Bijstandschaamte: “Ik voelde me een kind dat smeekte om een euro om naar de snoepwinkel te gaan”
- Artikel
- 01 sep 2021
- 8 minuten leestijd
Mariša krijgt een uitkering: “In de bijstand ben je ineens alle autonomie kwijt. Dat doet iets met je als volwassen vrouw.”
Eind december 2020 hadden volgens het CBS 429 duizend personen tot de AOW-leeftijd een algemene bijstandsuitkering. Om recht te hebben op zo’n uitkering moet je 18 jaar of ouder zijn, niet genoeg inkomen of eigen vermogen hebben om in je levensonderhoud te kunnen voorzien en niet in de gevangenis zitten.
Toch blijken er zo’n 170.000 Nederlandse huishoudens die wel in die positie verkeren, maar geen gebruik te maken van hun recht op de bijstand – uit vrees voor wantrouwen vanwege het strenge fraudebeleid, blijkt uit een rapport van de Inspectie Sociale Zorg en Werkgelegenheid.
Niet onterecht als je de eerdere verhalen leest van de vrouw in de bijstand die eerst ruim 7000 euro had moesten teruggeven, maar nu uiteindelijk een boete van 3500 euro moet betalen – omdat haar moeder haar elke week een tas boodschappen bracht. Om nog maar te zwijgen over de toeslagenaffaire.
We spraken met Mariša, die nu bijna vijf jaar een bijstandsuitkering ontvangt, over stigma’s, schaamte, machtsverhoudingen én de verbetering en groei die ze meemaakte toen er een andere aanpak kwam.
Doodsbang om gekort te worden
Heftige ADHD, onverwerkte trauma’s en té veel en te hard werken zorgden ervoor dat Mariša (38) zo’n jaar of vijf geleden in een burn-out terecht kwam. Eerst was er een behandeltraject met uitkering van anderhalf jaar, daarna volgde de bijstand. “Je hebt te maken met een dubbel stigma: die op psychische klachten en op ‘bijstandstrekker’. Om met die druk uit een burn-out te komen is lastig.”
"Vijf minuten te laat een formulier inleveren kan betekenen dat je gekort wordt op je uitkering."
“Het ging al een tijdje niet zo goed, maar als mensen tegen mij zeiden dat ik misschien eens aan de bijstand moest denken, om aan mezelf te werken, was ik daar altijd fel op tegen. Ik wilde juist werken. In het begin had ik ook echt het gevoel dat ik iets van iemand afpakte die hier meer behoefte aan had”, zegt de nu hoogzwangere Mariša.
Ze is nét gaan samenwonen met haar partner en bijna klaar met haar opleiding docent beeldende kunst. “Ik was doodsbang dat ik op mijn inkomen gekort zou worden als ik een opleiding ging doen. Eigenlijk wilde ik de kunstacademie doen, maar de docentenopleiding heeft baangarantie; die keuze heb ik wel echt gemaakt om het allemaal goedgekeurd te krijgen van de gemeente en het UWV. Samenwonen heeft ook invloed op je uitkering, die keuze heb ik ook niet zomaar kunnen maken.”
Alle autonomie kwijt
Het basisgevoel is wantrouwen, zegt ze. “Je moet te allen tijde bereikbaar zijn; als je gebeld wordt en op het toilet zit is dat jammer voor je. Vijf minuten te laat een formulier inleveren kan betekenen dat je gekort wordt op je uitkering. Een indexatie (je bent verplicht je gehele administratie over te dragen als daar om gevraagd wordt) kan altijd en ook onverwachts plaatsvinden. Het laatste jaar had ik er ineens twee.”
“Moeten overleggen of en hoelang ik op vakantie mag om mijn oma te bezoeken is best pijnlijk.”
Onlangs kreeg Mariša een tijd lang zelfs geen aanvullende bijstand omdat er een administratieve fout werd gemaakt. “En die werd pas na drie maanden toegegeven en teruggedraaid. Dan leef ik dus drie maanden van 500 euro. Ik ben opgevoed door een echte Dolle Mina, dus financiële onafhankelijkheid wordt in onze familie als heel belangrijk ervaren, vooral voor vrouwen. In de bijstand ben je ineens alle autonomie kwijt. Ik voelde me soms echt een kind dat smeekte om een euro om naar de snoepwinkel te gaan. Dat doet iets met je als volwassen vrouw.”
Oordelen over vakantieplannen
Recht hebben op een bijstandsuitkering betekent ook aan plichten moeten voldoen. Zo moet je meewerken aan onderzoek van de gemeente, zoals een huisbezoek, moeten vakantieplannen vooraf besproken worden en mag je maximaal vier weken per jaar op vakantie in het buitenland. Ook moet men zich ‘goed gedragen en er netjes en verzorgd uitzien bij een sollicitatiegesprek’ en zich ‘goed gedragen’ richting medewerkers van de gemeente. Wat ‘goed gedrag’ of ‘netjes en verzorgd’ inhoudt is nergens terug te vinden. Mag de medewerker van de gemeente daarover oordelen? En wat betekent ‘bespreken’ precies? Mag ook hier de medewerker een oordeel geven over de vakantieplannen? Is Zuid-Frankrijk acceptabel maar bijvoorbeeld een bestemming als Miami niet?
