'Mijn tweede zoon is met zes vingers geboren'
- Interview
- 29 maa 2017
- 6 minuten leestijd
In het gesloten Russische stadje Ozjorsk leert men dat radioactieve straling goed voor de gezondheid is. Advocate Nadezhda Kutepova trok hier tegen ten strijde, waardoor ze haar moederland moest ontvluchten.
De inwoners van het Russische stadje Ozjorsk leven in luxe maar sterven doorgaans rond hun vijfenvijftigste. Zestig jaar geleden vond er de grootste kernramp na Chernobyl en Fukushima plaats. Advocate en mensenrechtenactiviste Nadezhda Kutepova groeide er op. Nu procedeert ze tegen de Russische overheid, die er nog steeds nucleair afval dumpt.
De inwoners van Ozjorsk leven als welgevoerde dieren in Artis. Vanbinnen oogt de welvarende stad dan ook als een luxeresort, al kunnen niet veel buitenstaanders dat navertellen. Ozjorsk is namelijk met hekken afgesloten en wordt door gewapende milities bewaakt. Dit heeft een tamelijk deprimerende reden: de gesloten stad is gebouwd rondom een van Ruslands grootste nucleaire complexen.
Nadezhda’s activisme wordt niet door iedereen op prijs gesteld. Daarom ontvluchtte ze Ozjorsk met haar kinderen. Momenteel woont ze in Frankrijk. We spreken haar op het Movies that Matter filmfestival in Den Haag, waar een documentaire over de radioactieve stad wordt vertoond.
Ik durf het bijna niet te vragen, maar zou jij oplichten als ik een stralingsmeter op je richt?
“Ehm… Ik wil het zelf liever niet weten. Door de cultuur van mijn geboortestad ben ik gewend om er niet teveel aandacht aan te schenken. Laatst ben ik wel een tand kwijtgeraakt, daar wil ik naar laten kijken.”
Vond je het als kind niet vreemd dat Ozjorsk zo afgebakend was?
“Toen ik als meisje aan mijn moeder vroeg waarom er hekken en soldaten om onze stad stonden, vertelde ze me dat onze stad geheim was. En dat de bewoners van Ozjorsk het moederland verdedigden. Wanneer ik buiten de stad kwam, mocht ik tegen niemand vertellen waar ik vandaan kwam. Voor mij was dat heel normaal.”
Wanneer merkte je dat er iets niet pluis was?
“Aan het begin van de jaren ’90 zag ik gelijkenissen tussen de gevolgen van Chernobyl en de gevolgen van het ongeval dat in ’57 bij ons was gebeurt. Zieke mensen rondom Chernoby kregen een compensatie van de overheid. Hier werden ook veel mensen ziek, maar wij kregen niets. Ik voelde dat er iets niet klopte.”
Wat precies klopte er niet, volgens jou?
“Zieke mensen werden en worden niet genoeg geholpen. En binnen de gesloten stad creëert het machthebbende nucleaire bedrijf Mayak een ideologie voor de inwoners en werknemers. We leren dat we trots moeten zijn, dat we een speciale rol hebben in de wereldgeschiedenis.”
Houdt die ideologie de inwoners in het stadje gaande?
“Ja, natuurlijk. Vanaf de peuterspeelzaal leer je dat onze centrale de beste ter wereld is. Je leert zelfs dat straling een goede invloed op je gezondheid heeft. Dat geloven sommige mensen helaas nog steeds. Wanneer ze gezond zijn, willen ze het positieve verhaal. Eenmaal ziek zijn ze te zwak om voor hun rechten op te staan. Als je een ‘verrader’ bent, zoals ik, krijg je al helemaal geen hulp.”
Hoe werd jij dan als verrader bestempeld?
“Na alle rechtszaken die we wonnen, ben ik valselijk van spionage beschuldigd. In Rusland is dat een misdrijf waar ik twintig jaar voor kan worden opgesloten. Dus besloot ik met mijn kinderen te ontsnappen. Voor de lokale pers ben ik een verrader. Nu bijvoorbeeld, zeggen ze dat ik voor deze film zakken met geld heb gekregen en daarmee een jacht in Frankrijk heb gekocht.”
Hoe hielp jij de inwoners van je radioactieve geboortestad?
“In Ozjorsk worden allerlei mensenrechten geschaad. Al sinds de Tweede Wereldoorlog doet niemand daar iets aan, dus startte ik er een mensenrechten-afdeling. Inwoners die ziek werden door de straling, konden ze bij ons terecht. Wij spanden zaken tegen de regering en tegen Mayak aan. Zij moeten hun kernafval gewoon beter opslaan, en eerlijk zijn over de gevolgen van straling. Ook verdienen mensen die ziek zijn geworden van straling compensatie, die ze vaak niet krijgen.”
Vecht je door vanuit Frankrijk?
“Niet meer als advocaat. Om toch informatie over Ozjorsk en Mayak te verspreiden, heb ik besloten om zoveel mogelijk media te woord te staan en presentaties te geven. Toevallig heb ik hier in Den Haag morgen een afspraak bij het Internationaal Strafhof. Sinds twee jaar nemen zij ook milieuzaken aan. Ook al staat Rusland niet onder toezicht van het Strafhof, heb ik een aanklager ontmoet die meer van mij wil horen over Ozjorsk. Zij kan misschien druk zetten op de nucleaire lobby.”
Een Russische agent die overstapte naar de U.K. werd met plutonium in zijn thee vergiftigd. Ben je bang voor de levens van jou en je kinderen?
“Natuurlijk denk ik eraan. Het komt steeds vaker voor dat Rusland ook burgers in het buitenland intimideert. Gelukkig ben ik een stuk minder gevaarlijk voor ze dan Alexander Litvenenko.”
Hoe zit het met jouw gezondheid?
“Ik ben oké. Mijn tweede zoon is met zes vingers geboren. Mijn derde zoon had als baby hele serieuze problemen met zijn huid. Mijn halfzusje is rond haar dertigste gestorven aan een hersenziekte. Voor mij is het vooral van belang dat ik dat allemaal psychologisch heb overleefd.”
Mis je je geboortestad?
“Ja, natuurlijk. Het is thuis. De inwoners van de stad hebben het beter dan de mensen uit de dorpen eromheen. In Ozjorsk kan je geïmporteerd voedsel krijgen, lokale producten bevatten straling. Ik heb mijn flat in de stad nog steeds. Ooit hoop ik terug te gaan om mijn werk daar voort te zetten.”
Dus ondanks de straling wil je toch terug?
“Ja. Zelfs de directeur van Mayak heeft me ooit verteld dat ze zich door mij enigszins verantwoordelijk voelden voor wat er in Ozjorsk gebeurt. Ik ga niet zeggen dat ik zo ontzettend veel bereikt heb, maar nu is er helemaal niemand die ze een weerwoord biedt.”
Helpt deze film?
“De media-aandacht helpt een beetje. Mayak wordt heel langzaam iets opener over wat ze doen. Volgens een Russisch gezegde verandert water nooit plotseling van kleur. Dat gaat druppeltje voor druppeltje.”
'City 40' (2016) draait donderdag om 13:00 op het Movies that Matter filmfestival in Den Haag. De documentaire is ook op Netflix te bekijken.