Kijkersvraag: waar komt (de naam) pindakaas vandaan?
- Artikel
- 09 nov 2020
- 2 minuten leestijd
Pindakaas wordt vaak gezien als iets typisch Nederlands. Er zijn dan ook weinig landen ter wereld waar per hoofd van de bevolking zoveel pindakaas gegeten wordt als hier. Het smeuïge goedje is echter helemaal niet Nederlands. Maar waar komt het wel vandaan? En waarom noemen wij het geen ‘pindaboter’, zoals de Engelsen dat doen?
Suriname
De naam pindakaas is ouder dan het smeerbare broodbeleg dat wij kennen. Al in de achttiende eeuw werd het woord ‘pienda-dokoen’ gebruikt voor een massief blok van gestampte pinda’s. Deze werden afgesneden in plakken voor op brood, net als kaas. Toen een Duitse zendeling een woordenlijst maakte in 1783, vertaalde hij pienda-dokoen naar pindakäse en in het Nederlands is dat dus pindakaas geworden.
Kellog
De smeerbare variant van pindakaas die wij kennen is echter in 1893 uitgevonden in Amerika door John Harvey Kellogg, dezelfde man als van de bekende ontbijtgranen. In die tijd was pindakaas een bijproduct van pindaolie. Het werd bedacht als goedkoop en voedzaam product voor slechte eters zoals kinderen en bejaarden. Door het te verkopen als broodbeleg was het meteen een handige oplossing voor het pinda-overschot.
Calvé
Na de tweede wereldoorlog maakte de smeuïge pindakaas in pot de oversteek naar Europa en dus ook naar Nederland. Het broodbeleg werd hier geïntroduceerd door de Franse broers Calvé die met hun fabriek al in 1898 fuseerden met de Nederlandse Oliefabriek in Delft. Met de pinda’s die ze toch al veel gebruikten in hun oliën- en sauzenfabriek, besloten ze in 1948 het Amerikaanse product in de markt te zetten.
Boterwet
Het was logisch geweest om het smeersel pindaboter te noemen, zoals het Engels het woord ‘peanut butter’ heeft. Maar dat mocht niet in Nederland. Boter was namelijk een beschermde term die in de Nederlandse boterwet uit 1883 alleen gebruikt mocht worden voor echte roomboter. Daarom hebben wij de oude Surinaamse benaming gekozen en werd het pindakaas. En zo paste ook op dit potje een dekseltje.
Geschreven door: Maic Oudejans
Bronnen: NRC, Neerlandistiek podcast, AD, RTL Nieuws