“Ik voel mij net Superman: overdag normaal, achter mijn scherm een activist”
- Artikel
- 12 okt 2020
- 6 minuten leestijd
Sinds 2015 vecht IraQueer als eerste en enige organisatie die opkomt voor de rechten van de lhbtqi-gemeenschap in Irak en met gevaar voor eigen leven tegen de grootste misopvattingen van de Iraakse overheid en media.
Het heeft even geduurd voordat ik Mohammed in vertrouwen kon interviewen. Meerdere malen stuurde ik mijn eigen mobiele nummer en contactgegevens om een gevoel van veiligheid te creëren, maar dit nam de onrust niet weg. Uiteindelijk besloten wij elkaar (online) live te spreken, via Zoom. Voorwaarde? Camera uit. “Alsnog voelt het gevaarlijk om dit gesprek aan te gaan. Ik kan worden vervolgd”, zei Mohammed direct, die alleen zijn verhaal wil doen als zijn achternaam niet gebruikt wordt.
Als jonge tiener, opgegroeid in de Koerdische regio in Irak, kende de inmiddels 24-jarige Mohammed een eenzaam bestaan. Hij wist dat homoseksualiteit bestond, maar hier bleef het bij. Niemand om hem heen sprak over dit taboe-onderwerp, dus ging hij zelf op zoek naar informatie. Maar Mohammed kon geen letter vinden. Veel Irakezen kennen slechts één taal: Arabisch of Koerdisch. In deze talen is vrijwel geen informatie beschikbaar over lhbtqi’ers en hun geaardheid.
Superman
“Mijn community lijkt onzichtbaar,” vertelt hij me. “De overheid ontkent ons bestaan en wij verschuilen ons vanwege angst. Maar ik ben hier.” Met deze gedachte staat communitymanager Mohammed nu aan de frontlinie van stichting IraQueer. Vanachter zijn laptop legt hij direct contact met homoseksuelen, lesbiennes en trans personen in het land, en via een online platform onderwijst hij andere eenzame lotgenoten over hun eigen community. Dit doet hij in drie talen: Engels, Arabisch en dus Koerdisch. Al vijf jaar lang werkt Mohammed dag en nacht van achter zijn computer om zijn community bij te staan. “Ik voel mij net Superman: in het dagelijks leven een normaal persoon en achter de schermen een strijdende activist.”
En dat is nodig, want homoseksualiteit mag in Irak dan sinds 2003 al wettelijk legaal zijn, maar de praktijk wijst anders uit. Mohammed: “96 procent van zo’n 300 ondervraagde lhbtqi-personen heeft met verbaal en/of fysiek geweld te maken gehad.” De Human Rights Watch schat het aantal moorden in 2012 op meer dan 200. IraQueer duidt in een recent rapport aan meer dan 220 moorden in 2017 te hebben geconstateerd. Het aantal doden bijhouden, is een lastige klus, laat Mohammed weten. Vaak is het niet direct duidelijk dat het om iemand uit de queergemeenschap ging, omdat veel personen hun geaardheid verbergen. Daarnaast komen moorden achter gesloten deuren ook geregeld voor. Maar de overheid houdt geen cijfers bij van het aantal misdrijven en moorden op de queergemeenschap, dus doet IraQueer dit zelf.
Criminelen
De Iraakse regering is volledig op de hoogte van discriminatie en geweld tegen deze kwetsbare groep. Sterker nog, de milities van de overheid doen hieraan mee. Je hoeft slechts een skinny jeans te dragen of lang haar te hebben: voldoende reden om vanaf een metershoog gebouw gegooid te worden. Met de dood als gevolg. Mohammed: “Het is onmogelijk om jezelf staande te houden in een land waar jouw eigen overheid, samenleving en familie jouw seksuele identiteit ontkennen en verafschuwen.”
Als jongere heb ik altijd rolmodellen gemist. Dat is IraQueer nu.
Dat de lhbtqi-gemeenschap bij niemand wettelijk aanspraak kan doen, werkt meer discriminatie en geweld in de hand. Een bijkomend probleem: slachtoffers durven geen melding te doen van incidenten, uit angst voor nóg meer geweld of discriminatie. Een cirkel die niet doorbroken kan worden, tenzij het systeem verandert. Wil je een veilig leven? Verschuil dan je eigen seksualiteit. Alleen zo behoud je je basisbehoeften als educatie, gezondheid en het recht om te leven.
Daar komt nog bij dat dat de Iraakse media al jaren een negatief en stigmatiserend beeld schetsen van de lhbtqi-gemeenschap. Tientallen televisiereportages vertellen dat homoseksuelen criminelen, kinderverkrachters en psychopaten zijn. Biseksuelen en transgender personen bestaan niet. Talloze misvattingen worden door de media herhaald. Dus is het aan IraQueer om dit beeld te ontkrachten.
Pluspunt
Toch is er één pluspunt, zegt Mohammed. “Elke keer dat men IraQueer publiekelijk aan een schandpaal nagelt, worden wij bekendgemaakt bij een deel van de community in Irak. Negatieve aandacht is ook aandacht.”
Zo werd deze week het leven van een 30-jarige trans vrouw gered. Ze leefde in een kleine kamer met daarin enkel een tapijt en water. Op haar lichaam waren brandwonden zichtbaar. Medische hulp was hoognodig, maar ze durfde niet meer naar buiten. Mohammed: “Dit schrijnende voorbeeld is niet zeldzaam in Irak. Helaas.”
Toen zag de vrouw IraQueer op sociale media. Ze nam contact op. Mohammed bood haar direct een plek aan in een van de anonieme safehouses in het land – zo anoniem dat zelfs Mohammed niet weet waar ze zich bevinden. Zijn taak is contact leggen. Een collega haast zich naar de vrouw en haalt haar direct op. In het safehouse krijgt ze eten, kleding en een dak boven haar hoofd. Oftewel: een waardig bestaan en een plek waar ze zichzelf kan zijn, zonder angst voor geweld.
Rolmodellen
Terwijl zijn gevecht vooral digitaal plaatsvindt, wordt IraQueer ook fysiek bestreden door religieuze en politieke groeperingen uit de regio. Collega’s van Mohammed zijn regelmatig opgepakt en gemarteld. Zo ook de oprichter van de stichting, de Iraakse Amir Ashour (30), die voor zijn eigen veiligheid naar Zweden is gevlucht. Van daaruit zet hij de strijd voort voor Irakezen. Het team van IraQueer bestaat uit zo’n tien vrijwilligers, gesteund door tientallen anderen uit de hele wereld.
“Soms verlies ik hoop”, zegt Mohammed. “Mensen worden nog steeds gemarteld en vermoord om wie zij zijn. Wat ik doe, is niet voldoende. Maar ik wil nog steeds voor onze rechten blijven vechten tot de Iraakse regering verantwoordelijk wordt gesteld voor haar misdaden.” Hij voegt toe: “Als jongere heb ik altijd rolmodellen gemist. Dat is IraQueer nu.”
Fotocredits header: Ramy Mans (Unsplash)