Wees ook soms bang: hoe je moedig kunt zijn in tijden van corona
- Artikel
- 19 maa 2020
- 8 minuten leestijd
Deze tijd wordt er veel gesproken over moed, zeker als het gaat over mensen die 'vitale beroepen' uitoefenen. Maar wat betekent het precies om moedig te zijn in tijden van corona? Ter inspiratie las ik epidemie-klassiekers: De pest van Albert Camus en Nemesis van Philip Roth.
Mijn zus werkt in een ziekenhuis en maakt momenteel dagen met veel overuren, waarin ze onder meer testresultaten bekijkt en moet doorbellen wie positief is getest op het coronavirus en wie niet. Deze week vertelde ze hoe teleurgesteld ze was in iemand die publiekelijk sprak over het voorkomen van paniek, maar intussen grote hoeveelheden boodschappen hamsterde en verder niet echt steun bood aan de omgeving. Het zette me aan het denken.
Want het is makkelijk om verdrietig en boos te worden om mensen die het juist nu voor ons gevoel laten afweten, maar tegelijkertijd zijn heel veel mensen in het begin van een pandemie een beetje angstig en irrationeel. Ook ik beken dat er een driepak blikken maïskorrels en een pot rode kool met appel naast de koelkast staat die daar niet hadden gestaan zonder een zeker virus.
Goed, het klinkt ook een beetje koddig om het over moed en lafheid te hebben in het kader van een blikje maïskorrels, maar gelukkig zijn er epidemie-klassiekers die mooie inzichten bieden in wat moed in tijden van crisis betekent, en waarin er meer op het spel staat dan een blik maïs te veel kopen bij de supermarkt.
Klassiekers zijn klassiekers omdat er lessen in staan die tijdloos zijn, epidemie-klassiekers als De pest van Albert Camus en Nemesis van Philip Roth niet uitgezonderd.
De Franse existentiële filosoof en schrijver Albert Camus had zelf al heldenstatus bereikt toen hij in 1947 zijn boek De pest publiceerde. Camus schreef in het door de nazi’s bezette Frankrijk voor de verzetskrant Combat en was al schrijver van De vreemdeling. In De pest beschrijft Camus het wel en wee van de bevolking van Oran, een stad in Algerije die ten prooi valt aan een pest-epidemie en door de autoriteiten in quarantaine wordt gesteld – geen ziel komt Oran nog in of uit. Het boek wordt vaak gelezen als allegorie voor het leven onder de nazi-bezetting, maar het is ook prima te lezen als een boek over een pestepidemie in een stad in Algerije (omdat het een boek is over een pestepidemie in Algerije).
Nemesis van de Amerikaanse romancier Philip Roth gaat dan weer over een polio-uitbraak in de Amerikaanse stad Newark (New Jersey) in 1943. De hoofdpersoon van het boek, de joodse gymleraar Bucky Cantor, heeft tijdens die uitbraak de leiding over een groepje jongens, die hij leert honkballen en die hij op andere manieren van de straat houdt (figuurlijk gesproken, want ze sporten op straat). Bucky heeft van zijn opa – die hem opvoedde – geleerd wat moed is, wat in Bucky’s geval neerkomt op dat het zeker voor een joodse Amerikaan belangrijk is altijd je mannetje te staan, altijd te strijden voor wat juist en rechtvaardig is.
Mocht je overigens als zovelen nu een van deze boeken aan het lezen zijn, beschouw jezelf dan op dit moment gewaarschuwd voor SPOILERS want dit hele artikel staat propvol SPOILERS voor de verhalen die in deze boeken worden verteld. SPOILERS dus!
1. Moed heeft niet zoveel met passie en grote gebaren te maken, als wel met menselijkheid en fatsoen (uit De pest - Albert Camus)
De pest gaat voor een gedeelte over moed, en nergens komt het zo mooi naar voren als in de passage waarin de jonge journalist Raymond Rambert wanhopig probeert weg te komen uit de afgesloten stad, omdat hij wordt verteerd door de gedachte aan zijn geliefde in Parijs, waar hij naar zijn mening hoort te zijn. Na een paar mislukte pogingen uit Oran te ontsnappen, beklaagt Rambert zich over zijn situatie bij Bernard Rieux, de rechtschapen dokter en hoofdpersoon van het verhaal die zich dag in, dag uit inzet om de door ziekte getroffen inwoners van de stad bij te staan.
“Luister [...], ben jij in staat te sterven voor een liefde?”, vraagt Rambert, teneergeslagen door de mislukte pogingen weg te komen uit Oran. Leven en sterven voor wat men liefheeft, dat is wat Rambert wil, koste wat het kost verenigd worden met zijn geliefde. Dokter Rieux, in het gezelschap aanwezig, zegt dan: “[...] dit alles heeft met heldenmoed niets te maken. Het gaat hier om fatsoen. Het kan belachelijk lijken, maar de enige manier om tegen de pest te strijden is met fatsoen.”
