Dit is de laatste plek op aarde waar vrouwen de baas zijn
Worden de vrouwen van de Mosuo, een Tibetaanse matriarchale stam in de bergen van China, ook op straat nageroepen door mannen? Vormen ze traditionele gezinnen? WaiHong Choo, ooit advocate in een mannenwereld, woont er al tien jaar een groot deel van het jaar en schreef er een boek over. “Een matriarchale maatschappij betekent juist níet dat mannen worden onderdrukt.”
“Mannen proberen me weleens te versieren, maar als ik als vrouw niet geïnteresseerd ben en dat uitspreek, dan komt het niet eens in hem op om aan te dringen. Dat komt door de omgeving waarin hij is opgegroeid.” Wat moet dat bevrijdend zijn, vul ik voor haar in, want ik denk aan straatintimidatie en catcalling hier in Nederland. De scherpe WaiHong Choo lacht aan de telefoon, schatert bijna: “Zeker! Soms probeert een oude, lelijke Mosuo-man me te versieren. Dan lach ik gewoon en loop ik weg.”
WaiHong vertoeft het grootste gedeelte van het jaar (behalve de winter) bij de Mosuo-stam. Die bestaat uit ongeveer 40 duizend mensen, die wonen op de grens van Tibet met Yunnan in het zuidwesten van China. Ze heeft zich daar nog nooit bedreigd of geïntimideerd gevoeld op straat. De Mosuo leven in een van de weinige matriarchale maatschappijen in een door het patriarchaat gedomineerde wereld.
Een Mosuo-vrouw kan elke nacht weer een ander nemen, ze is nooit gebonden aan één man
WaiHong schreef er een boek over, The Kingdom of Women. De Mosuo-vrouwen bezitten huizen, beheren het geld, en kiezen hun eigen geliefden uit. Een traditioneel huwelijk kennen ze er niet, maar wel een ‘walking marriage’. Dat wil zeggen dat een Mosuo-vrouw een losse partner (een axia) kiest om the dirty te doen in haar privé-‘bloemenkamer’. Desnoods elke nacht met een ander, zonder gebonden te zijn aan één man. Dochters blijven bij de moeder in huis wonen tot ze hun eigen familie vormen; zonen blijven ook bij hun moeders wonen, en worden af en toe uitgekozen als axia van een Mosuo-vrouw.
WaiHong legt in haar boek uit: “Een Mosuo-meisje wordt geboren zonder culturele en sociale remmen om te feesten, te lachen, te leiden, fysiek hard te werken en te houden van wie zij wil. Ze hoeft niet te vechten voor empowerment, want ze heeft dat al vanaf haar geboorte. En het feit dat ze empowered is, hoeft ze weer niet van de daken te schreeuwen, want er is nooit een oorlog [met mannen] geweest.”
Ik kan het me moeilijk voorstellen, zo’n maatschappij. Niet omdat ik het niet wil, maar in mijn hoofd klinkt het als een utopie. Als een fantasiewereld, waarin Amazonestrijders op paarden galopperend hun rechtertiet eraf snijden terwijl ze heel veel rennende mannen vastgebonden aan kettingen achter zich aan slepen. (Sorry, ook ik en mijn hoofd zitten vast aan de seksistische kettingen van het patriarchaat)
WaiHong lijkt me de ideale kandidaat om uit te leggen hoe dat wel zit. Ze ziet als een van de weinigen de grote verschillen met de rest van de wereld: voordat WaiHong naar China vertrok, werkte ze jarenlang als advocate in een mannenwereld die ze beschrijft als een ‘all boys club’. Haar thuisstad Singapore is sowieso een nogal Chinese plek met traditionele patriarchale waarden. Frustrerend om je daarnaar te moeten voegen, zegt ze, dus op een dag besloot ze haar baan op te zeggen.
“Als vrouw met een juridisch beroep moeten we altijd net iets sterker en assertiever overkomen dan we eigenlijk zijn. Ik legde mensen mijn eigen mening in een vergadering of onderhandeling op, probeerde mensen die niet luisterden te intimideren. Soms ging ik naar huis en dacht ik: Wow, dat was een hard sell, maar ik won, dank God.’ Maar ik vond mezelf op die manier niet zo leuk. Ik wilde dat niet meer. Er is nog een wereld daarbuiten.”
En dus vertrok WaiHong naar een plek die ze vond in een reistijdschrift: het Lugumeer, tijdens een festival ter ere van de berggodin Gemu. “Zij is de favoriete godheid van de Mosuo, toevallig een vrouw en vreselijk hedonistisch [lacht]. Gemu houdt van drinken, zingen, gokken en ze heeft oog voor alle knappe berggoden om haar heen – ze is continu op zoek naar seks. Mosuo-vrouwen imiteren haar. De vrouw staat daarom centraal in hun wereld. Dat vond ik zo aantrekkelijk aan deze wereld.”
