Deze mensen maken Nederland een klein beetje mooier en eerlijker
- Artikel
- 29 okt 2020
- 7 minuten leestijd
Deze maand werd de Community Top 100 (vroeger de ‘Kleurrijke Top 100’) bekendgemaakt: een lijst met Nederlandse rolmodellen uit onder andere de zorg, media, politiek en onderwijs die strijden voor sociale gelijkheid en inclusie. Wij belden drie community leaders over hun missie.
Foto door Marion Duimel
Fatoş Ipek-Demir
Fatoş is mantelzorger en oprichter van Oudere Migranten Aan Zet (OMAZ): een stichting die meer zichtbaarheid creëert voor migranten- en laaggeletterde ouderen. “Denk aan mensen die geen flyer kunnen lezen en daarom niet weten dat er een high tea of maaltijdenproject in hun wijk is. Mensen die geen bijsluiter kunnen lezen of het nieuws over corona niet kunnen volgen.” Door taalbarrières heeft deze groep weinig toegang tot stedelijke ondersteuningsmogelijkheden en worden hun belangen niet meegenomen in het landelijk ouderenbeleid.
Toen het coronavirus begin dit jaar uitbrak en in zorginstellingen een bezoekverbod kwam, raakten migrantenouderen – die vaak geen Nederlands spreken – in een dieper sociaal isolement. Het brak het hart van Fatoş, die haar 84-jarige Turkse vader niet kon zien. Hij is één van de naar schatting 38.000 migrantenouderen in Nederland met dementie. Deze groep stijgt bijna twee keer zo snel als het aantal autochtonen met dementie.
“Er is in de reguliere zorg te weinig kennis over de behoeftes van migrantenouderen”, zegt Fatoş. Ze geeft daarom trainingen aan professionals in de zorgverlening over culturele sensitiviteit, zodat ze beter voorbereid zijn. Zelfs kleine dingen kunnen een verschil maken: in de zorginstelling van haar vader spreekt – op twee Turkse invalkrachten na – niemand Turks, maar hadden verzorgers een papiertje met fonetisch geschreven Turkse woorden zodat ze beter met hem kunnen communiceren.
Fatoş merkt dat er vaak over migrantenouderen wordt gepraat, maar niet mét hen. Met OMAZ organiseerde ze daarom (pre-corona) ‘Hayat’: een project waarbij Turkse en Marokkaanse ouderen hun levensverhalen delen in groepsgesprekken. “Soms hoor je echt schokkende dingen,” zegt Fatoş. Er wordt daarom veel gehuild, maar ook gelachen. Voor de ouderen is het een uitlaatklep, omdat ze soms lange tijd niemand spreken. “Delen is helen.”
Inmiddels kan Fatoş haar vader weer bezoeken. Op haar Facebook-blog Dagboek van een mantelzorger schrijft ze openhartig over hun samenzijn en steekt ze andere mantelzorgers een hart onder de riem. Haar lezers bestaan uit professionele zorgverleners, mantelzorgers, en vooral veel Turkse vrouwen die zich met haar identificeren. "Vrouwen die onlangs hun vader hebben verloren. Of vrouwen wiens moeder in de beginfase van dementie zitten. Er is veel pijn en niet iedereen weet waar ze hun verhaal kwijt kunnen of informatie kunnen krijgen. Daar zouden landelijke en lokale organisaties die een informatieve functie hebben veel meer aan moeten werken.”
Haar benoeming in de Community Top 100 voelt als een eer en erkenning. “Mijn missie is dat alle ouderen een mooie oude dag hebben in Nederland.”
Foto door Heidi Lau
Chee-Han Kartosen-Wong
Chee-Han is een video-editor en kinderboekenschrijver die zich volop bezig houdt met meer inclusiviteit in de media. Sinds de corona-uitbraak zag ze hoe meer en meer Aziatische mensen slachtoffer werden van racistische aanvallen (hier is een Wikipedia-pagina met alle mishandelingen wereldwijd).
Om meer aandacht te vragen voor dit probleem, creëerde ze het campagne-filmpje Ik zie wat jij niet ziet. Het filmpje maakte op social media veel los en werd afgelopen weekend opgepikt door het Jeugdjournaal. Begeleid door een gedicht van spoken-word-artist Kevin Groen, toont de video gezichten van eerste-, tweede-, en derde generatie Aziatische Nederlanders. “Ik zette ons op de radar door ons letterlijk meer zichtbaarheid te geven,” zegt Chee-Han.
Ik zie wat jij niet ziet is een hartenproject van Chee-Han – normaal monteert ze video’s voor commerciële bedrijven zoals Coca-Cola en Adidas. Als editor gaat ze heel bewust om met elke shot die ze monteert. Ze heeft niet altijd een hand in het soort beeldmateriaal die ze krijgt, maar als het kan, dan kiest ze bewust beelden waarin mensen van verschillende afkomsten, vormen en maten evenwaardig naar voren komen.
