Wanneer kappen we eindelijk met ons onzinnige coffeeshopbeleid?
- Artikel
- 14 apr 2022
- 8 minuten leestijd
We vroegen het aan de voorzitter van het Verbond voor Opheffing van het Cannabisverbod. “Je zegt als overheid toch ook niet: ‘je mag wel melk verkopen, maar de koeien laten we afschieten door de politie’?”
Decennialang spraken veel Nederlanders met trots over ‘ons’ gedoogbeleid van hasj en wiet: wie hier een jointje wil opsteken, kan dat ongestraft en naar hartenlust doen. Maar de laatste jaren zwelt de kritiek op het beleid aan. Want waarom is het produceren en vervoeren van cannabis hier nog altijd strafbaar, terwijl er in steeds meer landen wordt overgegaan tot volledige decriminalisering?
Zie daar: het wietexperiment. In beleidstaal beter bekend als het ‘experiment gesloten coffeeshopketen’. Na lang gesteggel heeft de overheid aan acht cannabistelers een vergunning gegeven om legaal hasj en wiet te mogen produceren, daar komen er nog twee bij. Volgens de laatste berichten mogen zij hun producten vanaf het voorjaar van 2023 verkopen aan coffeeshops in tien deelnemende Nederlandse gemeenten, plus een nog te bepalen stad.
Na nog eens vier jaar zal moeten blijken of het experiment een succes genoemd mag worden. En wordt besloten of er een einde komt aan het eigenaardige voor- en achterdeurbeleid van de Nederlandse coffeeshop.
Hoe groot is die kans? En waarom is zo’n vierjarig
experiment eigenlijk nodig? Als er iemand is die ons dat kan vertellen, is het
Derrick Bergman. Als voorzitter van het Verbond voor Opheffing van het
Cannabisverbod (VOC) volgt hij de ontwikkelingen in cannabisland al sinds
de jaren ‘90 op de voet.
"Het wietexperiment is een door en door politiek compromis."
Hoi Derrick! Laten we even
teruggaan naar het begin. Wie bedacht ooit om de verkoop van hasj en wiet toe
te staan, maar de teelt en aanlevering aan coffeeshops strafbaar te stellen?
Derrick: “Toen cannabis in de jaren zestig steeds populairder werd, was het gebruik nog strafbaar. Nederwiet bestond nog niet, het ging vooral om hasj die uit landen als India en Marokko werd meegebracht door jonge hippies. Alleen al met een paar kruimels op zak riskeerden zij een maandenlange gevangenisstraf en een strafblad. De rechtbanken stroomden dan ook vol met dit soort zaken. Rechters en bestuurders begonnen zich af te vragen of de straffen wel in verhouding waren met de schadelijkheid van het gebruik.”
“Er volgden jaren van onderzoeksrapporten en politiek debat. Een belangrijke figuur daarbij was Dries van Agt, destijds minister van justitie. Ondanks zijn christelijke ideologie pleitte hij voor de legalisering van gebruik en een door de staat gereguleerde verkoop. Maar lang niet al zijn christelijke collega’s gingen daarin mee. Om ze te overtuigen, wees Van Agt ze op de heroïne-epidemie: in de jaren zeventig vielen in Amsterdam steeds meer doden door heroïnegebruik. Hij stelde voor om de straf op gebruik van heroïne en andere harddrugs te verhogen, en die op cannabis te verlagen.”
“Zijn overtuiging was dat als het gebruik eenmaal gedoogd werd, de teelt en
handel snel zouden volgen. Maar die stap is nooit gezet. Zo is dat gekke voor-
en achterdeurbeleid van Nederlandse coffeeshops ontstaan. Waarbij de repressie
op de productie van cannabis in de loop der jaren alleen maar is toegenomen.”
Je pleit al jaren voor een
volledige opheffing van het cannabisverbod. Hoe sta je tegenover het landelijke
wietexperiment?
“Het experiment is een door en door politiek compromis. De zogeheten wietwet, die het kweken van cannabis door erkende telers reguleert, werd in 2017 door Vera Bergkamp (D66, red.) geïnitieerd en door een meerderheid in de Tweede Kamer aangenomen. Was het zoals gewoonlijk naar de Eerste Kamer gegaan, dan hadden coffeeshops nu al legaal gekweekte wiet verkocht. Maar kort na de stemming waren er verkiezingen en ontstond er door weerstand van de nieuwe regeringspartijen CDA en de ChristenUnie opnieuw debat over.”
“Het was toen Halbe Zijlstra (VVD, red.) die zei: als we er niet uitkomen, laten we dan voor een experiment gaan. Terwijl niemand zit te wachten op zo’n experiment. De coffeeshopeigenaren niet, de burgemeesters niet, de progressieve partijen die voor legalisering zijn niet. Maar D66 ging door de knieën.”
“Ik zie het wietexperiment vooral als een vertraging van wat er toch een keer
zal komen, want het huidige beleid is onhoudbaar. Je zegt als overheid toch ook niet: ‘je
mag wel melk verkopen, maar de koeien laten we afschieten door de politie’?”