“Wat is fatsoen?”, vraagt Rambert hem.
“Ik weet niet wat het in het algemeen is. Maar in mijn geval weet ik dat het wil zeggen: mijn beroep uitoefenen.”
Rambert maakt Rieux nog het verwijt dat die niets van de liefde begrijpt, en die laatste vertrekt dan. Tarrou gaat met Rieux mee, maar vertelt Rambert net voor ze vertrekken: “Weet je, dat de vrouw van Rieux zich in een ziekenhuis bevindt, enkele honderden kilometers hier vandaan?”
De daaropvolgende ochtend belt Rambert dokter Rieux op, om zich bedremmeld aan te bieden als hulpverlener in het ziekenhuis waar die werkt.
De suggestie dat komen opdagen en je werk doen fatsoenlijk is, is op zichzelf volgens mij dezer dagen moedig. Niet het grote, schreeuwerige gebaar telt, maar juist het kleine: doe je werk. Help een ander. En laat in hemelsnaam wat vers fruit over voor vitaal personeel dat ‘s avonds naar de supermarkt gaat.
2. Ook de moed verliezen hoort erbij (uit De pest, Camus)
Op een gegeven moment daalt in De pest bij de bewoners van de stad Oran het besef in dat de ziekte en quarantaine nog niet zomaar voorbijgaan. Het collectieve leed wordt elke dag opnieuw gevoeld, zonder dat er direct licht aan het einde van de tunnel is. Het leed van de epidemie verliest op dat moment zijn ‘aangrijpende karakter’, zo schrijft Camus. Burgers raken zowel geestelijk als lichamelijk uitgeput en ‘niemand [...] koesterde nog grote gevoelens’. Niemand bekommert zich meer om wat voor kleding hij of zij draagt, alles wordt vlak. Hoe hou je je op de been? Met de vlakke gedachte dat het ooit weer beter wordt.
We zitten nu mogelijkerwijs nog aan het begin van een langdurig proces van thuiszitten en de zwaarste klappen op het gebied van verlies aan gezondheid en financiën gaan nog volgen.
Maar door het lezen van De pest word je er als lezer ook aan herinnerd dat iedereen dit leed doormaakt, en dat het lijden zelf daarmee een gemeenschap vormt. Een schrale troost voor als je het niet meer ziet zitten, maar bedenk: meer mensen dan jij zien het niet zitten, en ook dat schept een band.
3. Schuldgevoel over een gebrek aan moed op het juiste moment is voor eeuwig (uit Nemesis, Philip Roth)
In Nemesis stapelen zich tijdens de uitbraak van polio de verontrustende gebeurtenissen op in hoofdpersoon Bucky’s omgeving. Een stel stoere Italiaans-Amerikaanse boys intimideert hem en zijn leerlingen en tuft op de grond, met de boodschap dat ze polio komen verspreiden. Een aantal jongens krijgt dan ook daadwerkelijk polio, en na nog een aantal voorvallen smeekt Bucky’s verloofde hem naar het zomerkamp in de bossen te komen waar zij les geeft – zij wil begrijpelijk koste wat kost voorkomen dat haar geliefde polio krijgt. Op een gegeven moment zwicht Bucky voor de druk en de angst en verlaat hij de jongens aan wie hij sportles geeft om in het zomerkamp te werken. Als daar dan uiteindelijk ook kinderen aan polio beginnen te bezwijken wordt duidelijk dat Bucky zelf het polio-virus heeft meegebracht.
Het verhaal van Nemesis eindigt in 1971, als een zwaar beperkte Bucky met de verteller van het verhaal terugblikt op zijn leven en de gebeurtenissen. Bucky, een verslagen man, gebroken en vol intense zelfhaat, heeft het zichzelf nooit kunnen vergeven dat hij door zijn eigen lafheid anderen aanstak, en hij heeft het ook niet kunnen opbrengen om met zijn toenmalige verloofde te trouwen, omdat hij vond dat hij het levensgeluk niet meer verdiende.
Dat is een wat sombere conclusie, maar het punt is: was goed je handen en probeer niet te veel aan je gezicht te zitten! Hou je in hemelsnaam aan de regels die voor social distancing gelden! Zoals de Britse viroloog Graham Medley het zo mooi stelde in BBC Newsnight: gedraag je ten alle tijden alsof je het virus al hebt, en je het niet aan anderen wil geven.
Tot slot: als je de tijd hebt raad ik je van harte aan deze boeken zelf te lezen – ongetwijfeld ga je er nog andere lessen uithalen. Extra tip: kunstprogramma VPRO Mondo organiseert van 17 maart t/m 1 april 2020 een online leesclub rondom De pest.