Deze Zuid-Afrikaanse tweelingbroers kwamen uit de kast toen ze 21 en 29 waren
Charl en John Edwards (32) zijn tweelingbroers. Charl kwam op zijn 21ste uit de kast, wat niet makkelijk was in het door vooroordelen getekende Zuid-Afrika. Laat staan in het streng christelijke gezin Edwards. Acht jaar later pas, volgde zijn broer John.
Nelson Mandela kon dan nog zo’n vreedzame regenboognatie wensen, waarin elke Zuid-Afrikaan zonder angst kon rondlopen; homoseksualiteit blijft daar een heikel punt. Hoewel het land in 2006 een van de eerste landen was die het Nederlands voorbeeld volgde en het homohuwelijk legaliseerde, is de realiteit voor veel van de naar schatting 0,8 miljoen Zuid-Afrikaanse homo’s en lesbiennes niet altijd even rooskleurig: twee op de vijf lhbti’ers kregen in 2017 te maken met discriminatie, of kenden iemand die om zijn of haar seksuele identiteit is vermoord. Internationale mensenrechtenorganisatie Human Rights First bericht nog regelmatig over moorden op en geweld tegen Zuid-Afrikaanse lhbti’ers. Zo ook over ‘correctieve’ verkrachtingen van lesbische vrouwen.
Toch lijkt tolerantie aan terrein te winnen. De eerste Gay Pride in Zuid-Afrika werd georganiseerd in 1990, en discriminatie op basis van iemands seksuele oriëntatie werd in 1994 al officieel verboden na een wijziging in de wet – wat uiteindelijk leidde tot de legalisering van het homohuwelijk. En sinds februari 2018 hebben de Zuid-Afrikaanse lhbti'ers er een belangrijke ally bij in de vorm van de nieuwe president Cyril Ramaphosa, een van de mensen die aan de wieg stond van eerdergenoemde wetswijziging.
Het verhaal van de Edwards-tweeling zegt dan ook veel over het harde Zuid-Afrika, dat ondanks alles wel degelijk lijkt te veranderen. Toen interieurontwerper Charl in 2007 al zijn moed verzamelde en de stap zette, was het homohuwelijk net gelegaliseerd (al was contact leggen met lotgenoten nog altijd lastig). Toen architect John in 2015 de sprong waagde, deed hij dat in een andere wereld: die van seks- en datingapps, en een scene die gemakkelijker ondergronds en ongezien kon blijven.
We spraken de twee amper van elkaar te onderscheiden broers over dapperheid, familie en tolerantie in Zuid-Afrika.
De broers groeiden op in de zuidelijke buitenwijken van Kaapstad, die weliswaar relatief veilig waren, maar ook doordrenkt van een conservatief sentiment van het onaangename soort. Hun familie was streng calvinistisch, wat in Zuid-Afrika in de praktijk gelijk staat aan homofobie en een verstrekkende preutsheid. Over seks, zo vertellen de Edwards, werd door niemand gesproken. Over homo’s natuurlijk wel: die deden dienst als dankbaar mikpunt voor allerhande spot. Charl: “Mijn oma vertelde altijd dat ze een hekel had aan moffies, een beledigende term voor homo’s. Wanneer ze dat voor het eerst tegen me zei? Toen ik zes was.”
Charl (l) en John (r) in 2016.
Dit in combinatie met het toch al weinig tolerante klimaat in het Kaapstad van toen zorgde ervoor dat een jonge Charl zijn gevoelens met ferme zwiep onder het tapijt veegde. En ook de op jonge leeftijd fors gelovige John onderdrukte zijn gevoelens, in naam van de kerk. “Ik geloofde dat God me begreep. Daarnaast verschafte het me een alibi: als gelovige hoef je je voor het huwelijk niet bezig te houden met seks of relaties. Omdat ik er toch nog niet mee hoefde te dealen, bestond het niet echt. Ik richtte me volledig op mijn carrière: eerst studeren, dan een baan zoeken.”
Al die tijd vertelde de Edwards-tweeling elkaar alles – op dat ene, cruciale detail na.
John (l) en Charl (r) als kinderen
De jeugd van John en Charl illustreert hoe Zuid-Afrika de afgelopen jaren is veranderd. Het kosmopolitische Kaapstad staat tegenwoordig bekend als trekpleister voor lhbti-toeristen. Het zuidelijkste land wordt door andere Afrikaanse naties gezien als een eurocentrisch en progressief baken. Elders in het continent staat op homoseksualiteit nog de doodstraf. Charl: “Ik ben liever homo in Zuid-Afrika dan in andere Afrikaanse landen. Hier kunnen we vrij zijn.”
Toch is homohaat er zoals gezegd nog aanwezig, ook in Kaapstad. Daaraan ten grondslag ligt – naast een mengelmoesje van christelijke overtuigingen en lokale religies – vaak het idee dat homoseksualiteit on-Afrikaans is en pas is ontstaan nadat westerse landen Afrika binnenvielen.
