Van Aleppo naar Gaastmeer: hoe vluchtelingen uit Syrië in Friesland een nieuw leven opbouwen
- Recap
- 09 maa 2018
- 3 minuten leestijd
Verschillende Friese dorpen ontvingen een Syrisch vluchtelingengezin. In het ene dorp voelt het Friese landschap, en het vangnet van vrijwilligers voor de nieuwkomers als een warm bad. In een ander dorp kwijnen de Syriërs weg, eenzaam en geïsoleerd, ondanks de goede bedoelingen van de gemeenschap.
In zes dorpen in Friesland helpen vrijwilligers vluchtelingen door ze een gezinshuis aan te bieden. Zo woont in Gaastmeer, een Fries dorpje met 295 inwoners, het gezin van de Syrische Fatima en Amar, en hun vier kinderen. De bewoners die zich hard hebben gemaakt om opvang te bieden voor een vluchtelingengezin in het dorp hebben ervoor gezorgd dat het mooiste huis; de pastorie, voor hen beschikbaar werd. Het gezin woont daar inmiddels anderhalf jaar.
De intentie van de dorpsbewoners is dat de kleinschaligheid van het dorp de integratie van de Syrische vluchtelingen gemakkelijker maakt. In Gaastmeer bleek dit te kloppen: de kracht van opvang in het dorp is dat er op lokale schaal direct bijscholing voor de kinderen, taalles voor de ouders, en vriendschap beschikbaar werd. “We zijn vanaf het begin dat ze hier zijn al Nederlands tegen ze gaan spreken. Dat is, volgens mij, de beste manier om een taal te leren. Door het gewoon te doen en niet de hele tijd in het Engels te vervallen. Tot nu toe gaat dat erg goed!”, zegt Joke Wittenberg, één van de vrijwilligers.
De opvang van de vluchtelingen door de vrijwilligers draait niet alleen om het vinden van werk en het leren van de taal. Een belangrijk onderdeel van dit vangnet is de emotionele steun die geboden wordt. Fatima vertelt hoe dankbaar ze de groep vrijwilligers is: “Toen mijn broer vorig jaar overleed door een bombardement hebben zij mij gesteund. Ze zijn er voor mij zoals een familie dat is en staan altijd naast mij.”
Misschien had het gezin van Amar en Fatima in Gaastmeer enorm veel geluk. Want eenzelfde project in een ander Fries dorp, Oosterlittens, verloopt minder voorspoedig. In het dorp is voor een anders Syrisch gezin een huis gekocht met geld dat bij elkaar is gesprokkeld door middel van donaties van dorpsbewoners. De integratie van het gezin verloopt weerbarstiger dan in eerste instantie door de vrijwilligers werd verwacht. Vader Tofik voelt zich ellendig: “De mensen in het dorp zijn erg vriendelijk. Ik heb het goed getroffen maar ik ben ongelukkig. Voor de boodschappen moet ik naar Sneek of Leeuwarden en dat is twintig kilometer verderop. Ik voel me alleen in het dorp, en ik verveel me.”
Met de zesjarige dochter uit het gezin lijkt het beter te gaan. Voordat ze naar Oosterlittens kwam, was ze in Syrië nooit eerder naar school geweest omdat ze als gezin op de vlucht waren. Juf Janneke is haar docent en geeft haar thuis wekelijks extra les: “In het begin was het voor haar heel pittig. Alles was nieuw voor haar. Lezen of rekenen had ze nog nooit gedaan. In het begin mocht ze niet met vriendjes of vriendinnetjes spelen. Ik heb haar ouders toen uitgelegd dat het hier normaal is om af te spreken om te spelen met kinderen van school. Maar ik snap wel dat dit niet normaal was voor hen. Ze zijn een paar jaar op de vlucht geweest. Het is dan een enorme verandering omdat je als gezin eerst enorm op elkaar gericht bent en dan opeens erop moet vertrouwen dat je een kind kan laten gaan. Dat is natuurlijk erg moeilijk”.