Uit de kast komen: een hopeloos verouderd idee of nog steeds broodnodig?
- Artikel
- 11 okt 2022
- 8 minuten leestijd
Het verzet tegen een speciale internationale Coming Out Day wordt onder jongeren tegenwoordig steeds groter en groter. Journalist Rocher Koendjbiharie gaat op onderzoek uit: is zo'n dag nog wel van deze tijd?
Vijftien jaar geleden kwam ik uit de kast als niet-heteroseksueel. In het begin dacht ik dat ik biseksueel was, maar een jaar later wist ik het: zeker: ik val alleen op mannen. Uit de kast komen voelde toen aan als iets wat ik moest doen. Ik dacht dat ik anders niet gelukkig zou zijn. In 2009, een jaar na mijn eigen coming out, kreeg Coming Out Day voet aan de grond in Nederland. De van oorsprong Amerikaanse dag vindt sindsdien jaarlijks plaats op 11 oktober. Maar de huidige en ook toekomstige generatie lhbtqia+-personen lijken minder te hebben met uit de kast komen. In hoeverre is het nog van deze tijd?
‘Uit de kast komen’ is een opmerkelijke omschrijving als je er langer bij stilstaat. De oorsprong ervan is verbonden met het Engelse ‘coming out’. Historicus George Chauncey legt in het boek Gay New York: Gender, Urban Culture, and the Making of the Gay Male World, 1890–1940 precies uit hoe. Mensen gebruikten begin vorige eeuw coming out om te beschrijven hoe jonge vrouwen voor het eerst op debutantenballen werden geïntroduceerd in de socialite wereld.
Drag balls
Homomannen gebruikten dezelfde omschrijving. Maar in plaats van henzelf kenbaar te maken aan de wereld op debutantenballen, presenteerden deze mannen zich op zogeheten drag balls aan andere homomannen. Deze drag balls werden zo vormgegeven dat ze leken op debutantenballen. In relatie tot homomannen had een coming out toen dus niks te maken met jezelf aan de wereld laten zien, en alles te maken met jezelf te laten zien aan zij die leken op jou. Waar de kast precies vandaan komt, is onduidelijk. Maar het gebruik van het woord is niet terug te vinden vóór de jaren zestig van de vorige eeuw.
“Als mensen het gevoel hebben dat uit de kast komen een belangrijke mijlpaal voor hen is, dan moeten ze dat zeker doen”
- Ilias (29)
Coming Out Day daarentegen is een veel jonger concept. In 1988 riepen psycholoog Robert Eichberg en activist Jean O’Leary de eerste Coming Out Day in het leven. In dat tijdperk waren anti-lhbtqia+-sentimenten explicieter en meer voorkomend dan vandaag de dag. Vele activisten, waaronder Eichberg en O’Leary, wilden daar niet op een verdedigende manier op reageren. Ze kozen ervoor om juist positiviteit en vrolijkheid centraal te stellen, en wilden het uit de kast komen vieren.
Dwangmatige heteroseksualiteit
De meeste mensen, geloofden de twee activisten, denken dat ze geen homoseksuele of lesbische mensen kennen, en zo’n uit-de-kast-dag zou laten zien dat dat niet waar zou zijn, én ervoor zorgen dat mensen hun angsten en stereotypes over lhbtqia+-mensen zouden loslaten. De keuze voor een datum viel op 11 oktober omdat dat de dag was dat in 1987 de National March on Washington for Lesbian and Gay Rights plaatsvond.
“Bij millennials als ik heerst de verwachting dat je uit de kast komt. Ik heb het idee dat dat bij gen Z nog niet zo vaststaat"
- Hans (31)
Maar ook toen was niet iedereen het eens met zo’n speciale Coming Out Day. Het idee van uit de kast komen zou een voorbeeld zijn van dwangmatige heteroseksualiteit: het idee dat heteroseksualiteit de norm is en iedereen heteroseksueel zou moeten zijn vanaf de geboorte. Met andere woorden: als alleen lhbtqia+-mensen uit de kast (moeten) komen en mensen die binnen de heteroseksuele norm vallen niet, dan ontstaat het idee dat de eerste groep anders is én dat iedereen die niet uit de kast komt automatisch heteroseksueel is, tenzij ze alsnog uit de kast komen. Alsof ze verantwoording moeten afleggen. Het verzet daartegen wordt tegenwoordig steeds groter en groter.
“Ik zag het niet als iets wat ik moest doen. Meer omdat ik hetero mensen ook niet uit de kast zie komen”
- Daisy (20)
Ik sprak met vier verschillende queer personen over hun relatie met uit de kast komen, wat ze vinden van dit idee en hun kijk op Coming Out Day als aparte dag.