Het verraste Charl dan ook toen het homohuwelijk in 2006 legaal werd. In andere landen ontstaat stapje voor stapje draagvlak, waarop uiteindelijk politieke daadkracht volgt. In Zuid-Afrika ging het andersom: de politiek voerde een wijziging in de grondwet door, zonder zich daarbij gesteund te weten door breed gedragen enthousiasme. “Ik denk steeds: Oh mijn god, dat is amazing, Maar eerlijk: als er morgen over het homohuwelijk wordt gestemd, zouden we verliezen.”
In de lente van 2007, bijna een jaar nadat het homohuwelijk werd ingevoerd in Zuid-Afrika, sprong Charl met gespreide armen uit de kast. Hij dacht: als ik het voor mijn afstuderen niet aan mijn ouders vertel, gebeurt het nooit. En dus reed Charl de avond voor zijn afstudeerexpositie naar huis om zijn ouders de waarheid te vertellen. Die reageerden niet enthousiast.
De allerlaatste persoon die Charl het vertelde was zijn tweelingbroer. “John stond het dichtst bij mij, en daarom voelde het als een laatste stap, alsof ik opgaf.” Toch hielp Johns aanwezigheid hem. “Er liep een hetero-versie van mezelf rond, dus kon ik accepteren dat ik zelf homo ben.”
Charl (l) voor de grap in Johns afstudeertenue, met zijn broer (r) ernaast.
Charl, die altijd wat flamboyanter was dan andere jongens, hield zijn broer zo onbedoeld uit de wind, vertelt John. “Mensen zeiden: ‘We wisten altijd al dat Charl de homo van jullie twee was.’ Eindelijk was de druk eraf om te vertellen over mijn eigen seksualiteit.”
Daar kwam nog bij dat beide jongens graag anders wilden zijn dan de ander. “Charl en ik zijn altijd in dezelfde dingen geïnteresseerd geweest, niets onderscheidde ons echt. En nu kon het ineens. Die rolverdeling werd onze identiteit.” Juist de drang om anders te zijn, zorgden ervoor dat John en Charl elk in hun eigen wereld konden leven: Charl zoende eindelijk voor het eerst met een jongen op zijn 21ste en begon met daten, John bleef de rol van hetero spelen.
Pas na een studie architectuur in het immer tolerante Oxford, kwam John langzamerhand tot inkeer en uit de kast. Een hele opluchting, zegt hij nu. Breed lachend: “Ik had hiervoor nooit gedate op school en ben een beetje alle verloren tijd aan het inhalen. Ik geniet van alle emoties van de verliefdheid. Heel eerlijk: ik geniet zelfs van de afwijzingen.”
John in Oxford.
Eenmaal uit de kast ontstond er een nieuw probleem: John verwachtte eigenlijk dat hij en Charl veel meer met elkaar konden delen – iets wat binnen het gezin nooit gebeurde – maar dat bleek niet het geval. Vooral op één gebied: daten. Want hoe navigeer je je als verse prooi in een kleine Kaapstadse datingscene waarin iedereen jouw gezicht al kent? John: “De jongen die ik nu leuk vindt heeft bijvoorbeeld een geschiedenis met Charl, haha.”
Ondanks dat homoseksualiteit nog steeds niet overal wordt geaccepteerd, zijn Zuid-Afrika en de wereld al vele stappen verder, beamen beide broers. En het hielp natuurlijk dat John naar het buitenland kon, beaamt hij. Ze zijn wat dat betreft privileged. "Tijden veranderen door de media, en ik besef ook dat we geluk hebben dat we in het kosmopolitische Kaapstad wonen, waar ik mezelf kan zijn." Charl: "Ik weet dat vooral Zuid-Afrikanen in de kleinere steden niet zoveel geluk hebben. We leven in een samenleving vol tegenstellingen."
Dat anti-homogeweld nog veel voorkomt, erkennen de broers. Maar: je wordt in ieder geval in het stedelijke gedeelte van het Zuid-Afrika van 2018 niet langer overal buitengesloten, en kan een leven opbouwen. Charl: “Het is vandaag de dag geweldig dat je niet weet wie homo is en wie niet. Vroeger wist je het pas als diegene in een gaybar was, nu kan het iedereen zijn. Ik ben wel een beetje jaloers op jongere jongens in Zuid-Afrika die nu uit de kast komen. Het is veiliger, en er zijn voldoende plekken waar je echt jezelf kunt zijn.”
De volgende horde die de tweelingbroers gaan nemen: de ander verliezen aan de liefde. Charl: “Stel dat John zijn soulmate vindt. Ik zoek in een relatie niet per se iets diepers omdat ik die connectie al heb. Veel jongens begrijpen dat niet. Het is een raar gevoel om te denken dat John meer tijd doorbrengt en closer is met iemand anders.” Hij lacht hard: “Ik denk dan: Afblijven, hij is van mij. Hij is mijn andere helft, wat doe je?”