Publieke Omroep vreest voor onafhankelijke positie

Bestuursvoorzitter Hagoort vraagt aandacht voor Nederlands product in internationale media-omgeving
Henk Hagoort - voorzitter van de Raad van Bestuur van de Publieke Omroep - vreest voor de onafhankelijkheid van de Publieke Omroep, zo liet hij vandaag weten in zijn nieuwjaarstoespraak. Hij laakt de pogingen van politieke partijen om met moties invloed te verkrijgen in de programmering of om met wetgeving omroepen te bestrijden vanwege hun maatschappelijke kleuring. 'Den Haag zou zich moeten verdiepen in de echte thema's van de toekomst', aldus Hagoort, 'zoals de toegankelijkheid van Nederlands aanbod in een omgeving die door grote internationale mediagiganten wordt bepaald.'

Hagoort doelt daarmee op bedrijven als Google, Apple en YouTube die zich met grote budgetten op de televisiemarkt begeven: 'Apple is een zegen voor het publiek en de Publieke Omroep. Veel mensen bekijken Uitzending Gemist via iPad of iPhone. Maar dit succes heeft een keerzijde. Uitzending Gemist werd in eerste instantie door Apple geweigerd, omdat sommige programma’s niet strookten met de waarden van dit bedrijf uit Californië. Wie beslist er in de toekomst over de toegankelijkheid van de programma’s van de Publieke Omroep?'

Nederlands publiek aanbod in internationale markt
Hagoort geeft aan dat internationale spelers rekenen in wereldwijde markten: 'Zij zullen niet investeren in Nederlandse dramaseries en Nederlandse documentaires. Maar we zijn niet bang voor de ontwikkelingen. We willen in die nieuwe omgeving zorgen voor voldoende publiek aanbod van Nederlandse bodem, waarin alle stromingen een stem hebben en dat relevant is voor de generatie van morgen. Grootste uitdaging is om dat aanbod toegankelijk en vindbaar te houden in een wereld die gedomineerd zal worden door internationale kapitaalkrachtige spelers.'

Nieuwe omroeppolitiek
Hagoort roept daartoe op tot een nieuwe, internationaal georiënteerde omroeppolitiek: 'Die toegankelijkheid lukt alleen met een nieuwe gezonde verhouding tussen Hilversum en Den Haag. Ten dienste van het Nederlandse publiek. Omroeppolitiek is geen hobby. Omroeppolitiek is wereldpolitiek geworden.'