Er is weinig aandacht voor het mensonterend volle vluchtelingenkamp op Lesbos
- Artikel
- 07 okt 2019
- 6 minuten leestijd
Op Lesbos komen dagelijks vluchtelingen aan, die er soms tot 2023 moeten wachten voor ze überhaupt een gesprek over een asielaanvraag kunnen krijgen. Het kamp is erop gericht zo’n 3000 mensen op te vangen, maar huisvest nu 13000 vluchtelingen. We spraken Renée Spruit, een veldcoördinator van stichting Bootvluchteling over de situatie daar en over de wisselvalligheid van media-aandacht.
Wat doe je op Lesbos?
“Ik ben veldcoördinator voor stichting Bootvluchteling, wat inhoudt dat ik zowel de medische als de psycho-sociale missie ondersteun op logistiek en administratief vlak. Daarnaast ben ik onder meer verantwoordelijk voor een groep vertalers bij de medische kliniek. Ook onderhoud ik de media-contacten, onderhoud ik contacten met de autoriteiten in het kamp en andere NGO's, en monitor ik de veiligheid van onze beide missies.”
Hoe zit dat?
“We hebben eens in de zoveel tijd overleg met de politie om de veiligheid te bespreken. Zijn er nieuwe vluchtwegen, zijn er nieuwe procedures voor personeel, wat zijn de nieuwste ontwikkelingen in het kamp? Ik zit bij overleg over zulke kwesties.”
Hoe is de situatie in het kamp nu?
“Ik ben hier zelf nu vijf maanden aan het werk, dus die vijf maanden zijn vooral mijn referentiekader, hoewel ik van collega’s wel verhalen heb gehoord van hoe het de afgelopen jaren was. Ik kwam in april aan, toen er ongeveer 4500 mensen in het kamp waren. Dat was het laagste cijfer sinds 2016. Ondanks dat het kamp gebouwd was voor 2500 tot 3000 mensen, liep het nog niet helemaal over. Maar de afgelopen maanden heeft het een spurt genomen. Er komen vier, vijf, zes boten per dag aan. Een dag waren er 13 boten, boten die soms binnen 30 minuten van elkaar aankwamen. Eén van die boten had zelfs 600 mensen aan boord. Het officiële cijfer ontbreekt nog maar ik denk dat er zeker 12.000 tot 13.000 mensen zijn.”
Waar komen deze mensen vandaan?
“Ongeveer 70 procent komt uit Afghanistan. Een paar weken terug kwamen er ook meer boten uit Syrië, 7 procent van de mensen uit Syrië, een er was ook een deel Congolees en Somalisch en een deel Iraans.”
Wat gebeurt er in zo’n kamp als het ‘vol’ is?
“Je ziet overal mensen. Mensen slapen op straat, overal waar maar een plekje vrij is. Een geordend kamp is het nu niet. Alles loopt kriskras tussen de wandelpaden door. Het geeft me een beetje een Township-gevoel. Nu is het nog lekker weer dus mensen zijn niet veel in hun tenten, daarom is het ook drukker op straat.
Bij ons in de medische kliniek voelt het als dweilen met de kraan open. Er zijn ontzettend veel patiënten, die we niet allemaal kunnen zien. Wij zijn er voor eerste hulpverlening en we maken een selectie: we zien alleen de meest urgente gevallen.”
Wat zijn de klachten van mensen die in de kliniek komen?
“Die zijn heel uiteenlopend - van standaardgriepjes, tot kleine kinderen met koorts en baby's met koorts, maar er zijn ook veel darmklachten en psychologische klachten. Mensen komen uit een oorlogssituatie en komen in een niet-pittoresk kamp terecht. Dat uit zich in slapeloosheid, angstaanvallen, niet meer weten wat je moet doen. Veel mensen hebben zelfmoord-ideeën.”
Wat voel je daarbij?
“Op een bepaalde manier een soort machteloosheid. Ondanks dat we iets proberen te doen wat goed is, komt er geen einde aan. Mensen blijven komen, met goede redenen, maar de situatie wordt niet goed opgelost. Ik zie soms zelf ook geen verder pad voor veel mensen. Waar gaan ze na hun verblijf in het kamp heen? Hoe ziet hun toekomst eruit? Er zijn veel gezinnen met jonge kinderen, wanneer gaan die weer naar school? Wat voor effect heeft het op hun ontwikkeling? Al die mensen met trauma’s die geen goede begeleiding krijgen, hoe gaan die zich ontwikkelen? Dat soort vragen spelen bij mij persoonlijk.”
Leer je sommige mensen die in het kamp zitten ook persoonlijk kennen?
“Daar zit iets ingewikkelds in: moet je, professioneel gezien, wel een band opbouwen? Verder ontstaan er natuurlijk wel nauwere contacten. Ik zit in een programma waarbij vluchtelingen elkaar lesgeven, met vertalers erbij. Ook organiseer ik trainingen voor vertalers. Daar ontstaat een ander soort relatie. De een vertelt meer dan de ander. Ik probeer niet te veel te vragen wat er is gebeurd, maar soms gaan mensen uit zichzelf vertellen.”
Wat vertellen ze dan?
“Het varieert: sommige mensen delen hun frustraties over het feit dat ze zo jong zijn, dat hun hele familie is omgekomen en dat ze nu in dat kamp vastzitten. Dat is ontzettend frustrerend. Anderen vertellen over hun trauma’s. Een jongen uit een Afrikaans land die martelingen heeft meegemaakt, die voor zijn ogen mensen vermoord heeft zien worden. Mensen die met Boko Haram te maken hebben gehad, een aanslag in Kabul hebben gezien.”
Hoe kijk je aan tegen het aspect van media- en publieke aandacht voor de situatie op Lesbos?
“Ik krijg het gevoel dat iedereen er moe van is, dat de zorg en aandacht bij in ieder geval het Nederlandse publiek zijn weggeëbd. De berichtgeving trekt nu wel weer wat aan, verschillende media hebben aangegeven weer wat over Moria te zullen berichten, dus dat is goed. Wat mij frustreert is dat het niet helemaal aankomt dat deze mensonterende situaties zich voordoen in de context van Griekenland, in onze achtertuin, in de bewoonde wereld. Hier zijn we samen verantwoordelijk voor.
Voor mensen die hier nu binnenkomen kan het goed zijn dat ze in de herfst van 2020 pas op gesprek kunnen om hun zaak voor asielopvang binnen de EU te bepleiten. Hoe snel je op gesprek mag hangt af van wat je verhaal is. Vluchtelingen die op het vasteland zijn aangekomen hebben soms zelfs te horen gekregen pas een gesprek te hebben in 2023.
Wat helpt is geld, gehoor geven aan de zaak en vrijwilligen. Er zijn hier niet genoeg middelen om iedereen te kunnen helpen, dus daar is het geld voor nodig. Er is in EU-lidstaten niet genoeg politiek draagvlak om vluchtelingen op te nemen, daarom is aandacht voor de omstandigheden in het kamp goed.”
Hoe verhoud je je, terwijl je daar dat leed ziet, tot bijvoorbeeld nieuws over de Amazone die in de brand staat?
“Het is voor mij ook logisch dat de aandacht van het publiek steeds op iets anders wordt gericht. Dingen komen even groot in het nieuws, dingen die hartstikke erg zijn. Er gebeurt zoveel. Voor mijzelf denk ik: ik ben hier, en probeer mensen te helpen, zodat ze niet helemaal aan hun lot worden overgelaten. Beter iets dan niets.”