Salem begon op het vmbo en is nu arts: "Leraren zeiden tegen mijn ouders om niet veel van mij te verwachten”
Het doorzettingsvermogen van Salem Zeggay (37) roept bewondering op van de buitenwereld, maar jarenlang zichzelf moeten bewijzen brengt ook veel verdriet met zich mee: "Ik voelde me heel lang niet gezien.”
In groep acht krijgt Salem het schooladvies vmbo-basis, het ‘laagste’ niveau binnen het vmbo. “De juf zei tegen mijn ouders om geen hoge verwachtingen te hebben en dat ik misschien beter naar het speciaal onderwijs kon gaan.” Maar haar ouders willen dat Salem het eerst op een reguliere school probeert. Later maakt ze niet alleen het vmbo af, maar klimt ze door naar het havo en hbo, en behaalt ze vwo-certificaten om geneeskunde te kunnen studeren aan de universiteit.
Ze vertelt aan Spot On waarom ze besloot om toch door te studeren en hoe ze nu als jeugdarts haar persoonlijke ervaringen gebruikt om kwetsbare kinderen te helpen. “Veel kinderen onderpresteren omdat er meer speelt.”
Hoi Salem, in groep acht kreeg je het advies vmbo-basis. Vond je dat dit klopte?
"Toentertijd geloofde ik het, want docenten zeiden al in groep drie tegen mijn ouders dat ik weinig capaciteiten had. Ik vergat dingen snel en was erg dromerig. Ook had ik een taalachterstand. Mijn ouders zijn Eritrese vluchtelingen en thuis spraken we Tigrinya. Mijn kleuterjuf zei tegen mijn moeder dat ik thuis één taal moest spreken: Nederlands. Het was toen niet algemeen bekend dat kinderen prima meertalig opgevoed konden worden. Mijn moeder werd bang, omdat ze in winkels vaak werd uitgelachen om haar gebrekkige Nederlands en niet wilde dat mij dat ook overkwam. Ze bedoelde het zo goed, maar omdat zij niet vloeiend in de taal was, leerde ik incorrecte grammatica en was het moeilijk om dat weer af te leren.”
“Er gebeurden ook dingen in de klas die niet fijn waren. Ik werd door de leraar vaak overgeslagen als ik mijn vinger in de les opstak. Of als ik een vraag niet begreep, dan zei ik ‘huh?’, omdat dat gebruikelijk is in de Eritrese cultuur. Als kind wist ik niet dat het niet netjes was in Nederland. In plaats van dit uit te leggen, ging de juf mij nadoen. Ik voelde me dan zo stom.”
Salems moeder regelde bijlessen voor haar dochter. "Ze zei: ‘Ik kan jou niet helpen, want mijn Nederlands is niet goed genoeg. Maar ik kan mensen zoeken die jou wél kunnen begeleiden.’ Ze deed haar best voor mij,maar mijn potentie kwam er gewoon niet uit. Ik was niet een gelukkig meisje op de basisschool en dat had helaas effect op mijn leren. Als docenten zeggen: ‘je kan het niet’, dan geloof je dat als kind.”
Volgens onderzoek is Salems ervaring niet uniek: lage verwachtingen van leraren zorgen voor een self-fulfilling prophecy waarbij een kind zelfvertrouwen verliest en gaat onderpresteren. Dit leidt tot een veel lager schooladvies dan wat het aankan. ‘Stapelaars’ – mensen die net als Salem meerdere opleidingen afmaken om het hoger onderwijs te bereiken – geven in een onderzoek aan dat onderschatting op de basisschool vaak de reden is voor hun lange omweg. Maar liefst zeventig procent vindt daarom dat hun stapelroute onnodig was geweest.
Uit onderzoek blijkt dat vooral kinderen met een migrantenachtergrond en praktisch opgeleide ouders een te laag schooladvies krijgen. De onderzoekers denken dat vooroordelen van docenten hierin een rol spelen. Herken jij dit?
“Ik herken het wel. Mijn ouders kregen vanwege de oorlog niet de kans om te studeren. In Nederland werkte mijn moeder in een slagerij en was mijn vader conciërge op een muziekschool. Mijn moeder had een keer de juf uitgenodigd bij ons thuis omdat ik vertelde dat ik in de klas werd overgeslagen en dat de juf me nadeed. Mijn moeder wilde hierover praten en had voor haar gekookt. Ik weet nog dat de juf rondkeek in ons huis en zei: ‘Wat is het hier schoon. Heel anders dan bij andere buitenlanders!’ Ik geloof dus dat vooroordelen onbewust meespeelden in hoe er naar mij en mijn ouders werd gekeken.”
Wat motiveerde jou om toch door te leren?