"Het feit dat sigaretten mogen worden verkocht betekent toch ook niet dat je als overheid mensen aanspoort om tabak te kopen?”
Bij de stemming over de wietwet in 2017 stemden niet alleen het CDA en de ChristenUnie tegen, maar ook de VVD. Wat zijn hun argumenten?
“Er zijn een paar argumenten die steeds terugkeren. Het eerste is dat legalisering van de teelt niet zou mogen volgens internationale verdragen. Het tweede is wat ik de ‘exportmythe’ noem, die hoor ik Rutte vooral nog gebruiken. Hij stelt dat maar liefst tachtig procent van de wiet die in Nederland wordt geteeld naar het buitenland gaat, waardoor illegale plantages en criminele organisaties na legalisering zullen blijven bestaan. En dan is er nog de angst voor het signaal dat je met legalisering zou afgeven: dat het oké is om te gebruiken.”
En in geen enkel argument zit een kern van waarheid?
“Ik kijk graag genuanceerd naar de wereld, in veel debatten zijn er twee kanten van het verhaal. Maar in dit geval gaat dat niet op, want alle tegenargumenten zijn al lang weerlegd. In Canada, Uruguay, Malta en verschillende staten in de VS is het telen legaal, en ook die landen hebben de internationale verdragen ondertekend.”
“Wat betreft de exportmythe: die tachtig procent is ooit door Ivo Opstelten
(voormalig VVD-minister van veiligheid en justitie, red.) genoemd, maar werd al
snel als onwaar bestempeld door de NRC. En ik hoor van verschillende coffeeshopeigenaren dat
zij hun wiet steeds vaker uit bijvoorbeeld Spanje krijgen, omdat Nederlandse telers
er door het harde politieoptreden mee ophouden. Dus met die export zal het ook
wel meevallen.”
“En dat signaal aan de gebruiker, tja. Het feit dat sigaretten mogen worden
verkocht betekent toch ook niet dat je als overheid mensen aanspoort om tabak te
kopen?”
"Wat mij ook drijft is de positieve uitwerking die de plant kan hebben."
Nou zijn er wetenschappers die waarschuwen dat jongvolwassenen die regelmatig blowen, een grotere kans hebben op het ontwikkelen van een psychose of psychische stoornis. Geef je bij volledige legalisering niet ook aan hen ongewild het signaal af dat het wel meevalt met de gezondheidsrisico’s?
“Ik wil eerst even genoemd hebben dat de aanleg voor een psychische stoornis in die gevallen naar mijn weten al latent aanwezig is. Wiet roken laat het misschien eerder naar buiten komen, net als alcoholgebruik en slaapgebrek dat kunnen doen, maar is niet de primaire oorzaak.” “En juist als er gezondheidsrisico’s zijn, is het belangrijk dat de productie niet in handen valt van criminelen. Het is nu volstrekt onduidelijk wat er precies in de hasj en wiet zit dat aan coffeeshops wordt verkocht, want dat mogen ze niet eens laten testen. Er kan vergruisd glas in zitten, pesticiden, allerlei rotzooi.”
“Het is nu ook niet altijd duidelijk hoeveel werkzame stof erin zit, terwijl dat natuurlijk belangrijk is om te weten als consument. Stel je eens voor dat je een fles drank bij de slijterij koopt, en niemand weet of er 5 procent of 50 procent alcohol in zit. Dat zouden we toch nooit toestaan? Door de productie te legaliseren is het eenvoudig om de werkzame stoffen tot achter de komma te testen en te vermelden, zodat consumenten precies weten wat ze kopen.”
“En wat betreft dat signaal: legaliseren is niet hetzelfde als het vrijgeven.
Het is niet alsof een joint straks in de schappen van de Albert Heijn ligt,
daar zullen nog steeds regels en leeftijdsgrenzen bij horen. En veel komt aan
op goede voorlichting. Zelf heb ik drie volwassen zoons, die heb ik in hun
tienerjaren uitgelegd dat als ze veilig willen drinken, roken en blowen, ze
moeten wachten tot hun hersenen zijn volgroeid. En als ze besluiten daar niet
op te wachten, ze in ieder geval de risico’s moeten kennen. Dat heeft goed
uitgepakt.”
Je spreekt met veel passie over cannabis. Waar komt die drive eigenlijk vandaan?
“Elke dag dat dit beleid voortduurt, vallen er nieuwe slachtoffers. Ik krijg regelmatig berichten in mijn mailbox van mensen die hun huis uit zijn gezet omdat ze een wietplantje kweekten of als de dood zijn om gepakt te worden. Ik vind het onbegrijpelijk dat dat gebeurt, hier, in Nederland.”
“En wat mij ook drijft is de positieve uitwerking die de plant kan hebben. Niet het lallende en herriemakende effect van alcohol, maar juist de ontspanning en het versterken van het associatieve vermogen. Als ik samen met vrienden stoned wordt, dan zijn we niemand tot last. Ik woon vlakbij een café en kan je verzekeren: met drank is dat toch vaak anders.”