Wereldredder op vouwfiets
- Interview
- 13 feb 2019
- 7 minuten leestijd
Om erachter te komen wat je zelf kunt doen om klimaatverandering tegen te gaan interview ik Nobelprijswinnaar Joyeeta Gupta. Zij is voorzitter van de organisatie die de Verenigde Naties adviseert in klimaatkwesties. Dus qua advies is zij wel zo'n beetje de top van de eredivisie.
Vorig jaar leerde ik voor het eerst professor Joyeeta Gupta (Delhi, 1964) kennen. De hoofddocent van het vak Environment and Sustainable Development op de Universiteit van Amsterdam introduceerde haar als een superster. Onder applaus (nogal ongebruikelijk in een collegezaal) kwam ze binnen. En dat deze entree terecht was, werd al snel duidelijk.
In de twee uur die daarop volgden, waren ik en mijn medestudenten getuige van de onuitputtelijke bron van kennis waarover Joyeeta beschikt. In een enorm rap tempo gingen de powerpoint slides erdoorheen. Om ons met zoveel mogelijk kennis over het klimaat die middag weer naar huis te sturen.
Het CV van Joyeeta is indrukwekkend. De lijst van publicaties en werkzaamheden is zo lang dat ik me afvraag waar zij de tijd vandaan haalt om al die dingen gedaan te hebben. Een kleine greep uit dat cv: de Nobelprijs voor de Vrede. Wat?! Ja, de Nobelprijs voor de Vrede. Joyeeta was lange tijd schrijver voor het Intergovernmental Panel on Climate Change, een panel dat samen met Al Gore in 2007 de Nobelprijs won. Ook op haar cv: professor Milieu en Ontwikkeling, in Amsterdam en Delft en voorzitter van de UN Global Environmental Outlook, een organisatie die werkt aan een nieuw rapport over mondiale klimaat- en milieuproblemen.
Dag Joyeeta, als er iemand geschikt is om ons te vertellen wat we kunnen doen om klimaatverandering tegen te gaan bent u het wel.
“Nou, ik kan je wel vertellen wat ik doe om duurzaam te leven?”
Graag! Want wij eten al minder vlees, douchen korter en doen aan vintage shopping. Maar wat kunnen we nog meer doen om onze ecologische voetafdruk kleiner te maken?
"Het belangrijkste dat ikzelf doe is het gebruik van een vouwfiets. Ik reis dagelijks veel, vanuit een dorp bij Den Haag, en met de vouwfiets in de trein reis ik zo duurzaam mogelijk. Helaas vlieg ik wel veel voor mijn werk bij de Verenigde Naties. Soms beperk ik dat door Skypevergaderingen te organiseren, maar voor conferenties moet ik vaak toch echt ter plaatse zijn.”
Welk gedrag kunnen wij in het dagelijks leven aanpassen?
“Uit mijn nieuwe onderzoek blijkt dat de voedselverspilling in westerse landen erg hoog is. Dat moeten we écht veranderen. Kleine veranderingen maken al een groot verschil. Denk aan de overstap van rund- naar varkensvlees, en van varken naar kip. De rundvleesproductie gebruikt veruit het meeste water, het meeste land en stoot de meeste broeikasgassen uit. Ik wil dat iedereen bewustere keuzes maakt en bij elke keuze nadenkt. Je moet hier continue mee bezig zijn. Dáár moeten we naar streven, dat duurzame keuzes worden opgenomen in het dagelijks leven.”
Op mijn bord kan ik de juiste keuzes maken. Maar bij andere zaken vind ik het lastig.
“Je kan er ook voor kiezen om te gaan CO2-dieten (zoals Linda doet). Ik heb heel lang betaald voor hernieuwbare energie bij mijn energieleverancier, totdat ik erachter kwam dat mijn leverancier mij gewoon fossiele brandstoffen leverde. Terwijl ik maandelijks extra betaalde om hernieuwde energie in mijn huis te ontvangen. De leverancier kan zelf geen onderscheid maken tussen fossiele brandstoffen en hernieuwde energie en daarbij is de vraag naar die energie hoger dan wat er in Nederland wordt geproduceerd. Toen ik daarachter kwam heb ik het opgegeven en zonnepanelen op mijn dak gezet en ben ik van koken op gas naar inductie overgestapt. Nu alleen de cv-ketel nog aanpassen.”
