Tip van Alma Mathijsen
Woordvoerder van de Zee
Deze week dook ik in het leven van Arita Baaijens, een wereldreiziger en bioloog die iedereen zou moeten kennen. Omdat ik net als zij een voorliefde voor de zee heb en alle dieren die erin leven, wanen we ons deze vrijdag op het water.

Ik ben verliefd geworden op Arita Baaijens. Heel Nederland zou verliefd moeten zijn op haar. Toch had ik tot op heden nog nooit van haar gehoord. Al haar hele leven verstopt ze zich tussen de kieren en de spleten van de natuur. Lange tijd vertoefde ze in de woestijn, ze omcirkelde het Altajgebergte te paard, en inmiddels is ze terug in ons land. Daar heeft ze gesolliciteerd naar een gloednieuwe baan bij een opmerkelijke baas. Ze wil woordvoerder worden van de Noordzee. Nederlanders hebben een vreemde relatie tot de zee, we zien die vooral als een ongevaarlijke plas water die we voor ons economisch gewin kunnen gebruiken. Baaijens wil praten met de zee, en haar beter leren begrijpen, zodat ze uiteindelijk haar wensen aan de rest van ons land kan verduidelijken. Dat doet ze door mensen te bezoeken die net als wij aan de Noordzee wonen, maar anders met haar omgaan dan wij.
De documentaire begint bezwerend, Baaijens staat naast kunstenaar Hanna Tuuliki aan de Schotse kant van de Noordzee. Tuuliki zingt en maakt geluiden die ik niet kan plaatsen en dan ineens duiken kopjes van zeehonden omhoog. Ze luisteren naar Tuuliki’s klanken, die deels gebaseerd zijn op geluiden die de dieren zelf maken en deels op liederen die van oudsher al voor zeehonden werden gezongen.
Baaijens reist door naar schrijver en kunstenaar Miek Zwamborn die op het Schotse eiland Mull woont. Samen springen ze over de rotsen aan de kust, waar het water bijna zo helblauw is als dat van de Caribische Zee, ik wist niet dat de Noordzee er ook zo uit kon zien. Ieder stukje wier dat ze tegenkomen wil Zwamborn opeten, en ze reikt alles ook aan Baaijens aan die dat geconcentreerd opeet, alsof ze de zee beter zal begrijpen als ze een stukje van haar in zich meedraagt.
Dichter en voormalig presidentskandidaat Andri Snaer Magnason uit IJsland vertelt over een gedicht. Dat ging over de goudplevier, en dat was zo mooi dat het ervoor gezorgd heeft dat de vogel niet meer gegeten wordt. Het dier werd in dat gedicht de brenger van de lente en hoop moet een mens niet opeten.
Baaijens straalt grote nieuwsgierigheid uit naar de mensen die ze ontmoet, maar geen ontzag. Iedereen zou deze documentaire moeten opeten, zoals Baaijens zeewier eet. Dan kijken we nooit meer op dezelfde manier naar de Noordzee.






