Jesse reist 6 uur voor één college: ‘Na tien keer hospiteren gaf ik het op’
- Artikel
- 13 mei 2024
- 6 minuten leestijd
Als je geen kamer kan vinden in de stad waar je studeert, ben je vaak aangewezen op het openbaar vervoer. Voor Jesse betekent dat urenlang in de trein zitten. "Vrienden verklaren me voor gek."
Tekst: Robin van Gammeren
De wekker gaat, je rolt kreunend uit bed en grijpt naar je telefoon. “8:50” staat er op je scherm. Je college begint over tien minuten! In paniek trek je het eerste kledingstuk aan dat je ziet rondslingeren en spring je op je fiets. Met zweet op je bovenlip storm je de collegezaal binnen – net op tijd.
Heel eerlijk: ik was vaak die student. Ik ben nooit een vroege vogel geweest en de nachtelijke cadens van het studentenleven eiste ook zijn tol. Maar voor Jesse (24) uit Drachten is zo’n ritme ondenkbaar. Als zijn college om kwart voor 9 begint, rinkelt de wekker al om 5 uur.
“Pittig”
Jesse reist voor zijn studie Bestuurskunde namelijk zo’n drie à vier keer per week van het Friese Drachten af naar Den Haag. De universiteit in Groningen is een stuk dichterbij, maar de specifieke studie die hij volgt wordt daar niet aangeboden. Bovendien zit je in Den Haag wel “op het vuur” qua bestuurskunde en politiek. Zo krijgen de studenten daar vaak gastcolleges van mensen die bij het ministerie werken – ideaal voor een ambitieuze bestuurkundestudent. Maar, zegt Jesse lachend, “Qua reistijd had ik misschien iets anders moeten kiezen”.
Want nu brengt Jesse heel wat tijd door in treinen en bussen. “Ik heb vorig jaar een minor gedaan in Delft, toen moest ik om kwart voor vier opstaan en dan kwam ik altijd een kwartier te laat aan door de aansluitingen”, vertelt hij. “Die dagen duurden vaak tot half zes, dus dan was ik pas rond half tien thuis.” Soms moest hij dan ook nog de volgende ochtend gewoon weer om kwart voor negen in de collegebanken zitten. “Dat was wel pittig.” Nu hij voor zijn colleges weer in Den Haag moet zijn, mag hij iets langer in bed blijven liggen, namelijk tot 5 uur.
Braindrain
Jesse is lang niet de enige die ver van zijn geboorteplek studeert. Verschillende provincies buiten de Randstad hebben last van leegloop. Sommige zetten zelfs ludieke campagnes op in een poging hun starters te houden of terug te halen. Maar kan zo’n braindrain wel worden tegengegaan? “Dat denk ik zeker”, zegt Jesse. “Zeker met iets als de Lelylijn, dan hoef je niet per se in de Randstad te gaan wonen.” De Lelylijn is een voorgestelde spoorlijn die Noord-Nederland beter moet verbinden met de Randstad. De lijn zou dan lopen tussen Groningen en Lelystad, met als tussenstations in ieder geval Emmeloord, Heerenveen en Drachten. Maar ook met zo’n goede verbinding zullen veel mensen in de Randstad willen werken en studeren, denkt Jesse. “Ik snap wel dat mensen daarheen gaan, bijna alle universiteiten zitten rond de Randstad, er zijn daar veel mooie banen die beter verdienen. Ministeries en grotere kantoren zijn allemaal daar gevestigd, dat heb je niet in het Noorden. Ik denk ook niet dat het ooit gaat gebeuren.” Provincies als Friesland en Groningen zouden er goed aan doen om de focus te leggen op wat hen uniek maakt, in plaats van de concurrentie met de Randstad aan te gaan, zegt hij.
Van tijd tot tijd is Jesse er “helemaal klaar mee” als er vertraging is of als de treinen niet rijden. “Soms moet ik er voor anderhalf uur college heen. Als ik dan twee uur vertraging heb, kom ik niet eens voor het einde aan.” En ook al is het natuurlijk überhaupt vermoeiend om voor niks zo lang onderweg te zijn, is dat niet eens het ergste: “Als je een presentatie moet geven met een groepje en je trein rijdt niet, dan laat je je groepje in de steek. Dat vond ik heel vervelend. Of als je zeven uur onderweg bent en niet eens aankomt in Den Haag, dan baal je flink.” Overigens valt het over het algemeen best mee hoe vaak er vertragingen zijn, geeft Jesse toe.
Vroeg weg bij de hospi maar geen euro schuld
Hoewel sommige mensen serieuze vraagtekens zetten bij de keuzes van Jesse – “vrienden verklaren me voor gek” – was het ook niet zijn bedoeling om in zijn derde studiejaar nog steeds het halve land te doorkruisen. Vol goede moed klopte Jesse bij het ene na het andere studentenhuis aan om de hospiteeravonden bij te wonen, maar tevergeefs. Na tien van zulke teleurstellende hospi’s gaf hij het op en accepteerde hij z’n lot als treinreiziger – inmiddels was hij toch al halverwege zijn studie. Dat hij nooit werd uitgekozen komt ook doordat hij altijd weer vroeg weg moest om de laatste trein te halen, denkt hij zelf.
“Ik heb nu geaccepteerd dat ik zoveel reistijd heb”, zegt hij. “Je kunt veel doen in de trein, dat is wel fijn. Ik ben vaak heel vroeg met het inleveren van opdrachten.” Doordat hij ook zijn maaltijden in de trein nuttigt, leeft Jesse op een AH To Go-dieet: maaltijdsalades en kwark. Bijkomend voordeel is dat een torenhoge kamerhuur hem ook bespaard is gebleven, waardoor hij nog geen euro heeft hoeven lenen. “Heel veel mensen die daar wonen hebben een gigantische studieschuld, dat heb ik niet. Ik werk in de weekenden bij de supermarkt, dus ik hoef niks te lenen.”
Stappen zit er niet in
Toch zijn er ook dingen die hij moet missen, vergeleken met zijn uitwonende studiegenoten. “Je moet vroeg opstaan en je bent laat thuis, daarnaast doe je niet heel veel. Ik zit wel bij een studievereniging in Den Haag, maar ik kan tot maximaal negen uur ‘s avonds blijven omdat ik de trein moet halen. Dat maakt het wel lastig om vriendschappen op te bouwen. Het studentenleven, vooral het stappen, dat zit er niet in bij mij.”
Heel rouwig is Jesse daar niet om. Als ik hem vraag of hij opgelucht is dat zijn tijd in Den Haag bijna is afgelopen, zegt hij: “Ik weet niet of ik ernaar uitkijk, ik heb het heel erg naar mijn zin in Den Haag. Ik vind de studie heel leuk dus het is jammer als dat straks is afgelopen. Maar de reistijd ga ik in ieder geval niet missen.” Als vervolgstudie wil hij dan ook een Master Juridische Bestuurskunde gaan doen in Groningen, iets dichter bij huis. “Dat scheelt vier uur reistijd. En ik denk dat het in Groningen iets makkelijker is om een kamer te vinden, dus dat ga ik in ieder geval wel proberen.”
Beeld header met dank aan Jesse.
Moet jij ook enorm lang reizen voor werk of studie?
Voor een vervolg van dit artikel zijn we benieuwd naar meer ervaringen van langeafstandreizigers. Wil je meewerken? Stuur dan een mailtje naar brandpuntplus@kro-ncrv.nl met je dagelijkse reistijd en een korte toelichting.