Nee, je gaat die discussie over wereldproblematiek niet winnen
- Tip
- 26 jul 2017
- 4 minuten leestijd
Wetenschappelijk onderzoek wijst uit dat hoe beter iets is uitgezocht en beargumenteerd, des te sterker we het in twijfel trekken als het niet strookt met onze opvattingen.
Het is 2010 en ik studeer aan de VU. Na een college blijf ik met twee studiegenootjes, beide meisjes, hangen in het campuscafé, The Basket genaamd. Een biertje of tien verder belanden we, zoals studenten dat plegen te doen, in een discussie over wereldproblematiek. Het onderwerp: een economische kwestie. Geen van ons studeert economie; geen van ons is expert. Toch zijn we alle drie fel, het meisje dat het met me eens is, ikzelf, en het meisje dat het met me oneens is. Net als ik aan de winnende hand lijk, slaat laatstgenoemde terug met een wetenschappelijk onderzoek dat haar gelijk onderstreept. Ik ga daar haast argeloos aan voorbij, als een toerist in Rome die een dakloze passeert. Heel prangend dit, maar nu even niet, denk ik, en ga onvermoeibaar door met mansplainen. Tot mijn aangeschoten adolescenten-vreugde geven mijn gesprekspartners me even later nog gelijk ook.
Thuis lees ik het aangevoerde wetenschappelijke bewijs na. Dat stelt mij onomstreden in het ongelijk.
Waar de discussie precies over ging weet ik niet meer, maar mijn starre onbuigzaamheid is me bijgebleven. Het argument paste niet in mijn betoog, paste niet in mijn toenmalige wereldbeeld, en dus deed ik het van de hand alsof het een zzp’er was die om loonsverhoging vroeg.
Dat mechanisme noemen wetenschappers de Partisan Bias, de neiging om informatie die in lijn is met ons eigen wereldbeeld zonder een al te kritische blik voor kloppend aan te nemen, en informatie die in strijd is met datzelfde wereldbeeld te vermijden of niet voor waar aan te zien. Onhandig, maar gelukkig worden er elke dag zevenduizend wetenschappelijke artikelen gepubliceerd, en hebben we dus altijd toegang tot kritische, tot in de puntjes uitgezochte informatie om onze opvattingen aan te toetsen.
Maar ook dat is niet helemaal waar, blijkt uit recent onderzoek. Het is namelijk niet alleen zo dat de Partisan Bias opgaat als we geconfronteerd worden met wetenschappelijke artikelen, sterker nog, hij wordt er alleen maar erger van. Dat is opmerkelijk: hoe beter iets is uitgezocht, des te sterker we het in twijfel trekken als het niet strookt met onze opvattingen. En daarin is dan weer geen enkel verschil te vinden tussen de linkse liberals en de rechtse conservatives. We hebben kortom allemaal een even grote plaat voor onze kop.
Een ander Amerikaans onderzoek naar het online-koopgedrag van boeken door Amerikaanse liberals en conservatives laat zien dat beide kampen zich ook nog eens in volstrekt andere disciplines verdiepen. Hoewel economie en scheikunde overal populair blijken, zijn antropologie, bouwkunde, biologie en natuurkunde geliefd bij de linkervleugel, terwijl de rechterkant zich graag inleest in geneeskunde en rechten.
We geloven bewijs niet, en verdiepen ons in volstrekt andere onderwerpen. Voorzichtige conclusie: onze filterbubbel wordt niet in stand gehouden door bellenblaas, maar door glazen kasteelmuren – en ik ben bang dat alle marches for science van de wereld niet genoeg zijn om die te bestormen.
Het goede nieuws is: we weten nu dat onze hoofden zo werken en kunnen daar dus op inspelen. Zullen we afspreken dat we vanaf nu niet alles dat niet in ons straatje past naast ons neer te leggen, maar openstaan voor de waarheden van wie dan ook - of dat nu een andersgestemde of een wetenschapper is? Daar wordt de wereld een betere en aangenamere plek van. Kan niet missen.
20 Feb 2018 Waarom al dat doemdenken onterecht is