Hoe ga je met online haatcomments om?
- Artikel
- 12 nov 2020
- 10 minuten leestijd
We vroegen het een influencer en een jurist. Wanneer gaat online haat over van 'vervelend' naar 'strafbaar'?
Volgens stoppestennu.nl worden er jaarlijks meer dan 500.000 jongeren online gepest maar dit overkomt ook zeker volwassenen. Digitale media als Instagram, Snapchat, Facebook en Twitter maakt het heel gemakkelijk om iemand een bericht te sturen, zonder daadwerkelijk geconfronteerd te worden met de reactie. Cyberpesten kan gaan om dreigende berichten sturen, belastende foto’s of filmpjes plaatsen of iemand uitschelden.
Wie actief is online heeft vaak ook te maken met bijvoorbeeld ongewenste seksuele toespeling in je DM’s, denigrerende comments over je uiterlijk onder een post of een beledigend bericht in je inbox. Dit kan gaan van vervelend en ongemakkelijk tot kwetsend en angstaanjagend. Maar, niet strafbaar.
Hoe ga je om met die negatieve comments? Een kwestie van een dikke huid kweken en accepteren dat het erbij hoort? En weten we wel voldoende over wat wel en niet mag op het internet, wat feitelijk strafbaar is en wat de mogelijkheden zijn om een zaak aan te spannen?
We spraken erover met influencer en online activiste Mignon Nusteling en jurist Charlotte Meindersma.
Naakt en feminisme
Als influencer heeft Mignon Nusteling (29) te maken met online haat en cyberbullying. De kunstenares en activiste houdt zich onder andere bezig met taboes doorbreken over naakt, feminisme, autisme en ableism. Met meer dan 17.000 volgers op haar Instagramaccount is Mignon een publiek figuur en ze heeft dan ook te maken met onbekenden die haar in comments of DM’s aanspreken op haar woorden, foto’s, uiterlijk en haar werk.
Mignon: “Het is eerlijk gezegd wel wat minder geworden. In het begin gebruikte ik mijn Instagram als een soort performance art en was alles expres over the top. Als er dan iets meer bloot te zien was kreeg ik daar echt heel veel gedoe over. Toen ik iets persoonlijker werd kreeg ik vooral veel negatieve reacties op feministische uitingen. Mijn doelgroep is inmiddels duidelijker en specifieker waardoor de negatieve reacties ook minder zijn geworden. Ik merk dat er weer even een golf van vervelende comments komt wanneer ik ergens anders gedeeld word, dus bij mensen die daar niet aan gewend zijn.”
“Opvallend is dat een deel van de negatieve reacties van dichterbij komen. Niet van mijn echt intieme cirkel, maar wel daarbuiten. Van kennissen, mensen met wie ik op school heb gezeten, die ik in de kroeg tegenkom of vrienden van vrienden bijvoorbeeld. Dat soort haat en negativiteit gebeurt misschien online, maar ik moet daar in de ‘analoge’ wereld ook mee omgaan.”
“In het begin kroop ik enorm in m’n schulp. Als ik dan mensen op straat zag die online over mij gepraat hadden nam ik liever een omweg om er niet langs te hoeven lopen. Inmiddels neem ik meer de regie over mijn leven en laat me niet beïnvloeden door roddels of haatcomments. Ik neem een actievere houding aan dan het negeren of ervan weglopen. Ik creëer actief rust voor mezelf.”
“Nog steeds zijn er wel plekken die ik vermijd, maar dat is mijn keuze. Ook blokkeer ik soms mensen. Niet eens alleen als iemand nare berichten stuurt, maar ook voor mijn eigen gemoedsrust, om niet steeds de naam van iemand te zien waarvan ik weet of vermoed dat die vervelende dingen over mij denkt of verspreidt. Het is niet zo dat mensen recht hebben om jou te volgen, die blokkeerfunctie is er niet voor niets.”
Weet waarvoor je staat
“Het is goed om soms even stil te staan bij de afzender van een haatcomment. Waar komt het vandaan en waarom zou het mij moeten raken? Als mijn familie of partner aangeeft dat ze last hebben van iets wat ik doe is dat voor mij een duidelijke aanleiding om daarover na te denken en te veranderen waar nodig. Als een vriend van een kennis vindt dat ik arrogant ben hoef ik me dat niet persoonlijk aan te trekken.”