“Je identiteit is je professionele identiteit. Dat is iets van de laatste tien à vijftien jaar. Er is een soort collectieve waanzin om steeds meer, harder en beter te doen. En dan brand je op.”
Mariša: “Aan de ene kant weet ik hoe goed ik het hier heb, ik kán een bijstandsuitkering krijgen waar dat voor familie in het buitenland niet eens een mogelijkheid is. Maar, moeten overleggen of en hoelang ik op vakantie mag om mijn oma te bezoeken is best pijnlijk.”
Kijken naar het systeem, niet naar het individu
Onderzoeksbureau SEO concludeert in het rapport ‘Gezondheidsproblemen in WW en bijstand’ dat psychische problemen een grotere kans geven om in de bijstand terecht te komen, terwijl de kans op uitstroom uit de uitkering juist lager ligt dan gemiddeld: ‘Voor mensen in bijstand of WW die psychische en somatische klachten combineren, is de situatie het minst gunstig.’
Paul Verhaeghe, Vlaams hoogleraar psychologie, trekt fel ten strijde tegen deze stigma’s en het systeem dat dit volgens hem in stand houdt. In een interview met Knack zegt hij: “Om te beginnen moeten we ophouden met mensen individueel te beschuldigen. Zelfs goedbedoelende psychiaters, die zeggen dat we ook met wat minder tevreden moeten zijn, doen daaraan mee: ze leggen de oorzaak bij het individu. Ook bij het bestuderen van fenomenen als burn-out moeten we veel meer gaan kijken naar hoe organisaties functioneren. Maar opnieuw kijkt men naar het individu.”
Mariša
Hij legt uit dat mensen met een burn-out of depressie zich vaak heel schuldig voelen. Dat het systeem erop is ingesteld om mensen zo productief mogelijk te laten zijn en een burn-out dus ook betekent dat de veerkracht van die persoon moet worden bijgespijkerd. Verhaege pleit ervoor naar het systeem te kijken, de organisatie van arbeid: Is die persoon wel stressbestendig genoeg, moeten we zijn veerkracht niet wat bijspijkeren? “Je identiteit is je professionele identiteit. Dat is iets van de laatste tien à vijftien jaar. Er is een soort collectieve waanzin om steeds meer, harder en beter te doen. En dan brand je op.”
Vertrouwensexperiment
Mariša was onderdeel van een vertrouwensexperiment van de gemeente Tilburg in samenwerking met Tilburg University. Het stelde dat de regels in de bijstand vaak streng zijn en ingewikkeld en experimenteerde met een meer persoonlijke aanpak, gebaseerd op vertrouwen. In 2018 deden 800 mensen met een bijstandsuitkering vrijwillig mee aan het project. Ze werden verdeeld over vier groepen met elk net een andere aanpak, afhankelijk van de situatie en behoefte van de deelnemers. Voor de ene groep golden minder regels en kreeg men meer keuzevrijheid en in de andere was er juist meer begeleiding. Ook was er een groep waarbij niets veranderde. In 2019 liep het experiment af.
“Een humaner, holistische aanpak maakt echt het verschil.”
Het resultaat was duidelijk, zo is te lezen in het rapport: “De huidige Participatiewet werkt niet als vangnet, maar ook niet als springplank om verder te komen met werk of een andere manier van meedoen. Twee jaar experimenteren laat zien dat persoonlijke aandacht en vertrouwen werkt. Voor veel deelnemers is er iets in beweging gezet, bijvoorbeeld in de vorm van een baan, adequate hulp of zorg, of nieuwe contacten. Anderen kregen een positiever zelfbeeld en meer zelfvertrouwen. Minder regels, meer persoonlijke aandacht en keuzevrijheid maakt mensen gelukkiger en gezonder.”
“Fuck het liberalisme”
Een positief zelfbeeld, zelfvertrouwen en geluk, het zijn woorden die je misschien niet direct associeert met de bijstand. “Een kantelpunt”, noemt Mariša het vertrouwensexperiment. “De eerste drie maanden van het project was ik al productiever dan ooit. Je moet je voorstellen dat er daarvoor één medewerker was van de gemeente die naast mij nog zo een 275 ‘cliënten’ had. Ik heb die man nog nooit ontmoet.”
“Binnen dit experiment was er ineens een vertrouwenspersoon met wie ik ook echt dingen kon delen, vragen kon stellen. Echt alles verandert als dat zwaard van Damocles ineens niet meer de hele tijd dreigend boven je hoofd hangt. Ik moest voor alles toestemming vragen en alles verantwoorden. Binnen de regels van dit project kon ik ineens weer keuzes maken. Ik heb echt 100% verbetering ervaren. In de praktijk, maar vooral ook mentaal.”
Mariša eindigt ons gesprek met “Een humaner, holistische aanpak maakt echt het verschil” en voegt daar nog aan toe: “En fuck het liberalisme.”