Stijg naar een ander niveau met een outdoor-klimreis

Op zoek naar een actieve vakantie in de frisse buitenlucht? Dan is een klimreis misschien wel wat voor jou. Of je nou bepakt met je helm, touw, gordel en zekering de bergen in gaat of op je klimschoenen een rotsblok bestijgt: met een outdoor-klimvakantie kan je alle kanten op.

De afgelopen jaren is klimmen flink in populariteit gestegen en zien klimhallen hun bezoekersaantallen toenemen. Wil je deze sport nou nóg uitdagender maken? Ga dan eens op klimvakantie en probeer je klimtechnieken uit daar waar de sport vandaan komt: de bergen. 

Koppie erbij

Wat deze sport zo uitdagend en geliefd maakt, is dat het naast een fysieke inspanning ook mentale vaardigheden vraagt. Je moet namelijk goed snappen hoe een route in elkaar zit om veilig en wel boven te komen. Volgens veel klimmers is het dus ook echt een denksport. Fijn als je even aan niks anders wil denken dan welke greep de volgende is.

Dat deze sport een grote vlucht heeft genomen is niet onopgemerkt gebleven. Sinds de zomerspelen van 2021 in Tokyo is klimmen zelfs een olympische sport geworden. Het bestaat uit: lead, speed en boulderen. Bij lead gaat het om hoogte, bij speed om de snelheid en bij boulderen om kracht.

Van binnen naar buiten

Ondanks de grote hoeveelheid mensen die tegenwoordig deze klautersport beoefent, vraagt het buitenklimmen nét wat meer aandacht dan wanneer je het binnen doet in de hal. Zo moet je zelf op zoek gaan naar een mooie rots of route en moet je al je spullen meesjouwen. Ben je gewend op een bepaald niveau te klimmen? Wees er dan op voorbereid dat je in de natuur waarschijnlijk een paar niveaus lager klimt.

Een fanatiek klimmer die graag op klimvakantie gaat is de 24-jarige Camiel Postel, student Bos- en Natuurbeheer. Elk jaar probeert hij minimaal één of twee keer erop uit te trekken om te klimmen. “Ik vind het leuk om lekker actief bezig én buiten te zijn” vertelt hij. “Met klimmen kan ik mezelf steeds uitdagen om moeilijkere dingen te doen.” Toen hij vijf jaar geleden voor het eerst de klimmuur op ging in de sportschool in Wageningen, ontdekte Camiel dat klimmen echt een sport voor hem is. “Sindsdien kom ik daar zo vaak dat ik tegenwoordig zelf ook klimroutes bouw voor klimhal.” 

De stap van binnen naar buiten was voor Camiel snel gemaakt. “Het liefst ga ik boulderen. Bij deze manier van klimmen blijf je dicht bij de grond. Het enige wat je dan nodig hebt zijn klimschoenen en een valmat. Je kan dus makkelijk instappen als beginner, maar het is wel slim om de eerste keer met iemand te gaan die het vaker heeft gedaan.”

Hoe, wat, waar, wanneer?

Sportklimmen, boulderen of klettersteigen: allemaal verschillende vormen van klimmen die perfect zijn voor een klautervakantie. De ene is wat toegankelijker dan de ander, maar voor ieder wat wils. Ga je het liefst de lucht in? Dan is het sportklimmen wat voor jou. Hierbij heb je een uitgebreide uitrusting nodig en moet je geen hoogtevrees hebben. Bij deze vorm klim je omhoog via haken die in de rotswand zijn vastgemaakt. De afstand tussen deze boorhaken is zo’n twee tot vier meter groot. 

Boulderen 

Blijf je liever vlak bij de grond? Ga dan boulderen! Deze vorm van klimmen is ook een stuk toegankelijker. Zo heb je in tegenstelling tot andere klimvormen bijna geen materiaal nodig. Geen gedoe dus met touwen of zekeringen. Bij boulderen heb je misschien minder uithoudingsvermogen nodig, maar makkelijker dan sportklimmen is het zeker niet. Het is een soort puzzel, maar met veel vallen en opstaan vind je uiteindelijk je route naar boven. Het is wel zo fijn om een klimmaatje mee te nemen tijdens jouw bouldertocht die kan spotten: helpen om de klimmer veilig omhoog te leiden én te laten vallen. Daarnaast is het natuurlijk ook veel gezelliger! 

