Mbaracayú
- Artikel
- 25 maa 2023
- 3 minuten leestijd
In het noordoosten van Paraguay ligt het Mbaracayú regenwoud. Een natuurreservaat dat in 1991 werd opgericht door de regering om het snelle verlies van het Paraguayaanse regenwoud tegen te gaan. Het resultaat? Een gigantisch gebied van ruim zestigduizend hectare bebossing, gevuld met 415 vogelsoorten en 89 soorten zoogdieren. Kijk dus niet raar op als je hier apen, gordeldieren, tapirs, reuzenmiereneters en zelfs poema’s tegenkomt. Het reservaat dient zelfs als een van de laatste toevluchtoorden voor bedreigde diersoorten zoals de jaguar.
In het natuurreservaat zijn er verschillende, lokale hulpprogramma’s opgericht. Denk hierbij aan projecten die duurzaam bosbeheer stimuleren, of het inkomen van plattelandsgemeenschappen verhogen. Maar ook aan scholen voor kansarme meisjes, zoals Dzifa bezocht.
Naast de prachtige natuur bewonderen en dieren spotten, kan je hier ook kanoën, fietsen of wandelen. Het is zelfs mogelijk om te kamperen in het reservaat. Toch niet zo’n fan van een tentje opzetten tussen al die dieren? Er zijn verschillende accommodaties in het reservaat zelf, zoals een ecolodge bij de school die Dzifa bezocht.
Eten en drinken
Maar wat eet je eigenlijk diep in het Mbaracayú regenwoud? Vooral traditionele Paraguayaanse gerechten. Denk hierbij aan chipa guasu, een soort hartige maïscake met ui en kaas die vooral als bijgerecht wordt gegeten. Een andere klassieker? De pastel mandi’o: Paraguays eigen versie van een empanada. Of je hem hier tegenkomt is nog maar de vraag, maar je vindt deze heerlijke deegballetjes van maïzena gevuld met rundvlees bij vrijwel elke straatverkoper in de rest van het land. Nog meer op het menu? Vooral een heleboel vlees: worst, varkensvlees, maar ook stoofvlees van slachtafval zijn populaire gerechten in Paraguay.
Vervoer
Afreizen naar het midden van de jungle is natuurlijk zo makkelijk nog niet. Om het Mbaracayú regenwoud te bezoeken, zal je eerst vanaf Amsterdam naar Asunción moeten vliegen. Dit zal je minstens zestien uur kosten, aangezien je altijd een tussenstop moet maken in Madrid. Vanaf Asunción is het nog zo’n 350 kilometer naar de ingang van het natuurreservaat. De twee opties daarvoor? Zelf met de auto naar het regewoud afreizen, of je kan de bus nemen, die je in zo’n zes uur naar Ygatimí brengt. Vervolgens moet je nog zo’n anderhalf uur een taxi nemen, maar dan heb je wel de kans om 415 verschillende soorten vogels te spotten.
Goed om te weten
Beste reistijd: Mei tot en met oktober
Visum: Nee
Inentingen: Gele koorts, DTP, Hepatitis A (aanbevolen)
Valuta: Paraguyaanse Guarani
Taal: Spaans en Guaraní
Kraanwater: Niet drinkbaar