Ilias (29, hij/hem) vindt niet uit de kast komen, maar juist zelfacceptatie het belangrijkst voor queer personen. De focus, vindt hij, ligt te erg op op dat eerste, en te weinig op 'coming in', hoe hij het omschrijft. Dit concept vindt grotendeels zijn oorsprong in biculturele lhbtqia+-gemeenschappen. Lhbtqia+-personen die van kleur of ook religieus zijn hebben niet altijd de luxe om uit de kast te komen vanwege de kruising met bijvoorbeeld hun culturele of religieuze identiteit. Maar of het nog van deze tijd is, vindt hij lastig. “Als mensen het gevoel hebben dat uit de kast komen een belangrijke mijlpaal voor hen is, dan moeten ze dat zeker doen.”
Khaddouj (23, zij/haar) zag uit de kast komen als iets waar ze zich meer haarzelf door ging voelen. Ook zij vindt dat iedereen het voor zichzelf moet bepalen. Maar ze geeft wel een kanttekening: “We zitten hier in Nederland met veel bewegingen en culturen waarbij iedereen in een ander proces zit. Zolang die verschillen bestaan, kunnen we nog niet beslissen of het nog relevant voor ze is of niet.” Coming Out Day kan wel bewustzijn creëren volgens Khaddouj én een moment zijn om stil te staan bij iedereen die zich niet veilig genoeg voelt om uit de kast te komen.
Voor Hans (31, hij/hem) is uit de kast komen tegenwoordig meer iets gemakzuchtigs. “Het is makkelijker om zelf in het gesprek te werken dat ik op mannen val, dan iemand anders er ongemakkelijk omheen zien dansen.” Hij vindt uit de kast komen wel steeds meer iets van vroeger. Maar hij denkt dat leeftijd ook een rol speelt. “Bij mijn generatie, millennials, heerst de verwachting dat je uit de kast komt. Ik heb het idee dat dat bij gen Z nog niet zo vaststaat en mensen een queer relatie kunnen hebben of bijvoorbeeld nieuwe voornaamwoorden gebruiken, zonder een bijgaand 'uit de kast kom'-moment.”
"Coming Out Day kan bewustzijn creëren én een moment zijn om stil te staan bij iedereen die zich niet veilig genoeg voelt om uit de kast te komen"
- Khaddouj (23)
Dat jongeren minder het nut inzien van uit de kast komen, wordt duidelijk bij het verhaal van Daisy (20, zij/haar). Zij is nooit uit de kast gekomen. Ze wist tot voor kort niet eens dat Coming Out Day bestond. “Ik zag het niet als iets wat ik moest doen. Meer omdat ik hetero mensen ook niet uit de kast zie komen.” Als Daisy haar vrienden erover sprak, vertelde ze gewoon dat het duidelijk was dat ze niet op jongens valt. “Sommigen waren verbaasd, sommigen niet. Daarna gingen we gewoon weer door met onze dag.” Voor Daisy bepaalt de situatie of uit de kast komen nog van deze tijd is of niet. “Als je opgegroeid bent in een open kring, dan hoef je niet uit de kast te komen, denk ik.”
Veilige omgeving
Voor deze Coming Out Day hebben alle vier een boodschap aan queer personen die nog niet uit de kast zijn. Hans stelt dat jouw eigen keuze centraal staat: “Bedenk je voor wie je uit de kast zou komen. Dat zou ten eerste voor jezelf moeten zijn. Als het van jou niet hoeft, dan hoeft het niet.” Daisy is het daarmee eens: “Het is geen verplichting maar als je jezelf beter gaat voelen door uit de kast te komen dan moet je het gewoon doen.” Ilias geeft mee: “Wees authentiek aan jezelf, je veiligheid staat voorop.” Ook Khaddouj ziet veiligheid als essentieel: “Creëer een veilige omgeving of zoek die op met de zelfacceptatie en zelfliefde die je hopelijk wel voelt. Misschien verlies je dan wat mensen, maar uiteindelijk vindt je weer mensen die dat gat opvullen zoveel meer liefde.”
Wel of niet uit de kast komen is alleen een beslissing die jijzelf kan maken. Vijftien jaar geleden koos ik ervoor om uit de kast te komen. Dat was niet een eindstation maar het beginstation van mijn queer-zijn. In de jaren die volgden, leerde ik zoveel meer over mezelf kennen en wat het betekent om queer te zijn. Vandaag de dag vind ik het geweldig om queer te zijn, want de lhbtqia+-gemeenschap is er een bestaande uit gekozen familie. En die familie liet mij inzien dat ik nooit echt alleen ben.