De berggodin Gemu van de Mosuo houdt van drinken, zingen, gokken en ze heeft oog voor alle knappe goden om haar heen – ze is continu op zoek naar seks. Mosuo-vrouwen imiteren haar.
Je komt er inmiddels al tien jaar en de Mosuo hebben een huis voor je gebouwd, lees ik in je boek. Hoe werd je als buitenstaander onderdeel van die wereld?
“Ze zijn bijzonder verwelkomend voor buitenstaanders – die moeten vaak een moeilijke tocht door de bergen maken om bij de Mosuo te komen. Dus het is niet verwonderlijk dat ik werd gevraagd om de peetmoeder te worden van twee Mosuo-kinderen – en ik neem die peettaken nogal serieus. Ik bleef daarom teruggaan naar het Lugumeer en kocht bijvoorbeeld boeken voor mijn twee peetkinderen. Ze liepen elke dag anderhalf uur naar school, dus kocht ik fietsen voor ze. In het derde jaar dat ik er kwam, gaf niemand meer geld om het festival te houden (die waardoor ik ze leerde kennen), dus doneer ik zelf geld om het door te laten gaan. Daarna werd ik ineens gezien als de godmother of an entire village. Ik reis nu weleens langs de dorpen en dan roepen vreemdelingen ‘Ganma’, peetmoeder.”
Wat ik het meest fascinerend vond in je boek is hoe de Mosuo liefde en relaties zien. Bij een ‘walking marriage’ kiezen Mosuo-vrouwen hun eigen losse partner en zijn ze niet gebonden aan één man. Wat gebeurt er dan eigenlijk met de onaantrekkelijke mannen?
“Als ik jongere Mosuo-mannen moet geloven, dan krijgen de lelijke mannen nog steeds hun pleziertjes bij de oudere vrouwen. Ik ken een verschrikkelijke man die geen partner heeft, want niemand wil hem. Meestal krijgen mannen met een leuk karakter veel seks.”
Veel relatieruzies in Nederland gaan over het idee van het huwelijk, over trouw zijn aan elkaar. Door het ontbreken van monogamie bij de Mosuo bestaat het concept vreemdgaan helemaal niet. Maar in jouw boek klinkt het alsof iedereen zonder morren de regels volgt van de ‘walking marriage’.
“Er zijn wel regels, net als in het patriarchaat. Ik ben eigenlijk blij dat je een man bent die me interviewt, want meestal zijn het vrouwen, en je stelt een ander soort vragen.”
Zoals?
“Dat je vraagt naar de onaantrekkelijke mannen, bijvoorbeeld. Hoe dan ook, de vraag die ik het vaakst krijg van vrouwelijke interviewers is: ‘Hoe zit het dan met jaloezie? Hoe dealen ze daarmee?’ Maar het is niet geaccepteerd in de Mosuo-cultuur om dramatisch te doen over gevoelens van jaloezie. De Mosuo worden natuurlijk weleens jaloers, maar ze uiten het niet. Dus als je cultureel gezien niet verwacht dat je partner alleen met jou naar bed gaat, dan kom je nooit tot dat punt.”
En de Mosuo-vrouwen worden niet gezien als losbandig en promiscue in deze maatschappij.
“Precies. Ik hou van die gelijkheid. Trouwens, de Mosuo worden wel gezien als een op vrouwen gerichte maatschappij, maar de mannen worden ook niet gezien als promiscue of onderdrukt. Het is niet het tegenovergestelde van een patriarchaat, namelijk. Wij vrouwen hebben die vrijheid, maar mannen hebben die ook.”
Elke Mosuo-vrouw krijgt veel zelfvertrouwen mee vanuit huis, maar geldt dat dan ook voor de mannen?
“Ze zijn zelfverzekerd, maar niet op de manier waarmee mannen vaak koketteren in ‘onze’ wereld. De mannen leren juist de hiërarchie van de door vrouwen gedomineerde gezinnen te respecteren. En daarmee leren ze ook respect voor vrouwen – ook omdat ze weten dat dit aantrekkelijk is voor vrouwen.”
Hoe bedoel je?
“In de maatschappij waarin jij en ik leven, voelen vrouwen de druk om aantrekkelijk te zijn voor mannen. Hier geldt dat juist een beetje voor de Mosuo-mannen: zij laten op straat zien hoe sterk en knap ze zijn, lopen rond als een pauw. Het doel is om zo macho mogelijk te overkomen om Mosuo-vrouwen aan te trekken.”
Worden mannen dan niet juist geobjectificeerd?