En qua lifestyle? Is daar nog winst te behalen?
“ Zeker. We kunnen stoppen met water in flessen opslaan. Gewoon kraanwater gebruiken. Als ik kijk naar mijn studenten in Nederland dan nemen ze allemaal al herbruikbare waterflessen mee naar college. In het buitenland zie ik iedereen plastic waterflessen kopen en die na gebruik weggooien. We moeten streven naar een minimaal gebruik van plastic. En we moeten investeren in betere kleren. Zodat ze langer meegaan en je dus minder snel nieuwe kleding hoeft te kopen. Een droger is ook echt niet nodig. Was je kleren op lage temperatuur en laat ze drogen aan een rekje.”
Oké, dat zijn behoorlijk wat praktische aanpassingen. Als wij dit allemaal doen, lost dit dan het probleem op?
“Het vraagstuk over de verantwoordelijkheid is een debat dat we al lang voeren. De Nederlandse overheid probeert de verantwoordelijkheid af te schuiven op de burgers. Maar ik ben ervan overtuigd dat deze verantwoordelijkheid bij de overheid ligt. De laatste vijftien jaar zijn er in Nederland veel nieuwe kolencentrales bijgekomen, terwijl er al lange tijd bekend is dat zij veel uitstoten. Het is beter voor het klimaat om in zonne- of windenergie te investeren.”
De keuzes van onze overheid vind je onbegrijpelijk?
“Nou, ik snap ook niet waarom er nog steeds wordt geïnvesteerd in nieuwe wegen. Waarom gaat dit geld niet naar spoorlijnen? Op dit moment is het goedkoper om met vier personen in een auto naar Amsterdam te gaan dan met het openbaar vervoer. Ook is het voordeliger om naar Berlijn te vliegen dan met de trein te gaan. In Luxemburg is besloten om het openbaar vervoer gratis te maken vanaf 2020. Daar kan het ook, dus waarom niet overal?”
De overheid is volgens jou dus verantwoordelijk voor het leeuwendeel van de misère. Maar wat is dan de rol van jongeren?
“Er zijn volgens mij vier rollen voor jonge mensen. De eerste is om belangrijke ideeën te identificeren en die te vertalen naar beleidsstrategieën. Het is belangrijk om continue druk uit te oefenen op de overheid zodat gedrag beïnvloed wordt en de overheid haar verantwoordelijkheid eindelijk neemt. Ten tweede moeten de nieuwe ideeën omgezet worden in een sociale beweging die druk uitoefent. Net zoals de actiegroep Youth for Climate nu doet. Het grootste doel zou moeten zijn om een Nederland te creëren zonder fossiele brandstoffen. Jonge mensen kunnen zelf vooral hun eigen consumptiegedrag veranderen. Door in het dagelijks leven continue af te vragen of het de meest duurzame keuze is. En mijn vierde en laatste punt: inventief zijn. Ik had vorig jaar een student die daken huurt in Amsterdam. Hij betaalde de eigenaar van het huis een deel van de winst, plaatste zonnepanelen op het dak en de elektriciteit die hij opwekte verkocht hij door. Zo creëerde hij een systeem waardoor gedrag verandert.”
Toen ik laatst naar Parijs vloog kreeg ik vanuit meerdere hoeken de vraag waarom ik niet met de trein ging. Denk je dat het controleren van de mensen in je omgeving, zoals bij flightshaming, een oplossing kan zijn ?
“Toen ik op de Vrije Universiteit in Amsterdam werkten hing er een lijst in de docentenkamer met daarop de namen van collega’s die de hoogste CO2-emissies maakten. Het enige probleem was dat ons werk als onderzoeker vaak gepaard gaat met internationale vluchten. Je kan vliegen proberen te reduceren, maar als je het volledig elimineert dan kun je het werk niet goed doen. De vraag is of we druk kunnen uitoefenen op de vliegtuigindustrie om groener te worden. Als we helemaal geen CO2-emmissies meer willen uitstoten, dan kunnen we allemaal beter stoppen met leven. Elk mens heeft een ecologische voetafdruk, maar we kunnen wel veel doen om die voetafdruk zo gering mogelijk te laten zijn."