken. Maar een kleine 3,7% van alle abortussen vindt plaats tussen de 13 en 20 weken (IGJ, 2021).
Het aantal abortussen in Nederland is laag
Nederland is een van de landen in Europa met het laagste aantal abortussen. Het aantal abortussen in Nederland daalt al jaren. Dat is mede te danken aan vroege en goede seksuele vorming, toegang tot anticonceptie en ook goed gebruik daarvan. De meest recente Nederlandse cijfers zijn van 2021. Het totaal aantal zwangerschapsafbrekingen ligt sinds 2011 rond de 31.000 per jaar. 90,5% hiervan is onder vrouwen die in Nederland wonen (IGJ, 2021). Er zijn ook vrouwen uit buurlanden die naar Nederland komen voor een abortus, omdat de abortuszorg in hun land minder goed is geregeld of zelfs verboden is.
Geen psychische klachten door abortus
In tegenstelling tot wat veel anti-abortusbewegingen beweren is er géén bewezen verhoogd risico op psychische aandoeningen na een abortus. Als vrouwen nooit eerder een psychische aandoening hebben gehad, is het risico op het ontstaan van zo’n aandoening abortus niet verhoogd na een abortus. Voor vrouwen die wél al eerder psychische aandoeningen hebben meegemaakt is het risico hierop in de periode vlak na de abortus mogelijk iets verhoogd, maar dit is dan niet iets blijvends (Van Ditzhuijzen, 2017).
De morning-afterpil is niet hetzelfde als een abortuspil
Een morning-afterpil voorkomt een eisprong. Als je deze dus op tijd inneemt na onbeschermde seks kan je een zwangerschap voorkomen als je nog geen eisprong hebt gehad. De morning-afterpil slikt een vrouw het liefst binnen 24 uur na de seks. Afhankelijk van het type pil kan dit tot vijf dagen erna. Maar hoe eerder, hoe beter. Eén op de twintig vrouwen heeft in het afgelopen jaar minstens één keer de morning-afterpil gebruikt (Wijsen & Graaf, 2017).
Het taboe op abortus is problematisch
Na een abortus durft een groot deel van de jonge vrouwen niet met anderen erover te praten. Ook durven ze vaak geen hulp te vragen omdat ze zich schamen of zelfs schuldig voelen. Bijna de helft van de jonge vrouwen tot 25 jaar met een abortus ervaring schaamt zich. 59% geeft aan dat erover praten niet makkelijk is.