Pistol: drugs, tieten en middelvingers
Pistol
Het verhaal achter de 70's punkrockband The Sex Pistols.
Ze hadden schijt aan alles en iedereen mocht het weten: The Sex Pistols. Maar wat was precies het verhaal achter één van de bekendste punkrockbands ter wereld?
Danny Boyle – de man achter filmklassiekers als Trainspotting en Slumdog Millionaire – heeft weer een serie gemaakt. Ik zeg weer, omdat hij een paar jaar geleden ook al zijn spierballen rolde met het ondergewaardeerde Trust. Als je zin hebt in een fantastische serie, waarin de kleinzoon van de übergierige oliemagnaat John Paul Getty zijn stinkend rijke opa op slinkse wijze een poot probeert uit te draaien, dan is Trust een spekkie voor jouw bekkie. Voor zijn nieuwste werk gaat Boyle aan de haal met de memoires van Steve Jones, de gitarist van de anarchistische punkband The Sex Pistols. Met de ongefilterde waanzin van Trainspotting in het achterhoofd lijkt dat wellicht een match made in heaven, maar niets is minder waar. Helaas.
De luis in de pels van het aangeharkte deel van Engeland.
Anarchie
Het is het Engeland van de jaren ’70. Door de oliecrisis gaat het land gebukt onder een enorme inflatie en de werkeloosheidscijfers rijzen de pan uit. Mensen die nog wel een baan hebben, zijn alles behalve tevreden en daardoor groeien de seventies uit tot het decennium van de stakingen. Postbodes, mijnwerkers en vuilnismannen, allemaal leggen ze er met enige regelmaat het bijltje bij neer. Deze algehele onvrede blijkt vruchtbare grond voor een tegendraadse punkband die zich wil opwerpen als de luis in de pels van het conservatieve, aangeharkte deel van Engeland. The Sex Pistols beginnen met covers, maar geven de gevestigde orde al snel een muzikale middelvinger met eigen tracks als Anarchy In The U.K., Submission en God Save The Queen. De ster van The Sex Pistols is rijzende, maar een reeks incidenten en opzienbarende uitspraken werpt hen iedere keer weer terug. Platenmaatschappijen trekken de handen van hun af en ze beginnen aan een labelestafette waar maar geen einde aan lijkt te komen. Wanneer één van de bandleden ook nog eens zijn gage begint stuk te slaan op heroïnespuiten, komt het einde van de groep wel heel dichtbij…
We are not into music, we're into chaos.
Ongemakkelijke chaos
Ik keek Pistol niet als verstokte punkrockfan. In tegendeel zelfs. In mijn auto wordt voornamelijk Joe, Brandy, Kehlani en andere zoete kledder gepompt. Vraag me dus niet of Pistol het muzikale verleden eer aan doet. Ik zou het je niet kunnen vertellen. Ik had gehoopt dat The Sex Pistols zou worden neergezet als het product van een roerige tijd – en dat er ook wat dieper zou worden ingegaan op de problemen waar het Engeland van de jaren ’70 mee te kampen had – maar dat is niet de insteek die Boyle gekozen heeft. Hij schotelt je een koortsdroom voor van ogenschijnlijk willekeurige scenes die niet echt een vloeiend geheel vormen. Wanneer een muziekjournalist in aflevering twee aan de band vraagt wat ze met hun muziek willen zeggen, antwoordt Steve Jones: “We are not into music, we’re into chaos“. Dat antwoord voel je in de hele serie terug. Het is moeilijk kijkbare chaos. Het is alsof Boyle het verhaal van The Sex Pistols – weinig succesvol – in een Trainspotting-jasje heeft proberen te hijsen. De gezonde dosis naakt en drugs doet vermoeden dat het om een volwassen serie gaat, maar door het gebrek aan verdieping komt het allemaal wat puberaal over. Lekker recalcitrant schoppen en verder niks. Het verhaal van The Sex Pistols biedt ongetwijfeld meer dan genoeg haakjes om er – ook voor mensen die niks met de muziek hebben – een interessante serie van te maken, maar Pistol is dat helaas niet gelukt.
- FX (2022)
- Eerste kennismaking met een slap aftreksel van The Sex Pistols
- 50 minuten per aflevering