Klettersteigen

Bij het klettersteigen is een eigen touw niet nodig. Deze sport wordt ook wel via ferrata genoemd, wat Italiaans is voor ijzeren weg. Bij deze klimvorm zeker je jezelf aan ijzeren kabels die als een parcours zijn uitgezet op de rots. Ben je nog een beginner? Dan is deze manier van klimmen erg geschikt. Er zijn namelijk verschillende niveaus op de via ferrata en als beginner kan je met klettersteigen al en behoorlijke steilte ervaren. 

De grens over

Enthousiast geworden om buiten te gaan klimmen? Dan zijn er een aantal plekken die hier perfect voor zijn. Helaas vind je die vaak niet in Nederland, want daar is Nederland natuurlijk veel te plat voor. Maar niet getreurd, echt ver hoef je de grens niet over. Veel goede klimlocaties vind je namelijk in Europa.

Fontainebleau

Het meest bekende en grootste klimgebied in Europa is de Fontainebleau in Frankrijk. Het bos met karakteristieke rotsblokken is volgens kenners misschien wel het beste én mooiste bouldergebied van de wereld. Wat het zo bijzonder maakt? De vele wilde zwijnen, herten en duizenden rotsblokken die je kan trotseren. Vanuit het midden van Nederland sta je na zo’n zes uur rijden al in dit Franse woud. “Als je een klimmer vraagt wat de mooiste plek is voor buitenklimmen, dan zegt die Fontainebleau”, zegt Camiel. “Ik vind het dan ook de mooiste plek die ik tot nu toe heb bezocht om te gaan boulderen.” 

Rochers de Freÿr

Voor hoge en imposante dolomiet- en kalkrotsen moet je naar Rochers de Freÿr in België. Deze vind je aan de rand van de rivier de Maas en bereiken hoogtes van wel honderd meter. Misschien niet het beste gebied voor de beginnende klimmer: de routes zijn namelijk best zwaar en vragen behoorlijk wat klimexpertise. Denk je dat je het aankan? Vergeet dan niet dat je in België een Klimjaarkaart nodig hebt om in de natuur te mogen klimmen. Tegenwoordig kan je die gelukkig ook downloaden op je smartphone. Scheelt weer iets extra’s meesjouwen.

Magic Woods

Wat Camiel uit Wageningen betreft gaat zijn volgende klimreis naar Zwitserland: naar de Magic Woods. Dit gebied met veel overhangende rotsen en sprookjesachtige uitstraling doet de naam eer aan. “De granieten rotsblokken met scherpe randjes vragen om een hele andere klimtechniek dan bijvoorbeeld die van Fontainebleau, waar de rotsen vooral uit kalksteen bestaan”, zegt Postel.   

Hoe hoort het eigenlijk?

Minstens net zo belangrijk als je klimtechnieken: de gedragsregels voor het buitenklimmen. In de stille natuur zou je bijna vergeten dat je niet de enige bent, maar je deelt het gebied toch echt met anderen. Zo zijn er klimmers zoals jij, maar ook wilde dieren. Zij noemen de bossen ‘thuis’, en daarmee wil je respectvol omgaan. Waar moet je dan op letten? Ga niet van de paden af en blijf weg van kwetsbare natuur, zoals broedende vogels of jonge planten. 

Maak je gebruik van magnesium tijdens het klimmen? Poets de sporen dan weg voor je verdergaat. En misschien wel het allerbelangrijkst: laat niks achter in de natuur. Dus neem je eigen afval mee en neem gelijk – als je toch al zo lekker bezig bent – het andere zwerfvuil mee dat je tegenkomt.

Overnachten

Grote kans dat je na al dat klimmen behoorlijk bent uitgeput. Maar waar ga je ‘s nachts slapen? De meeste klimmers nemen gewoon een tent mee en slapen op campings rondom de klimgebieden. En die zijn er in overvloed te vinden rond deze gebieden, dus een plekje vind je zo. Ga je in het hoogseizoen? Reserveer dan wel even een campingspot van tevoren. Dan weet je zeker dat je niet tussen de wilde zwijnen hoeft te slapen. 

Vergaat je lichaam van de spierpijn van het klimmen en klinkt een campingmatje dan niet echt aanlokkelijk? Dan kan je natuurlijk ook gewoon een hotel of hostel boeken in de buurt. 

Daal je liever af? Kijk dan welke mountain coasters in Europa het leukste zijn om mee naar beneden te roetsjen.

• Deel