“Ja, maar dat komt doordat Mosuo-vrouwen nooit gezinnen vormen met mannen en hun kinderen niet met die mannen opvoeden. Daarom zoeken ze bijvoorbeeld niet per se een verantwoordelijke man die goed met kinderen kan omgaan, of zoiets. En omdat Mosuo-mannen nooit het geld van de familie beheren of huizen bezitten, kijken de Mosuo-vrouwen ook nooit naar hoe rijk de mannen zijn, of hoeveel huizen ze hebben. Dat zijn gewoon irrelevante factoren. Wat overblijft: of een man sterk en knap is, en als eventuele ‘waterer’ (de term voor biologische vader) kan dienen. Trouwens, Mosuo-vrouwen kiezen ook vaak één axia voor de rest van hun leven.”
Betekent dat ook dat Mosuo-vrouwen niet zo hard hun best hoeven te doen voor mannen, qua uiterlijk?
“Ja. Vrouwen hoeven zich niet op te dirken, ze kiezen gewoon een knapperd op straat. Overigens besteden ze inmiddels wat meer aandacht aan hun uiterlijk, door sociale media. Ze nemen nu bijvoorbeeld manicures en pedicures, en dragen make-up. Maar verder: omdat het een openseksmaatschappij is, kan zowel de vrouw als de man elkaar een blik geven, en zeggen: ‘Vanavond?’ En dan gaan ze naar het huis van de vrouw. Er is geen schaamte of gezichtsverlies wat seks betreft. Wordt een man afgewezen, dan loopt hij door. Ik zag een Mosuo-man die een toerist probeerde te versieren. Die zei ‘nee’, draaide zich om en ging meteen door naar de volgende. Dat is geaccepteerd. Mannen hebben gewoon de keuze! Je hoeft niet te catcallen of iemand ongevraagd te betasten, want meestal krijg je wel een ‘ja’. En als mannen zich asociaal gedragen, dan wordt dat meteen afgekeurd.”
Je zegt ergens in het boek dat verkrachting niet bestaat.
“De Mosuo gaan niet zo snel naar de politie, dus ik weet het niet. Maar seks is zo overvloedig aanwezig en makkelijk, dat het niet ho--”
--ja, en wat als je bijvoorbeeld gevoelens hebt voor iemand en je wordt afgewezen? Dan ga je niet meteen door naar de volgende.
“Dat weet ik eerlijk gezegd niet. Maar het motto van de Mosuo is: vind een gewillige partner, die zijn er genoeg!”
Omdat het een openseksmaatschappij is, kan zowel de vrouw als de man elkaar een blik geven, en zeggen: ‘Vanavond?'
Hoe zit het eigenlijk met homo’s, lesbiennes en transgender mensen bij de Mosuo?
“Mensen praten niet zo openlijk over hun seksleven – je doet het wel vrijelijk, maar je praat er niet over. Dus mensen komen niet uit de kast. Hier is het ook niet zo’n prioriteit. Maar ze zijn er wel. Als je erover nadenkt: de mannen hangen vaak al met de mannen, en de vrouwen bij de vrouwen, dus sociaal gezien zou het al praktischer zijn, haha!”
Je noemde sociale media. Dat vroeg ik me ook af: hoe kun je de grote boze wereld buiten houden? De invloeden van het patriarchaat, bijvoorbeeld. Dat is bijna onmogelijk.
“Het spijt me dat ik je dit moet vertellen: dat is de Mosuo niet gelukt. Het toenemende aantal toeristen in de laatste twintig jaar brengt met zich al haar normen en waarden mee, waardoor de Mosuo langzaamaan veranderen zonder dat ze het doorhebben. jonge Mosuo gaan bijvoorbeeld wel naar scholen buiten hun gemeenschap, terwijl hun ouders dat niet deden. Ze worden blootgesteld aan een cultuur van buiten, door sociale media en televisie, en ze kopiëren die buitenwereld.”
“Tegenwoordig gaan jonge Mosuo zelfs steeds vaker trouwen. Ze verlaten hiervoor hun gezinnen om hun eigen traditionele gezinnen te vormen. Dat is zo verdrietig. Ongeveer één op de zestig zegt nog aan de ‘walking marriage’ willen doen. De meeste Mosuo die ik ken zijn pessimistisch. Misschien kan het op scholen worden gedoceerd. Er zijn nog wel mensen die het belang van behoud nog benoemen, maar ik denk dat we het gevecht aan het verliezen zijn.”
Maar heeft je tijd bij de Mosuo je visie op de wereld veranderd?
“Ik voel niet dat ik iets moet uitleggen, ik ben constant omringd door feministen en gelijkgestemden, en ik hoef me voor niets te verantwoorden. Daardoor voel ik me in de buitenwereld nu veel comfortabeler als single vrouw.”