”Mijn mentor op het vmbo-b, Mevrouw de Bruyn, was de eerste docent die mijn potentie zag. Ze zei: ‘Salem, ik ga jouw toetsen strenger nakijken. Als jij aan het einde van het jaar gemiddeld een 8 staat, dan mag je door naar vmbo-kader.’ En dat lukte. Ik ontwikkelde motivatie en lef. Ik vroeg aan mijn mentor op kader wat ik moest doen om door te mogen naar vmbo-gemengd. Elk jaar deed ik een niveau hoger totdat ik mijn vmbo-theoretisch diploma haalde. Door Mevrouw de Bruyn besef ik hoe belangrijk het is om een docent te hebben die in jou investeert.”
Dacht je toen: als ik blijf stapelen, dan kan ik op een dag naar de universiteit?
"Nee, daar was ik totaal niet mee bezig. Ik was alleen gefocust op de volgende stap en dacht: als ik vmbo-t kan, dan kan ik misschien ook havo. Ik voelde me zelfverzekerder, omdat ik steeds kleine overwinningen maakte. Toen ik op het hbo zat, dacht ik: misschien kan ik zelfs arts worden. De dag dat ik werd ingeloot voor de studie geneeskunde, was daarom erg emotioneel. Als kind dacht ik niet dat dit ooit zou gebeuren.”
Tijdens haar studie liep ze co-schappen bij een asielzoekerscentrum met veel Eritrese gezinnen. “Ik herkende mijn eigen familie in hen. Op dat moment wist ik: ik wil teruggeven aan de gemeenschap.” Vooral het contact met de kinderen maakte veel indruk en beïnvloedde haar keuze om jeugdarts te worden. “Ze hebben zoveel in hun mars, maar staan automatisch 1-0 achter vanwege de taalbarrière en wat ze hebben meegemaakt. Ze hebben de juiste zorg en begeleiding nodig om hun dromen waar te maken.”
Je werkt nu als jeugdarts op een opvanglocatie voor vluchtelingen én op een vmbo-school. Hoe zet jij jouw persoonlijke ervaringen in?
”Ik herken me vooral in leerlingen die onderpresteren. Als een kind zegt dat hij niet met plezier naar school gaat en daarom veel verzuimt, dan gaan bij mij alarmbellen af. Als schoolarts praat ik met leerlingen om te kijken wat er écht speelt. Er was laatst een jongen die veel spijbelde, lage cijfers haalde en een grote mond had. Toen ik doorvroeg, bleek dat hij niet genoeg werd uitgedaagd en zich niet gezien voelde door de docent. Ik probeer dan de persoon te zijn waar ik vroeger als kind behoefte aan had: iemand die luistert en een brug is naar de leraar, zodat de leerling zich minder alleen voelt.”
Hoe reageren leerlingen als ze horen dat jij ook op het vmbo was begonnen?
”Ze zijn meestal in shock. Hun ouders zeggen dan vaak: ‘Zie je wel, dat kan óók.’’ Niet iedereen hoeft natuurlijk arts te worden, maar het is belangrijk dat je ontdekt waar jij goed in bent. Wat je ook doet, laat niemand ooit het plafond voor jou bepalen.”
Je hebt harder en langer moeten studeren om te komen waar je nu bent. Hoe voelt het om dit te beseffen?
"Aan de ene kant ben ik trots op mijn doorzettingsvermogen. Maar het hoefde niet zo te lopen. Als kind voelde ik me zo lang niet gezien, dat ik nu nog steeds denk dat ik het niet ‘goed genoeg’ doe. Toen ik werd gevraagd voor dit interview, dacht ik: ‘Waarom ik? Er zijn genoeg mensen met een nóg beter verhaal.’ Of toen een oud-collega mij vroeg lid te worden van een congrescommissie voor artsen, twijfelde ik ook. Heel stom dat ik dat gevoel van de basisschool nog steeds heb. Maar dat is het ook: een gevoel. Niet de realiteit. Want niemand zegt dat ik mijn werk slecht doe. Dus ondanks de onzekerheid doe ik die enge dingen wel: ik ben lid van de commissie, heb op congressen gesproken en heb al meerdere interviews gegeven.”
Denk je dat je die onzekerheid nog kwijt zult raken?
“Hopelijk kan ik het op een dag een plekje geven. Het kost tijd en moeite om dit gevoel los te laten. Ik zeg daarom vaak tegen mezelf: jij bént van waarde enkijk wat je tot nu toe hebt bereikt. Dus hoewel het dubbel voelt, ben ik vooral positief en dankbaar.”
Fotograaf: Kjell Postema
Salems opleidingen:
2009 - 2016: WO Geneeskunde
2008 - 2009: WO Biomedische wetenschappen (uitgeloot voor geneeskunde)
2007 - 2008: VWO-certificaten biologie, natuurkunde, scheikunde en wiskunde B op het volwassenenonderwijs
2006 - 2007: HBO Biologie en Medisch Laboratoriumonderzoek
2003 - 2006: HAVO
2002 - 2003: VMBO-Theoretische leerweg
2001 - 2002: VMBO-Gemengde Theoretisch leerweg
2000 - 2001: VMBO-Kader
1999 - 2000: VMBO-Basis