Tip van Alma Mathijsen
Ruigoord: een kosmisch lek
Na het zien van de documentaire Ruigoord: een kosmisch lek wil ik verhuizen naar die plek. Of in ieder geval ergens een lans bemachtigen om mezelf poortwachter te verklaren en voor altijd het bestaan daarvan te bevechten. Wat daar gebeurt is erfgoed dat te allen tijde gekoesterd moet worden. In 1973 het kunstenaarsdorp Ruigoord opgericht om het groen te beschermen in een industriegebied dat zich uitspreidt als een gezwel.
Nu mogen we meekijken hoe de bewoners zich hard maken voor het voorbestaan van hun geliefde stukje land tegenover de gemeente, terwijl ze zich voorbereiden op de 50everjaardag van het dorp. Er zijn te veel dingen die me ontroeren, maar de piepjonge acteur Daniël Bossevain die voor de lichtblauwe autobus staat spant de kroon. Hij groeide op in Ruigoord en reed mee met de magische luchtbus vol bewoners helemaal naar India. Tussendoor traden ze op en probeerden ze zoveel mogelijk mensen te ontmoeten die net als zij plezier wilden maken.

Als ik aan Ruigoord denk, denk ik aan de kunstenaar Theo Kley. Hij trad vroeger met mijn vader op met de Insekten Sekte. Ze voerden de Vlinderopera op in grootse kostuums om te protesteren tegen milieuvervuiling en het gebruik van pesticiden. Theo is sinds een paar jaar dood, maar komt in de documentaire nog even vibrerend als altijd in beeld. Met zijn gifgroene snor laat hij een stijve wethouder die op bezoek is zijn huis vol ronde deuren zien.
‘Ik hou van alles rond. Als je alles rond hebt, heb je ook geen hoekjes waar kwade geesten zich kunnen verstoppen.’
Wanneer de wethouder in pak hem vraagt of hij alleen woont, antwoordt hij:
‘’s Nachts wel.’
En daarmee vangt hij de hele ziel van Ruigoord. Elke Amsterdammer is er wel eens geweest, en beschrijft die nacht als de beste uit zijn leven of kan zich er simpelweg niets meer van herinneren. Het is zoals de dichter Hans Plomp het zegt: ‘Een stad als Amsterdam heeft een plek nodig waar de scharrelmens kan bestaan.’





