Trotseer de Ierse westkust vanaf het water: deze eilanden mag je niet overslaan

Groene kliffen, eeuwenoude ruïnes en een ruige zee. De Ierse westkust is doordrenkt van schoonheid. En hoe kan je dat beter beleven dan op de vele prachtige eilanden. Van piratenverhalen tot papegaaiduikers, deze Ierse eilanden beloven een verbluffende reis.

Wie de Ierse westkust wil verkennen, doet dat meestal via de Wild Atlantic Way.

En terecht trouwens, want op deze manier baan je je via 2600 kilometer asfalt langs de allermooiste uithoeken van dit bijzondere land. Toch is er ook nog een andere optie. Want waar je vanaf het asfalt vooral kijkt naar de ruige zee, kijk je vanaf het water juist uit op de prachtige kustlijn. Extra voordeel: je stuit op enkele bijzondere eilanden die je absoluut niet wil missen.  

Eeuwenoud klooster boven op de rotsen

Dit eiland heb je wellicht al eens voorbij zien komen en dat is niet gek. Skellig Michael is één van de enkel twee dingen in heel Ierland die op de UNESCO Werelderfgoedlijst. Die titel dankt het eiland aan het in de zevende eeuw gebouwde klooster, dat uitkijkt over het eiland vanaf de puntige rotsen. Vanuit Portmagee vaar je in een kleine twee uur naar het eiland. Wil je het klooster van dichtbij bewonderen? Dan staat je nog wel een steile klim van 618 traptreden te wachten. Belangrijk: de dagelijkse ferry’s varen alleen tussen mei en oktober en zelfs dan kan het weer roet in het eten gooien. Plan je trip dus goed en heb geduld!

De verlaten Blasket-eilanden

Stap in vissersdorp Dingle op een boot om via een ruige tocht over het water de Blasket-eilanden te bereiken. In 1916 stond het inwonersaantal hier nog op 176, maar dat aantal slonk flink en in 1954 vertrokken de laatste inwoners. Nou ja, de menselijke inwoners tenminste. Want het eiland kent nog altijd een kolonie zeehonden. Het enige bewijs dat hier ooit mensen woonden, zijn de door moeder natuur overgenomen cottages. Hike tussen deze voormalige woonhuizen in een anderhalf uur durende wandeltocht en verlies jezelf in vergezichten over ruige kliffen. Hou op de bootreis terug je ogen goed open, je hebt zomaar de kans om een dolfijn te spotten.

Het kleinste Araneiland

Heb je een bezoek gepland aan Galway? Sla dan de Araneilanden niet over. Vooral de kleinste van de drie, Inis Oírr, is de moeite waard. Het kleine eiland is bedekt met honderden stenen muurtjes. Deze werden gebouwd om de oogst te beschermen van de gure zeewinden. Houd een flinke bries jou niet tegen? Pak de fiets naar de top van de heuvel om de ruïne van het eeuwenoude O’Briens Castle te bewonderen. Of trap nog iets verder en bots tegen de nog werkende vuurtoren aan. Vanaf hier heb je een panoramisch uitzicht op de indrukwekkende Kliffen van Moher.

De geboorteplaats van een piratenkoningin

Fan van piratenverhalen? Boek dan zeker een trip naar Clare Island. Je vertrekt met de boot vanaf Roonagh Pier en in slechts 25 minuten ben je al op je bestemming. Hou ook tijdens deze reis je ogen weer open voor een school dolfijnen. Wat Clare Island tot een echte ‘piratenplek’ maakt? Het is de vermeende geboorteplaats van de piratenkoningin Grace O’Malley, beter bekend onder haar Ierse naam: Granuiale. In de zestiende eeuw regeerde zij hier over de wateren.

Over water gesproken: maak je bezoek compleet met een sprong in het diepe. Het eiland zit boordevol ongerepte zwemlocaties die je van je adem ontnemen, zowel door de schoonheid als door de enorm lage watertemperatuur. Gelukkig word je tijdens je avontuur in het water wel vergezeld door dolfijnen, zeevogels en hoge kliffen. Sla de laatste ferry naar het vasteland over en blijf een nachtje slapen in de omgebouwde vuurtoren. Zo ervaar je de echte rust die Clare Island te bieden heeft.

Per kabelbaan naar Dursey Island

Voor de reizigers met zeeziekte hebben we een oplossing, namelijk Dursey Island. Een eiland niet te bereiken per boot, maar met een kabelbaan. Ja echt waar, de enige kabelbaan in heel Ierland is er om reizigers over zee te takelen. Acht minuten lang zweef je in de lucht omringd door vogels en unieke vlindersoorten. Door het gebrek aan auto’s op dit eiland heerst er een ware rust. Het enige schema waar je je aan moet houden is die van de kabelbaan. Mis je de laatste? Dan moet je verplicht een nachtje blijven. Wat een straf.

Vogels spotten of duiken

Vanuit Ballycastle meer je binnen 25 minuten aan op Rathlin Island. Eenmaal van de boot afgestapt nemen de vogelgeluiden het over. Dit beschermde gebied is het thuis van tienduizenden zeevogels en dus een geliefde plek voor natuurliefhebbers. De schattigste? Dat is toch wel de papegaaiduiker. De van oorsprong IJslandse vogels zijn hier vooral te vinden tussen april en juli. Mocht je er geen spotten, dan maken de vele zeehonden die teleurstelling meer dan goed. Genoeg naar boven gekeken? Duik de diepte in. Rathlin Island is een populaire bestemming voor wrakduikers. Verspreid langs de kust liggen ruim veertig scheepswrakken. Een ander uniek kenmerk van het eiland: de West Lighthouse, Ierlands enige vuurtoren die op zijn kop staat.

Over mooie eilanden gesproken: deze Engelse archipel schotelt je zon, palmbomen en witte stranden voor.

• Deel