Waarom je drie keer moet nadenken voordat je spreekt van ‘afrobeats’
- Artikel
- 17 feb 2021
- 7 minuten leestijd
De muziekstijl wordt steeds populairder in Nederland. Maar de naam ‘afrobeats’ is verwarrend en veel Nederlanders gebruiken hem op de verkeerde manier.
Hoe mijn dag er ook uitziet, er is altijd een moment dat ik op Spotify een afspeellijst open met de naam Afrobeats 2021. Maar als iemand mij vraagt naar wat voor muziek ik graag luister, mompel ik steevast iets in de trant van ‘van alles, veel Nigeriaanse muziek’. Een paar jaar terug zou ik gewoon ‘afrobeats’ hebben gezegd, maar nu dus niet meer. Hoe meer ik me erin verdiep, hoe meer het gebruik van die naam me is gaan irriteren. Hieronder zal ik uitleggen waarom ook jij voorzichtig met deze benaming om zou moeten gaan.
Om te beginnen is ‘afrobeats’ eigenlijk een te brede term. Wanneer mensen afrobeats zeggen, bedoelen ze eigenlijk een verzameling van verschillende ritmes die hun oorsprong vinden in West-Afrika, en dan met name in Nigeria en Ghana. Ze worden niet per se geproduceerd in Afrika, maar het is een bepaalde ‘sound’ die vooral populair is onder Britse en Amerikaanse artiesten. Ook veel Nederlandse artiesten, onder wie Frenna, zijn tegenwoordig niet vies van een beetje afrobeats.
De naam afrobeats is in de jaren 2000 geïntroduceerd in Engeland, waar bepaalde Ghanese en Nigeriaanse artiesten hun muziek lieten horen en daarmee Britse artiesten inspireerden. Ghana en Nigeria liggen allebei in Afrika, veel andere soorten muziek uit Afrika kende de gemiddelde Brit niet, en zo werd de naam afrobeats geboren. Om het nog ietsje verwarrender te maken is er nog een ander genre dat ‘Afrobeat’ heet, zonder -s dus. Dat is bedacht door de Nigeriaanse muzikant Fela Kuti. Deze stijl was vooral populair in de jaren ’70 en herken je aan invloeden uit de jazzmuziek. Een lettertje maakt in dit geval dus nogal een verschil.
Oneerbiedige verzamelnaam
In de praktijk gooien veel Nederlanders al snel alles dat een beetje ‘Afrikaans’ klinkt in de categorie ‘afrobeats’ – denk aan trommelmuziek met niet-Engels gezang. Dat zie je bijvoorbeeld aan veel zogenaamde afrobeats-afspeellijsten op muziekplatformen. Maar wat is eigenlijk ‘Afrikaans’? Het continent beslaat tenslotte meer dan vijftig landen, die allemaal hun eigen talen en culturen kennen. En dus hun eigen muziek. Want hoe zou er uit een continent dat groter is dan de Verenigde Staten, Brazilië en China samen maar één soort muziek kunnen komen? Oké, ‘afrobeats’ verwijst officieel dus niet naar álle Afrikaanse muziek. Maar de term suggereert dat wel; niemand zegt immers ‘Ghana’-beats, bijvoorbeeld. Dat laatste bekt nou eenmaal wat minder lekker, en zou het weer te ingewikkeld maken. En dat is een probleem.
Ik spreek Randall Spann. Hij is muzieksamensteller bij FunX en houdt zich daarbij bezig met verschillende soorten muziek die in Nederland populair zijn. Hij beschrijft afrobeats als “een oneerbiedige verzamelnaam voor niet-westerse pop”. “De term is eigenlijk bedoeld om het simpel te houden voor westerse mensen”, legt Randall me uit. Zo simpel is het immers niet; zoals gezegd vallen er verschillende soorten ritmes onder de term ‘afrobeats’. “Als je kijkt naar Brits en Nederlandse artiesten als Frenna, dan zie je dat zij hele andere elementen en ritmes gebruiken”, zegt Randall. “Maar iedereen noemt dat dan afrobeats, omdat dat makkelijk is.” Dit geldt trouwens ook voor de artiesten zelf.
Volksmuziek in Zweden
Open een willekeurige afrobeats-afspeellijst, en de kans is groot dat je de Nigeriaan Burna Boy een aantal keer ziet staan. Maar zélf ziet hij zijn muziek helemaal niet als afrobeats maar gewoon als popmuziek.
