Wel voor gelijke rechten, maar geen feminist: waarom vinden jongeren het F-woord vies?
- Artikel
- 07 aug 2020
- 5 minuten leestijd
Jongeren vinden het massaal belangrijk (94 procent) dat mannen en vrouwen gelijke rechten hebben. Toch noemt 42 procent van de jonge vrouwen en driekwart van de jonge mannen (76 procent) zichzelf geen feminist.
Dat blijkt uit onderzoek van 3Vraagt in aanloop naar de nieuwe NPO3 webserie Het F-woord, waarin op zoek wordt gegaan naar de betekenis van feminisme. Wat begon als streven naar gelijke rechten voor vrouwen ten opzichte van mannen, is tegenwoordig veel breder en kent vele soorten en smaken.
Op de barricade
“Ben je voor gelijkwaardigheid tussen alle mensen? Ja? Mooi, dan ben je feminist”, stelt een deelnemer aan het onderzoek.
Toch ligt het volgens veel jongeren niet zo simpel. Zo hebben sommigen het gevoel dat waar feminisme in het verleden een paar concrete doelen had, er in de huidige strijd steeds meer en tegelijkertijd minder grijpbare issues op de agenda staan. Zo schrijft iemand: “Ik vind dat gelijkheid nog steeds beter kan, maar sommige feministen slaan door in wat ze willen.”
Ook hebben met name veel jonge mannen het gevoel dat feminisme aan het verschuiven is van een strijd om gelijke kansen, naar vrouwen voorop. “Het gaat niet meer over gelijke behandeling, maar over voortrekken. Ze willen gelijke uitkomsten voor vrouwen, zelfs als mannen hierdoor bewust benadeeld worden. Kijk naar het vrouwenquotum, dat vind ik gewoon discriminatie”, zegt een deelnemer.
Daarnaast hebben vooral jonge vrouwen het idee dat je op de barricade moet staan om jezelf een feminist te mogen noemen: “Ik ben er niet actief mee bezig en ga niet naar demonstraties ofzo, dus ik geef mezelf dat label niet.” Ook voelt het vanwege de vele vooroordelen over feministen voor sommigen alsof er een taboe op het woord rust: “Als iemand mij een feminist noemt, merk ik vaak dat het niet als compliment bedoeld is.”
Vechten voor vooruitgang
Vrouwelijke deelnemers zijn verdeeld over het imago dat feminisme heeft. Drie op de tien (30 procent) hebben een positief beeld. “Iemand die zich feminist noemt vind ik krachtig, die vecht voor vooruitgang”, schrijft iemand. Voor een even grote groep (27 procent) geldt juist het tegenovergestelde: “Het lijken vooral mensen die moeilijk doen in plaats van vrouwen die empowered zijn.”
Jonge mannen denken er opvallend anders over. Voor een op de tien (11 procent) heeft feminisme een positieve ondertoon, maar de grootste groep (52 procent) vindt het een negatief geladen woord. Ze hebben vooral het beeld dat het hen bekritiseert: “Voor mijn gevoel voeren fanatieke feministen die mannen afschilderen als ‘slecht’ vooral de boventoon. Daarom heeft het voor mij een nare smaak”.
Schreeuwende activisten
Zes op de zien mannelijke deelnemers (60 procent) vinden dat feministen hun punt op een agressieve manier overbrengen. Een achterhaald idee vinden veel jonge vrouwen. De helft (50 procent) deelt die mening daarom niet: “Grappig hoe vrouwen gelijk kritiek krijgen als ze hun rechten claimen en gehoord willen worden. Je bent dan niet sterk, maar wordt als agressief bestempeld. Vaak is het gewoon confronterend voor mensen die gevraagd wordt hun gedrag aan te passen.”
Feminisme niet alleen een vrouwenzaak
Ook al denken veel jongeren bij een feminist sneller aan een vrouw, toch vindt de meerderheid (81 procent) dat een man ook gewoon feminist kan zijn. “Duh, anders snap je het grondbeginsel van gelijkwaardigheid niet”, schrijft een jongen.
Veel deelnemers vinden juist dat mannen een belangrijk aandeel hebben in de strijd voor gelijke rechten voor iedereen: “Er zitten veel mannen op plekken waar ze de macht hebben om iets te veranderen. Kijk naar de politiek of het bedrijfsleven. Daar hebben we mannelijke feministen nodig!”
Dag en nacht feminist
Jongeren die zichzelf wél feminist noemen (jonge vrouwen 45 procent, jonge mannen 14 procent) zijn daar op verschillende manieren mee bezig. Sommigen demonstreren mee tijdens de Women’s March, posten actief op sociale media of lezen boeken over het onderwerp.
Maar de meesten merken vooral dat het in hun dagelijkse leven verweven zit. Ze luisteren naar bepaalde artiesten, geven hun mening in discussies met vrienden of spreken er iemand op aan als die een seksistische opmerking maakt.
Iemand schrijft: “Ik ben er elke dag bewust of onbewust mee bezig. In m’n relatief, op het werk, maar ook als ik het nieuws of een film kijk denk ik na over rolverdelingen en de (on)gelijkheid die ik zie. Als we er niet elke dag mee bezig zijn, wordt het niet elke dag een beetje beter.”
Het F-woord (Human) is vanaf 7 augustus wekelijks te zien op het YouTube-kanaal van NPO3.
Over dit onderzoek
3Vraagt, onderdeel van het EenVandaag Opiniepanel, stuurt circa eens per maand een vragenlijst aan leden tussen de 16 en 34 jaar. Aan dit onderzoek, gehouden van 3 tot en met 6 augustus 2020, deden 2433 deelnemers mee. De resultaten zijn na weging representatief voor vijf variabelen, namelijk leeftijd, geslacht, opleiding, stemgedrag en spreiding over het land.