Zo werkte ze vorig jaar mee aan een campagnevideo voor een groot sportmerk waarin een zwarte voetballer centraal stond. “We kwamen beelden te kort voor de video. Dus toen het productieteam stock footage uitzocht, kwamen ze aanzetten met rauwe plaatjes van achterstandswijken – terwijl die jongen uit een middenklasse gezin kwam. Ik probeer dan vaak met de creatieve makers een gesprek aan te gaan over waarom dit niet kan. En hoe het wél kan.”
Chee-Han weet hoe krachtig beeld als medium is. Vooral voor jonge kinderen. In 2019 schreef ze samen met haar partner het kinderboek Waar is mijn noedelsoep?!? – een verhaal met een Aziatische hoofdpersoon. “In de meeste kinderboeken komen geen Aziatische kinderen in voor. Als ze er wel zijn, worden ze vaak erg stereotiep en als 'de ander' afgebeeld. Ik zag een boek waarin werd gezegd: ‘Wat gek, jij eet met stokjes.’ In ons boek willen we álle kinderen gelijkwaardig afbeelden.”
Naast hoofdpersoon Sam-Ming – die is gebaseerd op hun oudste zoon van zes – wordt de lezer door middel van eten voorgesteld aan andere culturen, zonder dat het als ‘gek’ of ‘vies’ wordt afgebeeld. Het personage Nikos eet gemistà uit Griekenland, Simone (vernoemd naar nieuwslezer Simone Weimans) eet Surinaamse pom, en Deniz eet dolma uit Turkije.
Momenteel zijn Chee-Han en haar man bezig met een tweede deel. “We hadden als kind nooit Nederlandse boeken waar we ons in herkenden. En as het er niet is, dan maken we het zélf.”
Brahim Lakhal
Samen met zijn jongere broertje Bilal (20), die het syndroom van Down heeft, maakt Brahim Lakhal (34) vlogs. Met hun video’s willen de twee misconcepties over mensen met dit syndroom wegnemen. In deze wekelijkse vlogs gaan Brahim en Bilal samen op pad om inspirerende bekende én onbekende Nederlanders te ontmoeten. Ook is Brahim mede-oprichter van de Stichting Elk Kind Een Bal en de Ricardo van Rhijn Foundation. Hiervoor geeft hij presentaties, workshops, trainingen en organiseert hij sportactiviteiten.
Brahim en Bilal groeiden op in een achterstandswijk in Leiden. Hun Marokkaanse ouders konden niet lezen en schrijven, waardoor Brahim als kind al het gevoel had dat hij met een achterstand begon. De keuzes die hij toen maakte, duwde hem de verkeerde richting in. Brahim kwam in aanraking met verkeerde mensen, criminaliteit maar ook drugs en alcohol. Voetbal was voor hem een belangrijke uitlaatklep. Na een scooterongeluk kon hij helaas niet meer verder gaan met deze droom. Hij begon toen als vrijwilliger in sport- en jongerenwerk. Dit was het begin van Brahims missie om anderen te helpen en inspireren.
Die is duidelijk: hij wil mensen, en dan vooral jongeren, inspireren om iets goeds te doen voor een ander. Ook wil Brahim de bijzondere band met zijn broertje Bilal laten zien aan de buitenwereld. Zo wil hij mensen inspireren en leren hoe zij op een positieve manier met hun familieleden om kunnen gaan. Het goede voorbeeld geven is volgens hem constant hard werken: “Iets goeds doen voor een ander kost veel energie, maar wat je ervoor terugkrijgt is uiteindelijk veel meer dan dat het je kost.”
Al snel kwam hij erachter dat video’s een goede manier zijn om veel jonge mensen te bereiken en inspireren. Brahim zag veel video’s voorbijkomen die een negatieve lading hadden – de beelden zaten vol met sensatie en straattaal. Hij stond niet achter sommige gekke uitspraken die bepaalde vloggers deden om meer jongeren te trekken. “Met positieve content kun je ook heel ver komen,” vond hij zelf. En hij had gelijk: mensen werden meteen enthousiast van de humor en oprechtheid die Bilal uitstraalt.
In de toekomst hoopt Brahim op dezelfde voet door te gaan en nog meer mensen te inspireren. “Het kost veel tijd en energie, maar je brengt wel echt verandering in de wereld.” Hij adviseert mensen om geen afwachtende houding te hebben, maar zonder twijfel iets goeds te doen voor een ander. “Samen kunnen we de mensheid op een positieve manier veranderen.”
De rest van de Community Top 100 vind je hier.