Hoe het humeur van één man een kernoorlog had kunnen veroorzaken, en andere gedachte-experimenten
- Interview
- 04 mei 2018
- 6 minuten leestijd
Aan jouw geboorte ging al een opvallende reeks toevalligheden vooraf. Wat als het leven nét even anders was gelopen? Een uitstapje naar een alternatieve geschiedenis onder leiding van filosoof Jeroen Hopster.
Wat als ik een kijkje kon nemen in een leven waarin ik was geboren als kind van bijvoorbeeld superrijke alienouders op Mars? Leuk om hierover te speculeren, maar niet nuttig, zegt filosoof en journalist Jeroen Hopster (1987). “Dat zou nooit zijn gebeurd.” Hij promoveert aan de Universiteit Utrecht en filosofeert liever over gebeurtenissen in de geschiedenis die wél mogelijk hadden gekund.
Daarover schreef Jeroen De andere afslag, over het nut van ‘Wat als’-vragen in historisch verband. Want wat als Hitler toch was aangenomen aan de kunstacademie? Wat als Hillary Clinton een man was geweest? Wat als het niet was uitgegaan tussen Famke Louise en de SnapKing? Belangrijke vragen om te stellen, vertelt Jeroen me in een Amsterdams café – al is het maar omdat emoties als teleurstelling en opluchting dan een logischere plek in je leven krijgen.
Ha Jeroen! Wat ik moeilijk vond aan je boek over alternatieve geschiedenissen is dat eigenlijk alles mogelijk lijkt. Dat werkt willekeur in de hand.
“Als het gaat over wat had kunnen gebeuren, dan moeten we het hebben over historische mogelijkheden die zich op een bepaalde moment hadden kunnen voltrekken. Het is pas een interessante oefening als je kunt nadenken over een wereld die raakt aan de wereld waarin wij leven. In theorie was het bijvoorbeeld mogelijk dat Hitler de superioriteit van de joden in plaats van die van de nazi’s zou prediken. Dat is een handelingsmogelijkheid – en misschien leuk om over te speculeren of een boek over te schrijven, maar je hebt er weinig aan.”
Wat is dan een goed voorbeeld van een alternatief pad dat wel raakt aan onze geschiedenis?
“Een voorbeeld is de Cubacrisis op 27 oktober 1962 tussen de Russen en de Amerikanen, midden in de Koude Oorlog. We zijn er later achter gekomen dat de Sovjet-officier Vasili Arkhipov de enige was die tegen een kernaanval op de Amerikanen stemde die dag – er was een unaniem stem nodig van alle drie de aanwezige officiers in de desbetreffende onderzeeër. De beslissing lag dus in handen van één persoon. Je kunt beredeneerde inschatting maken van wat de vervolgen waren geweest als hij óók had voor gestemd: dat was beantwoord met een nog grotere slag terug van de Amerikanen – en waarschijnlijk een kernoorlog.”
Waarom zou je überhaupt nadenken over alternatieve paden?
“Anders zou je toch nooit iets ondernemen? Want als je denkt dat de toekomst al in de sterren staat geschreven, dan heeft het ook geen zin om er iets aan te gaan doen. We denken altijd al na over welke van de verschillende toekomsten we proberen te realiseren. Het is een abstract idee, maar van een concreet belang: als je ergens politieke of persoonlijke veranderingen wilt brengen, dan moet je al aannemen dat verandering mogelijk is, dat je een sturende invloed kan hebben op de toekomst die je wil realiseren.
Het besef dat het anders had kunnen lopen geeft een emotionele verdieping aan je beleving van hoe dingen zijn uitgepakt
Je boek gaat vooral over dingen die al gebeurd zijn. Daar kunnen we toch niets meer aan veranderen?
“Niettemin denk ik dat het besef dat het verleden anders had kunnen lopen een motiverende kracht kan hebben voor het heden.”
Noem eens een voorbeeld?
“Nou, het verhaallijn in de HBO-serie The Man in the High Castle, bijvoorbeeld. De plot is heel interessant: het speelt zich af in een alternatief verleden waar de nazi’s en de Japanners de Tweede Wereldoorlog hebben gewonnen, en Amerika in twee delen verdeeld. Als je er nu naar kijkt met de kennis van hoe het daadwerkelijk heeft uitgepakt, dan geeft dat het sterke gevoel van een reality check: de wereld waarin wij leven had best anders kunnen zijn. Bij een internetrecensie las ik: ‘Door hiernaar te kijken besef ik waar mijn grootouders voor hebben gevochten’. Dan neem je de vrijheid van vandaag minder voor lief .”
Dus je pleit voor meer waardering van de rol van je eigen kunnen, niet van lotsbeschikking?
“Ja! Het besef moet zich nestelen dat wij ook maatschappelijk invloed kunnen uitoefenen. Sociale bewegingen in de geschiedenis hebben invloed gehad op bijvoorbeeld de afschaf van racistische wetten in de Verenigde Staten. Dat werd onder andere afgedwongen door iemand die haar plaats in de bus niet wilde afstaan. Een gedachte-experiment: haal iemand weg uit de geschiedenis en kijk hoe dingen anders waren gelopen, welk verschil een individu heeft gemaakt. Dan zie je ook wat de verstrekkende impact van bijvoorbeeld Martin Luther King is geweest. Dat moet toch motiverend werkend?”
“Sommigen mensen denken dat de geschiedenis een min of meer noodzakelijke lus volgt. Anderen zeggen dat toeval juist een grote rol speelt. De eersten hebben gelijk wanneer het gaat over algemene patronen: daar zit een zekere onvermijdelijkheid in. De laatsten hebben gelijk wanneer het gaat over de specifieke details van de geschiedenis. En aan die details kunnen we sturing geven, daar hebben we speelruimte om zelf dingen te veranderen. Het zijn de details waar we invloed op kunnen uitoefenen – en op een schaal van een mensenleven zijn het juist die details die ertoe doen.”
Ik kan me voorstellen dat het idee dat het leven een uitgedacht pad is, voor veel mensen ook troost kan bieden.
“Dat gaat dan meer over hoe je aankijkt tegen de waardering van je keuzes en hoe dingen lopen. In veel vormen van bijgeloof wordt het eigen handelsvermogen van de mens onderdrukt door er iets groters boven te plaatsen. Wij mensen zijn dan een speelbal van omstandigheden: wat er gebeurt is niet aan ons. Ik probeer tegenover dit soort denkbeelden een kritische tegenhanger te zetten, een seculier alternatief.”
“Want het besef dat het anders had kunnen lopen geeft toch vaak een emotionele verdieping aan je beleving van hoe dingen zijn uitgepakt. Hieruit voortkomende emoties als teleurstelling of opluchting voelen we dagelijks. Als wij als kijker zeggen dat een verloren of gewonnen voetbalwedstrijd niet anders had kunnen lopen, dan miskennen we waar de voetballers voor hebben gestreden. Een voetballer zal teleurgesteld of juist opgelucht zijn om de uitslag. We kunnen wel zeggen dat we af moeten van dit soort emoties, maar ik geloof dat dat juist hele gepaste verrijkende emoties zijn. En die moeten we niet kwijt willen raken, als ik zo vrij mag zijn.”