Zo denken de Amerikaanse politici van morgen over Trump
- Jinek on tour
- 09 mei 2017
- 4 minuten leestijd
Eva Jinek is op dit moment in Amerika om het tweede deel van haar serie De Verenigde Staten van Eva te maken. Redacteur Anoek Hofkens is mee. Voor Brandpunt+ bezoekt ze tijdens hun reis jonge Amerikanen om te vragen wat zij vinden van hun nieuwe president. Derde stop: Washington DC, het centrum van de macht.
Op een steenworp afstand van het Witte Huis ligt de George Washington University. Voor deze universiteit kies je niet zomaar; het merendeel van de studenten hier dromen van een politieke carrière. Wat vinden de bestuurders van de toekomst van hun nieuwe president?
Het is examentijd en dat betekent dat iedereen op de campus met zijn neus in de boeken zit. En aangezien het weer meewerkt en de zon enthousiast schijnt, doet vrijwel iedereen dat buiten. Zo ook Cooper Leonard (19), student Politicologie met als specialisatie overheidsbeleid. Ik ontmoet hem op een bankje voor de universiteitsbibliotheek.
Cooper.
Cooper: “Donald Trump is een slecht voorbeeld voor studenten die – net als ik - een carrière in de politiek voor ogen hebben. Ik houd niet van zijn retoriek over vrouwen en minderheden. Trump heeft volgens mij geen idee wat er speelt onder de bevolking. Kijk bijvoorbeeld naar de manier waarop hij met de gezondheidszorg omgaat. Veel Amerikanen wilden wél Obamacare, maar met hen houdt Trump geen rekening . En daarbij hervormt hij niet uit idealisme, maar om te laten zien dat hij anders is dan Obama.”
“Wat ik ook niet begrijp is de manier waarop hij met het Environmental Protection Agency (EPA) omgaat, ons wetenschappelijk instituut dat onderzoek doet naar hoe we het beste met het milieu kunnen omgaan. Door de financiering van het instituut in te perken, is het een lachertje geworden. Trump beschermt niet langer ons milieu, maar de bedrijven die misbruik maken van het milieu.De EPA heeft amper nog iets te zeggen.”
Danielle Tarazi (19) is eveneens buiten aan het blokken. Ze studeert Geschiedenis met als specialisatie het Midden-Oosten. Wat zij vindt van de eerste honderd dagen van Trump’s presidentschap?
“Ik was het absoluut niet eens met zijn travel ban, het verbod om de VS in te komen voor mensen uit zeven moslimlanden in het Midden-Oosten. Ik kom namelijk zelf uit één van die landen. Tenminste, mijn vader is Libanees. Het verbod voelde als een persoonlijke aanval op mij, mijn cultuur en mijn religie. Studiegenoten van mijn Arabisch Amerikaanse studiegroep hadden hetzelfde. Op de universiteit werden posters gehangen waarop stond: ‘Je bent welkom hier’.”
Danielle: "De 'travel ban' voelde als een persoonlijke aanval op mij."
“Gelukkig roept Trump een fanatieke tegenreactie op. En ik heb vertrouwen in die resistance-beweging, die steeds groter wordt. Al tijdens Trump’s campagne gingen mensen de straat op om te protesteren tegen zijn kandidaatschap. En toen hij president werd, werden dat er alleen maar meer. Samen organiseren ze acties tegen Trump, zoals protestmarsen. Ook veel invloedrijke personen zitten erbij, Hillary Clinton bijvoorbeeld. Zij heeft zich een paar dagen geleden aangesloten.”
Heel opvallend is het niet dat zowel Cooper als Danielle het niet zo heeft op Trump. In Washington DC is het merendeel van de inwoners Democraat en op de universiteit is dat net zo, vertelt Genevieve Pegan (21). Zij zit in het laatste jaar van haar studie Internationale Betrekkingen.
Ook Gevenieve is niet over Trump te spreken: “Waar ik vooral kapot van ben, is dat hij Michelle Obama’s Let girls learn programma gaat stoppen. Met dat programma krijgen meisjes in ontwikkelingslanden de kans om naar school te gaan. De vorige first lady heeft zich er vanaf 2015 voor ingezet, en het werkte. Meisjes in zulke landen kregen er meer kansen door. Ik begrijp niet waarom iemand dat zou willen stopzetten.”
Geneviene met Tibo, de hond van een vriendin van haar.
“Ik ben teleurgesteld in dit land, in de mensen die op hem hebben gestemd en de mensen die niet hebben gestemd. Want de opkomst was maar veertig procent. Dat betekent dat iets meer dan twintig procent van het hele land Donald Trump wilde als president. Dat is niet bepaald veel, nee.”
“Wat me het allermeeste zorgen baart, is dat hij ook de opperbevelhebber is van het leger. In de eerste maanden van zijn presidentschap heeft hij laten zien hoe snel hij agressief kan worden, hoe weinig ervoor nodig is hem op de kast te krijgen. De hele wereldorde kan veranderen met één verkeerde beslissing. Hij hoeft maar een slechte dag te hebben en we zijn de klos. Echt, zoveel landen hebben kernwapens. Het kan zo gebeurd zijn.”