“Ik denk wel dat het ook belangrijk is om goed na te denken over wat je zelf zegt of deelt en waarom je dat doet. Hoe duidelijker je weet waar je voor staat, hoe meer je ook een specifieke doelgroep aan kan spreken waarbinnen de onderwerpen die ergens anders misschien als heel raar of radicaal kunnen worden gezien veel beter begrepen worden.”
Actief rust creëren, weten waar je voor staat en blokkeren als voorrecht. Het zijn bruikbare tips die verder gaan dan de dooddoener ‘gewoon negeren’. Maar, hoe zit het eigenlijk met de regels? Wat mag wettelijk gezien wel en niet op het internet en wanneer wordt een negatief bericht haat zaaien of smaad?
Wat gij niet wilt dat u geschiedt…
Waar ligt de grens tussen vervelend en strafbaar? Clarice Gargard maakte die grens onlangs heel duidelijk. De schrijfster en activiste spande een rechtszaak aan tegen 25 personen die haar bedreigende, discriminerende berichten hadden gestuurd. De rechtbank veroordeelde 24 van die personen voor opruiing en discriminatie. Een belangrijke overwinning met een duidelijke boodschap; het internet is geen anonieme vrijstaat.
View this post on InstagramA post shared by Clareesi (@claricegargard) on
Charlotte Meindersma (32) is jurist en wordt ‘de social media jurist van Nederland’ genoemd. “Op het internet gelden gewoon dezelfde regels als daarbuiten in de ‘analoge’ wereld. Het verschil zit hem denk ik het feit dat er in de beginjaren van het internet weinig gehandhaafd werd. Zo is er een soort idee ontstaan dat wat op het internet gebeurt ‘vrij’ is. Tegenwoordig zijn mensen veel bewuster van de gevolgen van iets online delen.”
Charlotte legt uit dat er in principe twee ‘routes’ zijn: civiel en strafrechtelijk. Strafbaar zijn de belediging, smaad of smaadschrift; iets wat wel waar is maar iemands eer en goede naam aantast door ruchtbaarheid aan een feit te geven, of laster waarbij dezelfde principe gelden maar dan voor iets wat niet waar is. Bij de civiele route gaat het om de schending van eer en goede naam.
Charlotte: “Een negatieve opmerking is niet strafbaar, maar de vrijheid van meningsuiting ook niet zonder grenzen. Dat je ergens ‘ik vind’ voorzet maakt het niet altijd slechts een mening, net zoals iets vervelend vinden het niet direct strafbaar maakt. Er zijn een aantal factoren waar rekening mee wordt gehouden in het bepalen van of er een zaak is en welke route er wordt genomen. Wie iets deelt en wat het bereik is van die persoon of dat medium en hoe lang iets bijvoorbeeld terug te vinden is. Een haatcomment in een story op Instagram heeft bijvoorbeeld een stuk minder impact dan een artikel op GeenStijl.”
Civiel of strafrechtelijk
“Als iets kan worden vastgesteld als smaad of laster of bijvoorbeeld als bedreiging, dan kan je daar een strafrechtelijk proces voor starten. De drempel om dat te doen ligt iets hoger omdat het veel tijd kost. Je moet aangifte doen bij de politie en dan moet het Openbaar Ministerie ermee aan de slag.”
“Een relatief makkelijkere weg om te nemen is een civiel proces. Dit is iets wat met een kort geding binnen een week of zes afgehandeld kan worden en je kan zelf een advocaat in de arm nemen. Een advocaat kan ook bepalen of het zin heeft om een procedure te starten. De civiele route is wel een stuk kostbaarder omdat die uit eigen zak moet worden betaald.”
“Op zich is het dus heel simpel; er mag op het internet niets meer of minder dan daarbuiten. Toch ligt het soms ook juist wat ingewikkelder omdat de verspreiding van informatie snel gaat en lastiger onder controle te krijgen. Naar de politie of een advocaat stappen kan soms ook juist meer aandacht genereren voor iets wat je juist verwijderd wil zien.”
“Mijn advies is om niets tegen iemand te zeggen wat je zelf niet zou willen horen, maar dat is misschien wat idealistisch. Ik denk dat het belangrijk is om jezelf en ook anderen niet anoniem te wanen op het internet. Normale omgangsregels gelden ook online, net als de wet.”