Vergelijk het met wat wij in Nederland als popmuziek bestempelen. Wat mensen daaronder verstaan, verschilt ook per land. “In Nederland viel het genre ‘volks’ op een gegeven moment ook onder popmuziek”, vergelijkt Randall. “Terwijl wat wij volksmuziek noemen in een ander Europees land als bijvoorbeeld Zweden helemaal niet zo populair zou zijn. In het geval van ‘afrobeats’ kan je het zien als popmuziek van niet-witte mensen, bij wijze van spreken.”
Nu ben ik ook wel benieuwd wat Nederlandse afrobeats-artiesten zelf eigenlijk van de naam van hun muziekstijl vinden. Daarom bel ik de ‘Nederlandse King of Afropop’ himself, zoals FunX hem omschrijft: Amartey. De Ghanees-Nederlandse artiest trad in het pre-coronatijdperk regelmatig op bij feesten en festivals, onder andere met het concept ‘Afrolosjes’. “Wij proberen de afro-sound door heel het land te verspreiden”, begint hij enthousiast, “en aan die feesten en festivals zie je dat afrobeats de afgelopen vijf jaar steeds populairder aan het worden zijn in Nederland.”
De afro-sound? vraag ik hem verbaasd. Dus die bestaat wel? “Ik bedoel daarmee dat we verschillende genres laten horen, zoals afrobeats, maar ook bijvoorbeeld coupé décalé uit Ivoorkust en Frankrijk, highlife uit Ghana en kizomba uit Angola”, legt Amartey me uit. Voor hem is het dus vanzelfsprekend dat er veel verschillende Afrikaanse muziekgenres zijn. Dat er mensen zijn – zoals de afspeellijstenmakers – die ook andere soorten Afrikaans-klinkende muziek afrobeats noemen, lijkt bij Amartey niet echt te zijn opgekomen. “Die mensen moeten gewoon hun onderzoek gaan doen.”
Kom uit je bubbel
Ik leg de vraag ook voor aan podcastmaker Ashlee Janelle Danso. Door haar podcast over jonge creatievelingen kent ze veel afrobeats-artiesten en houdt ze zich bezig met diversiteit en identiteit. Op het moment dat ik haar spreek zit ze in Ghana, het land waar ook haar ouders vandaan komen; des te interessanter, lijkt me. “In mijn bubbel weet iedereen precies wat afrobeats zijn, maar andere mensen weten dat natuurlijk niet”, zegt ze. Ah, diezelfde bubbel als Amartey dus. Ashlee Janelle kan zich daarom wel voorstellen dat mensen uit andere bubbels muziek snel tot ‘afrobeats’ bombarderen, zegt ze.
Zij vindt het belangrijk dat er meer aandacht komt voor de verschillen binnen Afrika. “Marokkanen identificeren zich bijvoorbeeld vaak ook niet als Afrikanen, terwijl ze dat natuurlijk wel zijn”, legt ze uit. “Als je ‘Afrika’ zegt, denk je waarschijnlijk meteen aan zwarte mensen.” West-Afrika is bovendien nogal dominant in de muziekindustrie. “Daardoor lijkt het net alsof wij spreken voor heel Afrika.”
Dus: de naam ‘afrobeats’ is verwarrend én hij wordt vaak verkeerd gebruikt. Maar hoe zorg je er dan voor dat je de naam wél op de goede manier gebruikt en niet generaliseert? Kijk ten eerste altijd uit met het voorvoegsel ‘afro-’. Afrobeats, afrobeat, afropop, Afrolosjes, ‘de afro-sound’… Makkelijk is het al allemaal niet, maar probeer toch zoveel mogelijk de regio of het land binnen Afrika te specificeren.
Kijk ook eens wat vaker op de kaart en laat tot je doordringen hoe groot Afrika eigenlijk is. Tip: check eens thetruesize.com. Daar kan je door met landen te slepen bijvoorbeeld zien hoe vaak Nederland in Nigeria past. Daarnaast is het handig (en leuk) om ook eens naar aparte (West-)Afrikaanse genres luisteren. Misschien herken je dan ook wel elementen terug in de ‘echte’ afrobeats van Britse artiesten – voor als je echt indruk wil maken.
Maar het belangrijkste: zoek eens op uit welk land die ene artiest komt naar wie je luistert. Nigeria ligt nog een stuk verder van Zuid-Afrika dan Nederland van Griekenland. Jij zou het toch ook gek vinden als iemand in Botswana alle muziek tussen Nederland en Griekenland tot ‘Europop’ bombardeert?